Bij het schoonmaken van radijs denk ik sinds begin dit jaar altijd aan
mijn zus Heidi. Er is een link tussen haar en radijs. Het zit ‘m in het blad.
Het begon met onverwacht bezoek. Een dingetje waar ik minder goed in ben.
Dat zit niet in het bezoek op zich of in het onverwachte. Leuk juist! Het zit ‘m
wel in mijn koelkast en voorraadkast. Als op-maat-shopper, heb ik eigenlijk altijd in huis wat nodig is voor de
komende drie dagen en of maaltijden. Zo ben ik op voorhand niet berekend op
onverwacht etend bezoek.
Hoe durft onverwacht bezoek ook
eigenlijk verwachten dat ik een maaltje voor zovelen in huis heb? Zij komen
toch onverwacht! Echter als dat rond maagvultijd is, dan kan het nog zo knusjes
zijn met kwebbels, knabbels vullen geen lege magen. Knabbels behoren tot mijn standaard
assortiment, maar om nou bij gebrek aan een goed maaltje chips, Tokio Mix,
M&M’s en geroosterde pinda’s te serveren?
Dat is geen gastvrouwheid en dat leerde ik extra toen Heidi en meerdere
van mijn familieleden en vrienden mijn huis onverwacht onveilig maakten. Ze
wisten geen culinaire hoogstandjes te verwachten, maar dat het met Heidi
verrassend beter zou worden dan gedacht?
Zij was getuige van eetbaarheden uit de vriezer. Zo handig dat het ding
een zak groente in voorraad had dat nog niet over datum was. Macaroni heb ik
altijd wel. Een kruidenmix ook, dus het leek erop dat het wel goed zou komen.
Zeker met een koelverse Kipshoarma pizza. Dat wordt vechten, was mijn idee.
Zo bleek de hoofdmaaltijd geen
probleem. Maar in huize Typisch Irene is een maaltijd pas dan compleet als er een
bak rauwkost bij staat. Over een goed gevulde bak en de relatie tussen Celine
mij en salades heb ik het hier al eerder gehad. Het bewijst alleen maar wat een onmisbaar
koud-item het voor mij is. Ik moet het er gewoon weer over hebben.
Terwijl de macaroni pruttelde, de saus indikte en de pizzakaas
lichtbruin kleurde zocht ik alles bij elkaar voor een salade. Komkommer,
tomaat, paprika, sjalotje, olijven, kappertjes, radijs en sla. Of wat er over
was van de sla; een paar in elkaar gepropte blaadjes, meer was het niet. De
rest smaakte gisteren zo lekker.
Mijn zus stond naast me en merkte mijn diepe
zucht op:
‘Wat is er?’
‘Ik heb niet genoeg sla. Kijk,
wat een miezerig zielig propje sla.’ Ze keek eroverheen naar alles wat op het
aanrecht lag. Zou ze een poging wagen aan een wonderbaarlijke
vermenigvuldiging? Nee dus, ze pakte het bosje radijs.
‘Is radijsblad eetbaar?’ Amper de
vraag gesteld, stopte ze een smikseltje radijsblad in haar mond. Ik wist het,
ze is gek! Nu wachten tot ze dood neervalt, gaat ijlen of duizelig wordt.
Dat gebeurde gelukkig niet. Blijkbaar is het groen van de radijs niet
giftig. Dat beaamde ook de grote wijsneus Google. Heidi vertelde ondertussen
haar smaakbevindingen:
‘Best lekker fris, een beetje
pittig en een stevige bite. Ik zeg
gebruiken!’
‘Mooi, dat zegt Google ook en
jij leeft nog.’ We wasten de blaadjes schoon en deden ze bij het pestbeetje
sla.
‘Hé kijk, bij de pizza zat dit
zakje sla.’ Ik hield een klein zakje sla voor haar ogen. ‘Dat doen we er ook
bij.’ Alles bij elkaar ontstond er toch wel een aanvaardbare bak sla. Waarvan
niemand na afloop ziek, zwak of misselijk is geworden. Het eten was heerlijk!
Maar blijkbaar voor mijn zus nog niet af.
Toen ze wat spullen opruimde in
de koelkast, ontmoette haar ogen een doos bonbons. Dat zij juist dat zag,
verbaasde me niets. Het chocolade monster. Ze keek naar mij met een blik vol
verlangen en kwijlde er nog net niet bij.
‘Mag ik er eentje of tweetje?’
‘Ja, joh, kom we gaan helemaal los.’
Zo ploften we zusterlijk op de bank, bonbondoos in ons midden. De rest van de
aanwezigen zaten achter ons en hadden niets in de gaten. Delen was voor
ons geen optie.
Heb jij weleens beseft hoe lekker sommige bonbons zijn? En sommige, nou
ja… Kon je bonbons maar even voorproeven.
Zo zag ik diezelfde doos net
weer liggen. Tot op de dag van vandaag heeft niemand ernaar gevraagd en klinkt
nooit: Mag ik een bonbon? Ik begrijp niet waarom, ze zijn heerlijk. Allemaal! Dat
weet Heidi ook.
Even in gedachten bij haar, pak
ik de doos en open ‘m, ik lach en kijk…
Kom je gauw weer naar NL? Ik mis je en met jou de fun! Love you sis.