dinsdag 29 maart 2011

Vissen

Vanaf 2 mei 2014 is mijn boek ‘Vanuit mijn eierdopje’ te koop.

Deze blog, waarin ik uiteenzet wat vissen met me doet en hoe ik het liever zie is te lezen in mijn boek en in goed gezelschap van 25 andere blogs.
Ik garandeer je een lach, bij het lezen van elke blog hier, maar misschien wel een grotere lach bij het lezen van mijn boek. Daar zijn namelijk mijn beste blogs te vinden.

Wil je mijn boek bestellen? Stuur me dan via het contactformulier een mail.

Enne, een echte fan bestelt mijn boek uiteraard!

Noachs neus

Vanaf 2 mei 2014 is mijn boek ‘Vanuit mijn eierdopje’ te koop.

Deze blog, waarin ik een verklaring geef voor het uitsterven van de dinosaurussen, is in mijn boek te lezen in gezelschap van 25 andere blogs.
Ik garandeer je een lach, bij het lezen van elke blog hier, maar misschien wel een grotere lach bij het lezen van mijn boek. Daar zijn namelijk mijn beste blogs te vinden.

Wil je mijn boek bestellen? Stuur me dan via het contactformulier een mail.

Enne, een echte fan bestelt mijn boek uiteraard!

vrijdag 25 maart 2011

Lentekriebels

Yes, ik ben heerlijk blij: het is lente!!! Mijn winterdip is maar zo ineens verdwenen. De zon, de warmte, ik voel mezelf weer opleven en heb zo’n zin in buitenleven. Nu moeten ook nog de bomen en struiken gaan uitbotten, de bloesem weer komen (daarmee ook de hooikoorts, grrr…). Ik vind het elk jaar weer een wonder dat alles weer groen wordt, tot leven komt. Prachtig, de lente! Ik krijg er lentekriebels van.
    Ook op school hebben ze er last van, tijdens DE WEEK VAN DE LENTEKRIEBELS. We kregen een poos geleden een brief over deze themaweek. Als waarschuwing voor interessante gesprekken aan de eettafel. Zouden wij die hier ook krijgen dan? Wij hebben het allang gehad over het een en ander wat de kids nu op school over zich heen krijgen. Geen gesprekken meer nodig, in ons huis, dacht ik zo.

Afijn, op mijn vraag of er nog iets te melden was over DE WEEK VAN DE LENTEKRIEBELS, antwoordde Celine:
    “Een juf heeft het gehad over borsten en piemels, jongens en meisje, puberteit, ongesteld zijn en ‘…piep…’ en zo!” Hoezo interessante gesprekken aan tafel. Daar heb je het al! Ik zet me schrap, want als moderne moeder, moet alles in huis bespreekbaar zijn. Even ben ik blij dat ik niet buiten in de tuin zit, met onze lunch. Het was nog net even te koud, gelukkig! Meeluisterende buren vind ik in deze misschien toch even wat te veel.

Benjamin zit er ook bij… in eerste instantie behoorlijk chagrijnig, want hij kreeg eerder zijn zin niet en tada: Mopperdemopper! Geloof me, dag lentekriebels, hallo donderwolkje! Maar nu, na Celine’s woorden? In een fractie van een seconde, gingen zijn oortjes klapperen, zijn ogen rolden zowat uit zijn oogkassen en zijn mond viel zo ver open dat zijn kaak bijna uit de kom viel. Dit gesprek wilde hij voor geen goud missen. Er verscheen een big smile om dat kleine schattige bekkie. Weg chagrijn, welcome blij stuiteraartje. Het is gelijk veel gezelliger zo!

Onze boterhammen blijven onaangeroerd, Benjamin hangt aan Celine’s lippen, hij wil niets missen. En wat zegt die? Niet veel… want wat er te zeggen is, kunnen we ook zien, zo zei ze. Zij had op school een filmpje gekeken over één tiet en één borst en over ‘…piep…’ en zo nog meer. Wil je weten wat met ‘…piep…’ bedoeld word? NO WAY dat ik dat hier ga zeggen. Benjamin roept uitgelaten:
    “Dat filmpje wil ik ook zien!” Waarop ik Celine vraag of het geschikt is voor Benjamin, zij antwoordt:
    “Het is voor 7 en 8”. Is Benjamin nog blijer en zegt triomfantelijk:
    "Ik ben 9!" Waarop mama hem toch wéér teleurstelt.
    "Ja, maar schatje, Celine bedoelt GROEP 7 en 8 en waar zit jij? Groep 6, dus...!”

Voelbare verhoogde spanning… Niemand zegt meer iets. Wat gaat er gebeuren met de lentekriebels die aan tafel welig ronddansten? Ja hoor, je voelt ‘m al aankomen, hier is geen sprake meer van lentekriebels, maar van een dikke donderwolk! En dat alleen maar door borsten, piemels en ‘…piep…’.
    Wèg met die “Week van de Lentekriebels”. Gewoon lente is mooi zat! De kriebels mogen ze houden! Of zal ik toch even een keer heel hard “Piemels” roepen?

woensdag 23 maart 2011

Crisis in huis

De kids zijn naar school, Marcel naar zijn werk, en ik? Ik zit thuis, diep bedroefd en ben in en in verdrietig. Ontroostbaar. Ik probeer mezelf zelfs te troosten met een bakkie. Natuurlijk met het enige bakkie dat ik écht lekker vind: Wiener Melange van Nescafé. Neem van mij aan: geen andere nep A-B-C- en/of welk huismerk dan ook, kan tippen aan deze. Heerlijk! Er zijn mensen die vinden dat dit geen koffie is. Maar ik? Ik geniet! Volop! Meestal dan, vandaag even niet.
    Snik…

Elke dag rond 08.30 uur neem ik één bakkie, gewoon voor de lekker, om even bij te komen als het ochtendgebeuren erop zit en iedereen de deur uit is geschopt! Om dan rond 15.30 uur er wéér voor te gaan. Dan omdat ik zó instort, zó moe wordt en wel even een stoot cafeïne kan gebruiken om nog even door te stomen tot het avondeten. Daarna plof ik neer. De dag zit er op, het werk is gedaan, iedereen is veilig thuis. Mama kan tevreden achterover leunen.
    Gaap, zucht, snik, hoe lang duurt deze dag nog?!

Zon of niet, ik ben intens verdrietig. Waar ik al die járen bang voor was, is gebeurd. Er is geen ontkomen meer aan, het is een bewezen feit en ik koesterde me in het feit dat het nog niet zo ver was. Ik hoopte dat het nog lang op zich zou laten wachten, dat het nog lang kon blijven zoals het was. Alle hoop is in de grond geslagen.
    Nu hoor ik Marcel al lachen om mijn heerlijke verdraaiing van een gezegde, daar ben ik ook al zo goed in. Wordt ik nog uitgelachen ook!? Oh please, SOS, help! Ik bedoel natuurlijk: mijn hoop werd de BODEM ingeslagen. (Zo hoort ie. Handig hoor: Google)

Terug naar mijn tranendal…
    Kijk, dat Marcel op me neerkijkt, nou ja, dat is maar goed ook, anders zou ik op hem moeten neerkijken en dan elke dag weer zo erg schrikken van weer een groot aantal haren dat zijn hoofd verlaten heeft. Om nou te zeggen dat ik daar blij van word? Nah! Nog meer tranen in dit tranendal. Kan er ook wel bij!
    Maar liefde overwint alles zegt hij altijd, dus ook een kale kop, hoop ik maar.

Wat nu gebeurd is, maakt het echter zóveel erger.
    Mijn kleine meisje is niet klein meer. Ze is me voorbij gegroeid. Blèh! Zomaar ineens is ze 4 millimeter langer dan ik. Zomaar ineens is dat in de afgelopen twee weken gebeurd. Zij vindt het prachtig. Ja, natuurlijk! Mw. de Puber, wil zich laten gelden. Zal dat nu ook doen ook, let maar op! Gaat ze me ‘kleintje’ noemen.
    En ik? Hoe blijf ik baas als zij op me neerkijkt? Hoe krijg ik respect als zij nu beter dan ikzelf ziet dat ik steeds meer en meer grijze haren krijg? Hoe zorg ik dat ze eerbied houdt voor deze kleine moeder?
    Snif…

Maar wacht er is hoop, licht aan de horizon! Een smile, ineens een hallelujah stemming, want daar is mijn troost: Benjamin. Hem kan ik nog wél aan! Gna! Voorlopig is hij nog kleiner dan ik! En ik?
    Ik leef vanaf nu maar bij de dag!

woensdag 16 maart 2011

Plaats delict

Zie ons (Marcel et moi) op een willekeurige zondagochtend:
    Of dit nou afgelopen zondag of 18 jaar geleden was, doet er helemaal niet toe. Alhoewel, eigenlijk wel, want 18 jaar geleden woonden Marcel en ik nog niet samen. Nog net niet, want 30 maart a.s. is onze 18e trouwdag! Vlak daarvoor woonden we een weekendje samen in ons gezamenlijke, knusse, kleine flatje in Utrecht. Nog regelmatig rijden we er langs als we op weg zijn naar de zaak. Als we dan langs de flat rijden, kijk ik even naar boven en ja, daar is het, ons eerste stekkie, waar we bijna 18 jaar geleden ons leven samen begonnen.
    Gelukkig wonen we er niet meer, want deze dame is geen stadsmus!

Oké, ik geef toe, ik doe het weer, afwijken mijn verhaal, maar ik haal je gewoon weer terug, bij die willekeurige zondagochtend: Manlief ligt languit op de bank; peutert nog net niet van verveling uit zijn neus. Ik rommel wat in de keuken, loop rond in m’n pyjama en creëer op die manier een vakantiegevoel. Het is een super suffe, duffe, slome ochtend waarin niets moet en vooral alleen alles mag. Yeah!!! Dat is leven! Heerlijk! Ik kan je aanraden hetzelfde te doen! Lekker niksen, is zo lekker nikserig.

Terwijl ik zo, op die willekeurige zondag in de keuken aan het rommelen ben, vraagt Marcel plotseling mijn aandacht door te zeggen: “Ik heb zin om te knuffelen.” Waarop ik hem aankijk en lekker droog antwoord: “Doe dat dan! Ik houd je niet tegen!” Hij kijkt me aan van: Huh?!
    En ik? Ik kom niet meer bij. Je had hem moeten zien kijken; zo heerlijk teleurgesteld. Hangende oogjes, pruillipjes en als hij echt zijn best doet nog een traantje in zijn oog ook. Ik zou haast medelijden met hem hebben, zó zielig! Benjamin kan dat ook zo goed! Wie het van wie heeft?

Maar het is toch zo, dat als je ergens zin in hebt, je het toch gewoon moet doen? Je moet het vooral niet laten afhangen van een ander. Als je iets wilt: Hupsakee, doe wat je niet laten kan. Plat er bovenop. Maar hij? Hij blijft me suf aankijken… Of was het eigenlijk meer een smekende blik!?

Ik blijf waar ik ben, in afwachting van hoe hij zijn ‘zin in een knuffel’ nu gaat bevredigen. Er zijn verschillende mogelijkheden. Net als bij Mohammed en de berg:
- de berg gaat naar Mohammed of
- gaat Mohammed naar de berg.
Wist je dat het officieel uit het Engels komt, dat van die berg en Mohammed? Vind ik een leuk Wiki-weetje: De vroegste verschijning van de uitdrukking is in het Engels in het werk "Essays", hoofdstuk 12, van Francis Bacon, dat in 1625 werd gepubliceerd, “If the mountain won't come to Muhammad, Muhammad will go to the mountain.” Bladiebla.

Ach, die man van mij, hij is zo’n knuffelkont. En ik? Ik kan hem natuurlijk gewoon niet weerstaan! Nah! Met een big smile, laat ik ( Mohammed) prompt vallen waar ik mee bezig ben, spring over Benjamin en zijn speelgoed heen, want ja, zo’n vraag om een knuffel… die moet beantwoord!!! Waar ik eerst dacht: kom ‘m maar halen, ging ik maar naar hem toe. Want ik weet, wat Marcel (de berg) vergeten was te zeggen: “… op de bank!”

Maakt het eigenlijk uit wie Mohamed is of de berg? Echt niet!!!
    Wij knuffelden, dat is wat telt! En de bank? Dat is de plaats delict!

woensdag 9 maart 2011

Ik ben een nummertje

 29 december 2007 heb ik mijn hyves-account aangemaakt. Eigenlijk alleen omdat ik op zoek ging naar een vriendin van vroeger. Ik vond haar binnen 5 minuten en YES, ze was het. Heerlijk om iemand, bij wie ik me vroeger veilig, prettig en mezelf voelde, terug te vinden. Ja, ze was vroeger voor mij een vriendin die er voor me was in een niet zo makkelijk jaar. Ze zag mij en was er voor mij. Een echte vriendin!

Ondertussen ben ik op hyves 106 vrienden rijker. Niet zo veel als ik kijk naar anderen, maar waarom zou ik mezelf vergelijken met anderen? Ik heb mijn handen vol aan een paar van deze vrienden, elke dag krabbelen we er lustig op los… Ja, ik reken mezelf tot een hyves-verslaafde, maar dan wel zo dat mijn werk er niet onder lijdt. Misschien dat mijn gezin en vooral mijn manneke er last van heeft, hoewel ik denk dat het wel meevalt. Als die lieve man van mij, de hele avond achter de buis mag hangen, mag ik toch een hele avond op hyves? Ik ben nou eenmaal niet zo’n kijkbuiskindje.

Afijn, hyves heeft me zeker iets goeds gebracht: vrienden! Een paar ECHTE vrienden! Naast al die krabbels zijn er heel wat privé-berichten binnen gekomen en naar buiten gegaan. Lief en leed wordt gedeeld en zo vond ik een paar beste vriendinnen op hyves. Eerst was er niets en toen een mega klik!
Natuurlijk heb ik ook een heleboel surrogaat vrienden. Ik bedoel maar: 32 van mijn vrienden zijn klasgenootjes van mijn kinderen. Met een paar heb ik wel contact, ééntje heb ik echt in mijn hart gesloten, al vanaf dat ze in groep 0 zat, met ons meisje. Dan zijn er nu twee bezig om me te vriend te houden, omdat ik gezegd heb dat als de klasgenoten van mijn dochter van school af gaan, ik ze eraf mik. Ik wil toch verdorie niet gewoon maar een nummertje zijn. Dat nummertje ben ik al op zoveel plaatsen:
- bij de Albert Heijn ben ik een bonuskaarthouder-nummer;
- in het ziekenhuis ben ik een patiëntnummer;
- bij allerlei bedrijven zoals Eneco, Ziggo, verzekeraars en zo, ben ik een klantnummer;
- bij de bank een gironummer;
- voor het rijk een burgerservicenummer.
Wel makkelijk dat die laatste steeds vaker op pasjes verschijnt, hoef ik niet meer zo ver te zoeken naar dat nummertje.

Nou goed, ook voor veel hyvers ben ik dus een nummer, maar of ik dat wil?! Natuurlijk niet! Ik wil gewoon Irene zijn. Just me…!!! Ik ging op hyves om een vriendin te vinden en vooral nu om er één te zijn! Op hyves ben ik gelukkig geen nummer! Ben gewoon te vinden onder mijn eigen naam: Irene van Valen – van Hoof. Ja, oké ik deel mijn hyve met Marcel, maar eigenlijk is het gewoon MIJN hyve! Hij kijkt er amper naar om, hij houdt wel de nummertjes beter bij dan ik. Is verbaasd dat ik al over de 100 vrienden heb.
Al goed, houdt hij de statistieken maar bij, ik de vriendschappen.
Want to be friends?