donderdag 30 juni 2011

Auw, kastdeurloze keuken...

Wat een tegenslag... en dat door, of moet ik zeggen, voor een kopje koffie.

Heerlijk! Een bakkie na het avondeten. Geen toetje kan daar tegenop. Sterker nog, onze twee kinderen kunnen bijna hooglopende ruzie krijgen over wie het voor me maakt. Makkelijk hoor, twee bediendes. Deden ze andere dingen ook maar zo graag: hun kamer op ruimen of tafeldekken. Je kan zelf wel andere klusjes bedenken.

Voorlopig geniet ik van hun vrijwillige bijdrage en enthousiasme; neem de ruzies er op de koop toe bij. Vanavond bood Celine aan om mijn bakkie te maken en huppelde naar de keuken.

We schrikken op, tijdens het natafelen, als er ineens gesnik uit de keuken klinkt.
Celine had haar hoofd gestoten tegen een keukenkastdeur. Echt zielig! Wilde ze mij verwennen, krijgt ze dit! Ik troost het meisje, want als iemand weet hoe het is om het hoofd te stoten, ben ik het wel. Het rent dus duidelijk in de familie en dan via de vrouwelijke lijn. Heb nu al medelijden met Celine’s dochter, mijn kleindochter.

Nooit vergeet ik die keer, in Port Grimaud. We hadden heerlijk een poos aan het water gezeten en liepen terug naar de auto. Al lopend kijk ik bij winkels naar binnen tot ik 'kebeng' mijn hoofd écht heel hard, écht enorm hard, écht super hard (ja, je moet even beseffen dat het écht hard ging) stoot tegen een stalen paal. Over hard gesproken. Ik vloek niet snel, zeker niet hardop, maar zelfs wat ik dacht is niet iets wat ik hier ga herhalen. Ik was zo gefrustreerd en boos. Mijn lieve schat wilde me troosten, zoals ik nu mijn meissie troostte. Maar ik wilde het gewoon niet. Hoe stom om je kop te stoten?! Ik voelde me echt een sufkop. Wat een blunder om zó je hoofd te stoten!

Ook stootte ik ‘m nog niet zo lang geleden tegen een betonnen overkapping. Bij de skatebaan, waar ons jongske even zijn hart op kon halen in skateboarden. Na een poosje kijken naar zijn en andermans kapriolen, gingen we weer lopen. Het was inmiddels donker. We lopen de bocht om en al kletsend loop ik zo met mijn hoofd tegen een betonnen overkapping. Weer zo iets hards! Wie heeft dit ook zo gemaakt? Er had een reflextor, of nee, een lamp op moeten hangen. Lastige is dat ik aan de kleine kant ben en het ook echt niet zag… Marcel wel, maar hij dacht dat ik het ook zag en was te laat om me tegen te houden. Wie zou ik hier het hardst willen slaan?

Zo heb ik mijn hoofd nog vaker gestoten. Hij wordt er hard van hoop ik dan.

Terug naar Celine. Met een koud doekje tegen haar hoofd, neemt ze haar plek aan tafel in. Marcel vraagt zich hardop af, wie er ook kastdeuren in de keuken heeft!? Wat is het nut van kastdeuren?
Gegrinnik…

Er volgt stilte, waarin het nasnikken van Celine verandert in gelach. We proberen ons een kastloze keuken voor te stellen, denk ik. Ik al genietend van mijn bakkie en in afwachting van Marcels verdere commentaar, want één ding is zeker, hij komt met meer om er een melige switch aan te geven. De lol is compleet, de tranen vergeten, als Marcel ineens ernstig zegt: “Keuken er uit of Celine’s kop eraf!”
Waarop ik hard roep: “Geen kop gaat hier rollen, de keuken gaat eruit!” Yes!
Komt daar éindelijk de nieuwe keuken in het vizier?
Uhm, wil ik wel een kastdeurloze keuken?

Daar moet ik mijn hoofd nog een keer voor stoten

zondag 12 juni 2011

Suikerbietensalade en Bosgroentesoep



Wat was het leven goed in Epen, Zuid-Limburg, waar we een tweetal weekenden hebben vertoefd. Nou ja, het weer was het tweede weekend soms even minder fijn. Het kon ons echter niet deren, want wandelen kan altijd. Regenjassen mee, extra vest aan, natje & droogje in de rugzak, en wegwezen. Een leuke route van rond de 10 kilometer was bedacht. Ik had er zin in en dacht: Onze kinderen moeten dat fluitend kunnen lopen. De avondvierdaagse (4 x 10 km) lukte, dan moet dat hier in het heuvelland zeker lukken. Hupsakee, geen gepiep, gezeur, getreuzel. Lopen met die hap!!! Kilometers vreten, daarvoor zijn we hier!
   “Ik heb een potje met vet…”

We waren nog maar een kilometer of drie verder of er klonk me toch ineens een gemopper! Had ik niet gezegd:
   "Geen gepiep, gezeur,getreuzel?"
   Eén van de kids zet het na een kwart van de route tóch op een piepen!? Zei daar iemand:
   "Ik ben moe!"?
   Mijn oren werken niet helemaal 100%, dus ik hoopte het niet goed te hebben gehoord. Tot honderd meter verder de vraag klinkt of we even op een bankje konden gaan zitten. Nou goed dan, we dronken wat, aten een appeltje en vertrokken weer.

Wat schetste onze verbazing?! Het mopperende meisje, had blijkbaar gewoon een snack nodig, want nu liep ze neuriënd verder. Er klonk geen piep meer uit dat strotje, maar zang. Voor de insiders, leuk om te melden dat het nummers waren als: ‘Ga en strijd en werk, van de morgen aan'. Stapte ze over op 'Voorwaarts Christen strijders'. Hoe verbazend om te zien hoe die dame opleeft na een hapje eten. En hoe!
   Nog verbazender dat ik als ouder, dat nou nog steeds niet in mijn systeem heb zitten als automatische reply op haar gemopper. Hoe vaak heb ik niet meegemaakt dat die heerlijke meid van ons, zwaar chagrijnig thuis komt van school en na te hebben gegeten, gewoon fluitend door de kamer stuitert. Een metamorfose, dat wil je niet weten!!!

Even terug naar de wandeling…
   We zijn ondertussen ruim over de helft als Benjamin, (die een spoor van vernielde brandnetels en ander ongewas achterlaat, omdat hij met een zwiepende tak alles neer maait), een paar aren vindt. Hij vraagt mij wat het is, tarwe, gerst of volkoren, maar ik weet het niet, ben toch geen boerin? Hij vraagt of we er brood van kunnen maken? Wat we daarvoor nodig hebben? Of ik in de tent olie, zout, water, gist e.d. heb? Oh ja, joh natuurlijk we hebben alles in de tent! Het is all inclusive, als het aan de kids ligt.
   Oven erin, beter nog, een brood-bakmachine. Zie het al voor me.

Als we nog verder lopen vinden Benjamin en Celine ook een suikerbiet met verlepte bladeren. Of we dat kunnen eten. Koeienvoer? Hoe dan ook, het moet mee.
   Al snel hebben zij hun handen vol met aren, een bosje bloeiend gras, die suikerbiet, dennenappeltjes en nog een onbekend ‘groentetje’ waar binnenin een soort van erwtjes zaten.
   Al verder wandelend en richting eind van de route, hoor ik aan hoe er plannen worden gesmeed om met deze ‘groenten’ iets lekkers te gaan maken. Zo blijkt dit een van de leukste wandelingen ooit, want het was een waar genot om hen te horen overleggen over hun kookplannen.
   Zouden zij het dan ook door hebben als wij de route nog even langer maakten? Ik wil nog wel even verder genieten.

Eenmaal bij de tent, komen de zakmensen tevoorschijn en snijden onze chef-koks in dop hun 'groenten' met veel liefde klein. Ze spreidden een enthousiasme ten toon, die me de gelukkigste moeder op aarde maakt. Na een tijdje snijden en sorteren, houden de kids werkelijk twee prachtige borden onder mijn neus:
   ‘Suikerbietensalade’ en ‘Bosgroentesoep’.





zondag 5 juni 2011

Inspiratie is zoek.



Weer thuis na heerlijke dagen in Zuid-Limburg wil ik een blog schrijven. Alleen… Inspiratie ontbreekt. Zou het me lukken, uit het niets? Help me hopen!

Er zijn het afgelopen weekend heerlijke momenten geweest. Momenten die ik eigenlijk niet wil vergeten, maar zo snel voorbij zijn en als herinnering ergens weggestopt zitten in mijn koppie, waar ik zo 1-2-3 niet meer bij kom. Nu wenste ik dat één zo’n dingetje zich weer even aan me opdringt, me inspireert. Dat zou zó fijn zijn.

Zou mijn non-inspiratie kunnen komen omdat ik moe ben? Het ene moment wakker worden in een zonovergoten oord om het volgende moment thuis te zijn? Voor jou misschien niet herkenbaar als, maar voor mij, een omschakeling die wat van me vraagt.

De afgelopen dagen deden me trouwens wel heel erg denken aan Zuid-Frankrijk. ’s Ochtends wakker worden in de tent waar het zó heet is, dat je jezelf in een sauna waant. Werkelijk, ik vlucht dan de tent uit, de stoom komt me uit de oren. Als ik op dat moment in een zwembad zou duiken, zou het water sissen. Zulk mooi weer hebben we zelden gehad, tijdens welk weekendje weg ook, in eigen land. 
   Zó is nou Nederland: Kurkdroog, drijfnat of bloedheet. We kennen hier toch geen tussenweg? Het is uitersten, we klagen steen en been, want het is te heet, te nat, te droog, te koud, te wat dan ook! Maar hoorde je mij klagen de afgelopen dagen? Nah, je mag het Marcel of Benjamin vragen. Het enige wat over mijn lippen kwam:
   “Gelukkig is het niet zo koud!”

Ach ja, het afgelopen weekend.
   Ik was omringd door alleen mijn mannekes, mistte toch wel mijn meissie. Ik dacht veel aan haar, hopend dat ze het fijn en leuk zou hebben op haar plekje, een scoutingkamp. Hoewel ik via mijn mobiele een sms zou kunnen sturen, deed ik dat niet. Ik wil niet de mama zijn die haar op de nek zit en misschien zou mijn sms juist niet gewaardeerd worden. Ik mistte haar gewoon een beetje bij onze activiteiten. Toen ik zaterdag een sms van haar kreeg, schrok ik eerder van het tijdstip dan van het bericht zelf. Het was rond 24.00 uur?! Ik lag er duidelijk eerder in dan zij. Een volgend berichtje kwam een dag later en zo wist ik, die meid had het leuk. Mijn moederhart was gerust gesteld.
   Nog meer toen ik haar vandaag over het terrein van haar kamp voorbij zag rennen. Ze zwaaide me terloops toe met een big smile. Elkaar even zien was genoeg.

Eenmaal allemaal veilig thuis, was daar even een overheersend gevoel. Dit wilde ik vast houden, niet laten wegstoppen op een onvindbaar plekje in mijn koppie, daarom maar hier vastleggen.
   Die mensen die me het meest dierbaar zijn, waren hier bij elkaar, allemaal veilig! Dit maakte me even helemaal blij. Blij was ik al, want het weekend gaf zoveel moois: prachtig weer, zo’n mooie omgeving, zulke heerlijke wandelingen, lekkere maaltijden, veel momenten van rust en ruimte, zoveel leuks en goeds. Ik voelde me al zo rijk aan geluk.
   Mijn grootste geluksgevoel van dit weekend was echter een uurtje of wat geleden: gewoon thuis! Het ene kind aan het spelen met playmobil, het andere kind uitgeteld op de bank, mijn man die met de laatste bagage vanuit de auto de huiskamer in liep en ik? 

Ik keek om me heen… en wist: dit is geluk!
   Samen thuis zijn… Veilig en wel.
   Wat een geluk, dit gezinnetje!
   Mijn allergrootste inspiratie zijn en blijven zij!