zondag 22 februari 2015

Winnaar TI-shirt (Typisch Irene shirt)

En de winnaar is…
    Ikzelf, want ik ben tien pagina-likes rijker. Dat vind ik nou iets om te vermelden en te vieren. Het is een leuke bijkomstigheid; gezien worden door iets meer mensen. Bedankt voor wie daar aan meewerkte.

Na het plaatsen van mijn blogje ‘TI-shirt (Typisch Irene shirt)’ en een facebook-link die daarnaar verwees, hebben zeventien mensen die link geliked & geshared. Dat is echt gaaf! Zij maakten daarmee kans op mijn zelf ontworpen TI-shirt.
    Van die zeventien deelnemers heb ik twee deelnemers voor deelname uitgesloten, te weten mijn man en dochter. Zij regelen maar zelf een TI-shirt, zo dicht bij het vuur moet dat lukken.
    Met twee afvallers is de winkans voor de vijftien overblijvers toch wel even vergroot. Met hoeveel procent weet ik niet, ik ben niet zo goed in wisknudde. Reken het zelf maar uit, als je het belangrijk vind.

En dan nu…
    Wie wint mijn unieke TI-shirt? Oké, misschien niet helemaal uniek, want hij is ook te bestellen voor €15,- als je hem perse hebben wilt. Laat dat vooral weten via een privé bericht op mijn facebookpagina: https://www.facebook.com/pages/Typisch-Irene/288781364613131?fref=ts

En dan nu...
    Schakelen we over naar Celine. Zij leidde te trekking en vond de winnaar! Kijk maar hoe eerlijk het er aan toe ging:



Moes



Waar komt eigenlijk het woord moestuin vandaan?
    Tuin, snap ik wel, maar moes? De enige moes die ik ken is appelmoes. Appelmoes groeit toch niet in een tuin? Dat groeit in een potje, die ik koop bij Jumbo…
    Ik bedoel Albert Heijn. Dat was een versprekinkje of eigenlijk een verraadinkje. Het is namelijk geheim dat Jumbo een klein deeltje uitmaakt van mijn leven. Als Albert daar achterkomt, wordt hij natuurlijk heel boos. Wordt ik tot moes geslagen. Maar ja, Jumbo is op verschillende fronten echt goedkoper. Dat heb ik zelf met mijn rekenmachine gecheckt.

Daarbij verkoopt Jumbo onmisbare producten die Albert niet in de schappen heeft. Zo vind ik bij Albert geen Benco. Waar ik ook zoek hij kent het niet.
    Tel daar het gemis van de overheerlijke korreltjes-thee bij; beter bekend als ZITRONEN TEEGETRÄNK. Deze drank verplichtte me jarenlang tot een jaarlijks uitje naar Kleve (DL). Dichterbij kon ik het niet vinden. Zie me lopen met 48 pakken in het karretje. Mijn auto was bijna te klein.

Tot de ontdekking van LEMON TEA DRINK bij de Jumbo. Dat bleek kassa voor hem en mij. Als ik er toch ben sla ik even meer goedkopere zaken in om daarna toch naar Albert te gaan. Hij is mij namelijk nooit helemaal kwijt. Appie verslaat elke winkel als het gaat om zijn groente en fruit. Daar is het echt vers, super goed en lekker. Alsook het personeel. Ze zijn daar fruitiger en gezelliger. Hoewel ik de praatjes met de groenteman mis. Hij is vertrokken om een autorijschool te beginnen. Hoe kan dat leuker zijn dan twee keer per week een praatje met mij?

Van twee walletjes shoppen bevalt mij prima! Help ik twee winkels de crisis door. En bij beide als zelfdoener, ik bedoel zelfscanner. Alleen moest ik wel ontdekken hoe het werkte bij de Jumbo. Geen betere plek om er achter te komen, dan bij de klantenservice. Hoewel ik daar nogal argwanend en afstandelijk werd aangestaard. Ik besefte dan ook niet hoe opzichtig de drie grote AH big-shoppers in het karretje stonden. Dat was natuurlijk dom.
    ‘Geen zorgen, ik ben geen spion! Wel een overloper!’, meld ik verlegen en duw de tassen in elkaar.
    ‘O gelukkig, ik was al bang,’ klinkt de medewerker opgelucht.
    ‘Ik check de laatste weken of jullie echt de goedkoopste zijn en warempel: het is waar.’
    ‘Dat schreeuwen we natuurlijk niet voor niets zo hard uit de tv.’
    ‘Oh, ik dacht dat mijn tv gewoon te hard stond,’ ik buig over de toonbank naar de cassiere, ‘maar je mag niet doorvertellen dat ik hier kom. Straks nemen ze aan de overkant mijn bonuskaart af.’
    ‘Geen zorgen, ik hou mijn mond!’, fluistert ze.
    ‘Mooi!’, ik ben werkelijk opgelucht, ‘heb ik nou ook een pasje van jullie nodig om te kunnen zelfscannen?’
    ‘Nee joh!’, zegt ze zelfvoldaan en recht haar rug. ‘Bij ons geen controle over wat je koopt. Druk gewoon op de startknop en verder wijst het zich vanzelf. Als je alle boodschappen hebt, reken je bij mij af.’
    ‘Makkie dus!’ Als snel loop ik fluitend door de winkel.

Echter niet voor lang. Albert Heijn heeft nu zo’n leuke actie! Ik word er helemaal enthousiast van. Een moestuintje aanleggen. Daar ga ik me helemaal op storten. Maandag bij het ontbijt riep ik al:          
    ‘Daag Jumbo! Ik ben bij Appie!’
    ‘Dat wordt overwerken voor mij!’, zucht mijn manneke erachteraan. Alhoewel hij ook snel met een beter plan komt. ‘Je moet gewoon bij die kinderen gaan staan, achter zo’n dranghek. Dat heeft deze AH toch ook?’
    ‘Ja zeker. Da’s een topplan. Ik plan daar gelijk wat extra tijd voor in mijn agenda. Trouwens, ik ga helemaal niet bij die kinderen staan. Ik ga daar staan als de kinderen hard werken op school. Sta ik daar lekker alleen en kan alles voor mezelf vangen. Dat is nog eens kassa voor mij!’

Kijk ik even later televisie, zie ik dat Albert Heijn Marcels idee al heeft ingepikt en zelfs verwerkt in hun commercial. In een oogwenk heb ik zin om Appie tot moes te slaan. Het is dat hun actie nog even wint, maar daarna ben ik weg.

Blijft de vraag: hoe kon AH weten van Marcels idee?
    Wacht even, die BONUSKAART. Ze volgen me. Albert Heijn doet aan afluisterpraktijken middels die kaart. Waar zit de camera?!

zondag 15 februari 2015

TI-shirt (Typisch Irene shirt)

Vriendinnen! Waar zou ik zijn zonder hen?
    Eigenlijk gewoon waar ik nu ben. Ook zonder hen zou ik op deze plek blogs blijven schrijven. Toch zijn ze van onschatbare waarde gebleken. Hoera voor vriendinnen!

Zo is daar Judith. Dankzij haar uitspraak: ‘Jij leeft in een eierdopje,’ was de titel van mijn eerste boek snel bedacht. De meeste blogs komen tenslotte recht vanuit mijn eierdopje! 
    Steeds weer met veel plezier geschreven voor wie het lezen wil.

Wordt ze vandaag opgevolgd door Wendy. Ook zo’n inspirerende meid. Ze wees me op één zin uit mijn laatste blog. Een zin die ikzelf ook erg leuk vond. Wendy vond het perfect voor een Loesje poster. Maar hé, ik ben Loesje niet! Ik ben juist Irene, typisch dus. 
    Niet lang na haar reactie werd een top-plan geboren.

Namelijk een t-shirt met mijn eerste ‘Typisch Irene quote’. De mooiste zin uit mijn blog SELFIE.  Hij is voor € 15,- te bestellen, maar het is natuurlijk veel leuker om ‘m te winnen!

Wat je daarvoor moet doen?
    Ga naar Facebook, naar mijn pagina: Typisch Irene of klik hier.
    ‘DEEL EN LIKE’ het bericht dat verwijst naar dit blogje. Tussen de mensen die delen en liken, verloot ik volgende week (22 februari) zondag dit t-shirt!
    Spannend!!!



zaterdag 14 februari 2015

Selfie


    ‘Goedemiddag!’ klink ik opgewekt als ik binnenstap.
    ‘Hooi,’ klinkt madam zacht en binnensmonds. Ze heeft de smartphone weer eens op zichzelf gericht.
    ‘Je bent vroeg thuis, had je uitval?’
    ‘Huhu…’

Verder vragen doe ik niet. Ik weet dat er niet veel gezegd zal worden. Met de telefoon in haar hand is ze bijna onbereikbaar. Zonder woorden klinkt: niet storen. Eerlijk gezegd word ik er gek van. Zie ik mijn dochter, zie ik haar Galaxy. Haar aandacht vangen gaat beter via de Galaxy dan via direct contact.
    Niet dat het alleen kommer en kwel is. Via whatsapp krijg ik vooral veel lieve berichten, vooral van haar. Zo heeft een smartphone ook een goede keerzijde.

Wat ik vooral niet mag vergeten, is dat haar phone de live-line is met haar vriendje. Ze zouden eens een minuutje van elkaars leven moeten missen. Dat is natuurlijk ondenkbaar. Zo lijkt de smartphone belangrijker dan the air she breaths.
    Daar komen weer een paar berichten binnen en weg is ze.

Tot dat ene moment dat ik na een klop op de deur haar kamer in stap.
    ‘Heb jij tijd voor een cursusje aan mij?’ Ze fronst haar wenkbrauwen en zonder opkijken zegt ze:
    ‘Wat voor cursus?’
    ‘Nou, ik heb heel wat van jouw selfies gezien tussen de vakantiefoto’s. Daarom denk ik dat jij de aangewezen persoon ben om mij te leren hoe ik dat nou bij meselfie doe.’ Ze legt haar Phone direct weg, ja echt! Springt enthousiast van haar stoel en wijst mij die.
    ‘Leuk mam! Ga zitten. Hier is het beste licht.’ Daar heb je het al; ze weet de beste plek en zet me op haar bureaustoel bij het raam. Ze grist mijn telefoon uit mijn hand, zoekt de app Retrica op en geeft mij mijn telefoon terug.
    ‘Kijk mama, je moet ‘m voor je houden en dan een minuut of tien zoeken naar de beste hoek.’
    ‘Tien minuten?’ Ik wil al bijna weer opstaan. Die is gek, ik heb wel wat beters te doen. Ik word liefdevol teruggeduwd in de stoel.
    ‘Je wil er toch op je best uitzien? Dat kost tijd’, klinkt madam zelfverzekerd.
    ‘Wat mij betreft is een minuutje genoeg, want mijn rechterkant is mijn beste kant. Ik vind het best zo,’ triomfeer ik.
    ‘Nu moet je even stil zitten, stel je schermpje scherp en klikken maar.’ Vervolgens maakt mijn telefoon vier selfies die tevoorschijn komen in één bestandje. Het resultaat is…
    ‘Rijp voor de prullenbak!’
    We proberen het nog op wat verschillende andere manieren: liggend op bed, hangend in de stoel, met mijn kin op mijn hand, steunend op de bedrand en als laatste in de deuropening. Al met al was het gezellig zo samen: de prof en de amateur. Echter één ding is duidelijk: ik mis de fotogeniekheid die mijn dochter zo eigen is.

Dat gemis blijft ondanks dagenlang oefenen. Ik vereeuwig mezelf keer op keer naar de prullenbak.

Niet veel later sta ik op het punt Celine te storen, maar zie haar door de kier van haar kamerdeur. Eén keer raden waar ze mee bezig is.
    Ze doet de kraag van haar blouse goed, duwt een piek haar dat uitsteekt in haar nek bij haar staart, ze knoopt het sjaaltje los en doet 'm af en wimpelt een pluk haar van haar pony opzij. Als laatste draait ze haar stoel een beetje bij en ‘klik’! Ze is helemaal gericht op zichzelf.
    Als ik dan binnenstap en haar selfies bewonder, ken ik haar niet meer terug.
    ‘Wie is dat lekkere ding?’

Bij het verlaten van haar kamer, weet ik wat mis is met mij. Ik wordt kriebelig van de op-mezelf-gerichte-modus van de camera. Het zien van mezelf, van zo dichtbij is akelig confronterend. Wat een oneffenheidjes tref ik aan. Hier en daar gapen diepe rimpels in mijn gezicht en de grijze haren steken het meest uit. Het schreeuwt me allemaal tegemoet middels de camera: you’re getting older mom!
   Ik moet maar stoppen met selfies willen maken. Mijn kop is daar gewoon niet geschikt voor en dat doet mij geen goed.
    Daartegenover staat mijn selfie-gerichte tienerdochter met nog een mooi strakke huid en prachtig frisse haarkleur van de jeugd. Ze is gewoon mooi en knap! Ik beaam het volmondig. Wat natuurlijk heel goed is voor haar zelfvertrouwen.

Terwijl het selfie-vertrouwen van mij juist de laatste week wat deuken heeft opgelopen!


zaterdag 7 februari 2015

Bij jou



Onverwacht vroeg en gehaast komt mijn man, Marcel, binnenstuiven. Hij ploft neer bij de versterker. Ik schrik enorm van zijn onverwachte thuiskomst en val zowat van het huishoudtrapje. Daarbij stoot ik bijna de sopemmer om. Mijn hart gaat tekeer in mijn borstkas. Ik leef!

    ‘Irene, dit vind jij echt een mooi nummer!’ Hij zet de radio aan en kijkt ongeduldig, want het apparaat is niet zomaar ineens aan. Nee, het moet opwarmen. ‘Dat jij ook niet gewoon de radio aan hebt!’
    ‘Ja, ik weet het. Jij luistert de hele dag naar die rot-herrie. Ik word er vooral zenuwachtig van, zoals ook van jou nu. Het mag wel een heel bijzonder lied zijn.’
    ‘Dat is het ook! Ik weet zeker dat jij er helemaal weg van bent.’
    Hij zal het wel weten.

Het is deze man die me vaker op prachtnummers wijst, hij kent mijn smaak dan ook als zijn kontzak. Ondertussen staat de radio aan en vult mijn huiskamer zich met klanken van pianomuziek en een rustige vrouwenstem. Het klinkt enorm intiem zo samen. Ik val bijna direct stil, de stress van zojuist vergeten. Mijn adem stokt, want zelfs ademhalen geeft teveel herrie en stoort de schoonheid van wat ik hoor. Klanken die in hun eenvoud zo intens zijn. Dit is een juweeltje van een lied. Eindelijk een lied dat niet volgepropt wordt met het geluid van allerlei muziekinstrumenten, maar alleen piano als pure ondersteuning van de gevoelige woorden.

Woorden over troost vinden, een plek om te schuilen, een plaats waar je jezelf mag zijn, waar je veilig bent. In alles, overal, door de seizoenen heen. Zelfs aan het eind mag jij je gekoesterd weten.
    Ik sta bewegingsloos bij het aanrecht. Durf me niet te verroeren zolang het duurt en probeer ondertussen de prop in mijn keel weg te slikken. Het lukt niet.

Als het lied afgelopen is, vraag ik met een snik in mijn stem:
    ‘Wie zingt dit eingelijk?’.
    ‘Claudia de Breij.’
    ‘Huh? Zij?’ Ineens herken ik haar stem. ‘Ik wist niet dat ze zulke gevoelige liederen zingt.’ Ik veeg met een tissue zachtjes onder mijn ogen en kijk in de ovendeur of de schade van mascara-uitloop ernstig is. Het blijkt dat ik vanochtend vergeten was mascara op te doen.

De rest van de week beluister ik dit lied zo vaak dat mijn zoon hem niet meer kan horen. Terwijl het bij mij keer op keer binnenkomt. Het raakt steeds weer. Het liefst zou ik het aan mijn muur hangen, zodat ik het altijd kan zien. Of beter! Ik wil het meenemen. In mijn tas of broekzak. Ik maak er graag ruimte voor. Het is zo mooi. Iedere keer sluit ik mijn ogen, als wil ik de woorden, de muziek in me opzuigen. Ik ben hopeloos gevallen.

Gevallen voor dit lied, zoals ik ooit viel voor mijn man. Hij is voor mij degene waar Claudia over zingt. Ik mag bij hem… Altijd! En hij bij mij.  Hoe kon Claudia dat weten?
    Zomaar onverwacht kabbelt er een traantje uit mijn ooghoek. Hoe mooi als je kan zeggen die persoon te hebben. Die ene bij wie ik om alles mag komen. Ik zou nu graag even bij hem schuilen. Maar hij is er niet.
    Wel de tissue-doos, die staat hier naast me. Maar dat bedoelde Claudia toch niet?