Ik luister NOOIT MEER naar Buienradar! Zeker niet als ik een date heb
met Wendy. Zij is een van mijn vriendinnen en we hadden afgesproken in ’s
Hertogenbosch. Ik kan ook zeggen, Den Bosch, maar ik heb eens gehoord dat ik
dat niet mag zeggen. Alsof het strafbaar is. Het is tijd om te goochelen op
internet. Ik moet voorkomen opgepakt te worden voor een strafbaar schrijffeit.
Daar heb je het al: ’s Hertogenbosch is de officiële en chique naam van
onze Brabantse hoofdstad. Het wordt gehanteerd door de ANWB en NS. Dat was me
al opgevallen. Voor mijn date met Wendy, was ik met de trein op stap gegaan. Zo
vond ik mezelf terug onder de borden ’S HERTOGENBOSCH op zogenoemd station. En
onderweg naar Zuid-Limburg of La France, rijd ik op de A2 regelmatig onder ANWB
borden door met dezelfde bewoording.
Bedenk vooral dit: via de ANWB
en NS vind je Den Bosch nooit.
Gelukkig blijkt het gebruik van Den Bosch niet verboden. Sterker nog, luid
klinkt door de straten: Den Bosch. Logisch, want zeg nou zelf, Den Bosch zegt
toch makkelijker dan ’s Hertogenbosch.
In mijn blog is niks officieel en
duurdoenerij past me niet. Daarom kies ik voor normaaldoenerij en klinkt ook in mijn blog: Den
Bosch.
Door al dit gepraat zou ik bijna mijn date met Wendy vergeten. Gelukkig stapte
ik op tijd uit in Den Bosch. Liever waren we het bos ingegaan. Niks
stadswandeling maar elkaar ontmoeten bij een wandelstartpunt en met de wandelschoenen
onder gebonden heerlijk keuvelend de bospaden op de landwegen in. Heerlijk buitenlucht
snuiven en natuurgeluiden horen. Onderweg een picknickplek ontdekken en samen
de kilometers in de benen voelen. Zo’n vijftien maximaal.
Buienradar toonde echter een slechte boodschap en stortte onze
avontuurlijke plannen compleet in het onweer. Hemelse druppels zouden ons deel
zijn. Daarom zochten we de stad op. Weer of geen weer, daar konden we bij droogte
een stadwandeling lopen en bij nattigheid een restaurant binnengaan. Kwebbelen
kunnen we sowieso overal.
Aangekomen in Den Bosch en aan de lucht alleen maar wolken, waren we
blij met onze keuze.
‘Op naar de VVV voor onze
stadswandeling,’ zei Wendy.
Door de borden te volgen waren we er al snel. Ik zocht rond tussen de kaarten, terwijl Wendy even online een wandelplan hoopte te vinden, want waarom betalen voor
iets dat online gratis is?
Al snel bleek dat we met de Phone in de hand de stad door konden kuieren.
Het asfalt op de klinkers over. Het beginpunt lag al verschillende punten
achter ons, maar middenin opstappen kon ook. We stapten op bij het stadhuis. Als vanzelf zouden we aankomen bij het
startpunt en daar voorbij. Zin in deze tocht hadden we hoe dan ook.
Zeker nu de wolken plaats
maakten voor de zon.
Al snel bereikten we ons derde punt op de tocht: het Sint-Jan. Deze kathedraal
bewonderden we van binnen en buiten. Geen zorgen, de pracht en praal hebben we er
niet uit kunnen kijken. Er blijft genoeg moois te zien voor jou.
‘Volgend punt!’, riep ik na een
poosje op het plein de kerk bewonderd te
hebben en ritste mijn jas open. Hoe kon ik vanochtend kiezen voor mijn
winterjas, hij echt veel te warm. Wendy keek ondertussen verdwaasd naar haar
telefoon en probeerde omhoog te scrollen op haar scherm. Als het een papieren
route was geweest, had ze ‘m zes keer omgekeerd en open gevouwen. ‘Wat zoek je?’
‘Uhm, dit was blijkbaar het
laatste punt.’
‘Bedoel je dat dit geen
rondwandeling is?’
‘Blijkbaar niet.’
‘Serieus? Zijn we net in Den
Bosch, bereiken we binnen een half uur ons eindpunt. Wat hebben we nu geleerd?’
‘Bekijk voor het lopen vluchtig
de hele route.’
‘Echt iets voor ons!’ We lopen
lachend terug de winkelstraten in.
We weten namelijk dat Brabantse gezelligheid op elke hoek te vinden is. Zeker
in gezelschap van een fameuze Bosch Bol. De chique naam is uiteraard: ’s
Hertogenbosche Bol. Voor zoveel calorieën, klopt die benaming beter. Wij
verkletsten ondertussen anderhalf uur op een terrasje weg.
Als het half één is, roept Wendy:
‘Tijd voor lunch. Hou je van
Sushi?’
‘Sushi? Kom we gaan!’ Ik gooi
mijn jas over mijn schouder en pak Wendy bij de arm, niet treuzelen nu. ‘Show me the way! Eigenlijk
wel ongelooflijk hè, dit mooie weer.’
‘Zekersteweten!’
‘Zullen we afspreken dat we de
volgende keer gewoon gaan wandelen? We nemen dan alles mee wat maar nodig kan
zijn: paraplu, regencape, regenkapje (douchemuts kan ook, heeft tenslotte
hetzelfde effect), korte broek, slippers en bikini. Wat denk je?’
‘Deal! Vooral die douchemuts.’
We bekrachtigen dit met een high five.
‘Wacht, ik moet even naar die
prullenbak.’
‘Wat ga jij weggooien dan?’
‘Buienradar! Hebben we
tenslotte toch niets aan.’