zondag 31 december 2017

Jaarafsluiter



Daar staan we dan, op de drempel naar 2018.
    2017 is bijna voorbij. Veel beleefd, spijt van het een, blij met het ander, genoten, verafschuwd, vrolijk geweest, super kwaad geworden (ja ik!), gedanst, bankgehangen, kilometers gelopen en geblogd.
    Wat blijft na dit jaar bloggen is één woord: UITDAGING!

Ik vraag me af of het jou, lieve lezer, is opgevallen dat het dat ene woord is dat vaak viel. Ik heb er zelfs een blog over geschreven. De uitdaging zat toen in een baby.

Wat ik nooit verteld heb, is dat in diezelfde periode ooievaars op ons pad kwamen. Marcel en ik waren aan de wandel bij Hilverbeek in ’s Gravenland toen we tot onze verrassing niet één, niet twee, zelfs niet drie, maar zes ooievaars in een weiland zagen struinen. Staat één ooievaar voor één kind, dan volgen er vijf!
    Een week later zagen we waarschijnlijk dezelfde zes ooievaars overvliegen toen we bij Blijdenstein ook weer in ’s Gravenland een paar duizend stappen op de teller zetten.

En ik zat maar met die uitdaging in mijn kop. Ik vreesde ondertussen het ergste, want tot twee keer toe zes ooievaars in mijn zichtveld? Moest ik dat als boodschap interpreteren? Die van een baby in een buideltje? Nieuw Zeelands benauwd kreeg ik het ervan, want ik was ruim over tijd!
    De rust keerde weer toen een enkele ooievaar door ons raam vloog met een pakketje Always in zijn bek.

De uitdaging bleef ronddolen tot ik het vertaalde naar meer vrijwilligerswerk. Ik ben van twee naar drie adressen gegaan waar ik van betekenis kan zijn op heel verschillende manieren. Ik was (letterlijk) wandelend op weg naar een vierde adres, toen die afgebeld werd. Een buurvrouw wilde mantelzorger worden, zo kon deze vrijwilliger terug naar huis.

Vrijwilligerswerk, het is naast wandelen mijn lust en mijn leven. Mensen blij te maken met mijn aanwezigheid is zo geweldig gaaf! Zij zien me graag, terwijl hun dankbaarheid mij laat fladderen. Die uitdaging is pure genot. Ik wandel met de één, ben een luisterend oor voor een ander en breng een stukje gezelschap bij de derde.

Daar waar ik besloot de uitdaging niet te zoeken in een opleiding of cursus, blijkt het wel dichterbij dan ooit, want na mijn ‘ontslagbrief’ aan de kerk (ik ben bijna geen secretaris meer), kwam zomaar dit op mijn pad: taalcoach.
    Ik heb al ‘ja’ geschreven op de vraag of ik iemand wil helpen groeien in het Nederlands. Er is mij zelfs gezegd dat ik er van leer en het me zelfs als blogger kan helpen. Wauw, uitdaging-op-mijn-pad aangenomen! En een training om te groeien in taalcoachen overweeg ik zeker. Hopelijk hoor ik snel van Stichting Present over het binnenste en buitenste, want ik heb er zin in; dit nieuwe in 2018.

Zo blijft het woord UITDAGING achter in 2017 en neem ik IRENE-IN-UITVOERING mee naar 2018.
    Ik ga ervoor om iemand onze taal te leren. Zoals ik ervoor ga om iemand mee naar buiten te krijgen, hoe klein ook het rondje, even luchten is heerlijk. Weer een ander mag op me bouwen om haar hart te luchten en met een laatste hoop ik nog af en toe het centrum onveilig te maken in rolstoel, eindigend met een lekker bakkie.
    Dan zijn er nog de mensen die onverwacht op mijn pad komen en met wie ik een bakkie ga doen bij JOIN, BARISTA of thuis. Ik heb er zin in! Dit alles omdat ik voor mensen ga! I love people! I always will.

En dan nog dit! 
    2018 brengt wat feestjes.
    Mijn lief en ik zijn in maart 25 jaar getrouwd. Er volgt geen groot feestje, wij zijn niet van grootse party’s. Wij zijn van klein en eigen. We gaan er als gezin en aanhang tussenuit. Daarna wordt mijn lief 50! Ik ben niet verantwoordelijk voor de Abraham voor de deur, ik vind het een vreselijke man. Maar de verjaardag in het teken van hem, wil ik niet missen. Zo wordt het dus ons en zijn jaar.
    Om dat nou een uitdaging te noemen? Nee! Dat is een INDAGING!

Daar ga ik voor: 2018 - het jaar van mijn indaging.
    Wat wordt het voor jou?



zondag 24 december 2017

Spelletjes

De lol spat er hier af, terwijl kerst nog moet beginnen. Twee avonden zijn weggespeeld. Als die model staan voor de rest van onze kerstvakantie, wordt het een onvergetelijke met als uiteindelijk testresultaat: samenzijn op ons kwalitatiefst.

Beeldschermen geskipt komt Celine gisteravond met een kartonnen speelbord op tafel. Daarop wordt een kartonnetje geplaatst met mannenbenen - ertegenover een kartonnetje met vrouwenbenen. Wie zitten er kwijlend bij?
    ‘Eens kijken welke benen van mij zijn,’ klinkt Marcel. Hij kiest de flink gespierde benen. Ik besef vooral dat zijn eigenbeeld ernstig verstoord is, wat me compleet van mijn stuk brengt. Hij heeft in mijn ogen een zeer reëel wereldbeeld. Blijkbaar gaat dat ten koste van zijn zelfbeeld.
    Ik kijk even mee en constateer dat geen benen gelijk zijn aan die van meneer Spillebeen.
    ‘Marcel, jouw benen zijn zo uniek, enig in hun soort. Dat is geweldig!

De dames vinden met gemak hun benen, dat zit dan weer in het rokje of broekje!  In zo’n broekje (links) zal je mij in ieder geval nooit treffen!

Spelen maar!
    Twee meisjes zitten tegenover twee jongens. Ik zit er tussenin als spellijder. Die lange ij is bewust. Aan de ene kant zit daar manlief die mij beschuldigd van matsen van de meiden, die op hun beurt mij verdenken van voortrekken van mijn lief. Spelleider zijn bij vlees en bloed maakt je een lijdend voorwerp.

Verschillende rondes worden verspeeld om te komen bij de categorie uitdagingen.
    Zonder problemen trekken de dames hun bh’s uit zonder hun kleding uit te doen, waar het Benjamin niet lukt de bh van Celine met één hand los te maken. Goede bh meid!
    Celine loopt en danst met haar Phone op haar hoofd door de kamer, danst er zelfs bij, zonder dat het van haar kop valt.  Terwijl Benjamin hetzelfde rondje loopt op pumps en zich alleen maar afvraagt waarom vrouwen zichzelf zo pijnigen.
    Met ogen dicht stift Senna haar lippen netjes strak, waar Benjamin piepend met drie ijsklontjes in zijn onderbroek door de kamer kuiert. Zijn stemmetje klinkt geknepen. Hoor 'm piepen.

Om vandaag bij mijn zus te belanden  op -1ste kerstdag.
    Zie ons omringd door mijn ouders, mijn oudste zus en haar gezin,  de zoon van mijn andere zus en zijn gezin en wij; 17 man en vrouw sterk. Het betekent opnieuw gezelligheid rondom een spel.
    Er komt geen speelbord op tafel. Wel worden drie briefjes en een pen in ieders hand gepropt. De opdracht is: schrijf op één briefje een persoon, op een ander briefje een voorwerp en op het laatste briefje een plaats/plek  op. De briefjes worden gevouwen en in de grote kerstmuts gehusseld. Om beurten moet iemand uitbeelden wat op een getrokken briefje staat.
    Ik noem het spel: VOOR GEK STAAN TERWIJL IEDEREEN KIJKT! Vind ik echt één van de ergste spellen die er bestaan.

De twee meest opvallende uitbeeldingen waren deze:
    Benjamin staat met zijn armen wijd. Iedereen herkent al snel een vogelverschrikker in hem. Maar we zijn er nog niet. Ineens slaat hij zijn handen om zich heen, alsof hij het ijsberenkoud heeft. Hij mag niks zeggen, anders zou hij vast om warme chocolademelk vragen. Daar staat ie, de bibberende vogelverschrikker. Amper uitgetrild maak Benjamin met zijn handen een beweging van een cirkel voor hem en zo goed als ik hem begrijp zeg ik:
    ‘Vat, biervat, rum!’ Natuurlijk rum of zoiets vol-alcoholisch werkt veel beter bij verkleuming dan chocolademelk. Dat vat is een opsteker, want Benjamins duim wijst omhoog. Om direct weer als vogelverschrikker zijn rol op te pakken, gevolgd door bibberitis en maar wijzend naar het vat. Wat wil hij horen? We hebben met ons 17en geen idee.
     Ondertussen rolt Celine over de bank van het lachen. Benjamin merkt dat op:
    ‘Jij hebt deze zeker bedacht!’
    ‘Ja! Je bent een fantastische vogelverschrikker die kou heeft gevat!’

Staat daar een ronde later mijn neef een zogenaamd kind in zijn arm te wiegen, wijst op zichzelf,  laat blijken dat er nog een kind is door naast hem zijn hand iets lager onder zijn eigen lengte te houden, buigt zich naar voren als een oud mannetje en loopt een paar passen met een nep stok in zijn hand, om als laatste met zijn hand door denkbeeldig haar te strijken. En dit in oeverloze herhalingen.
    Snap jij om wie dit gaat? Nee?
    Wil je weten wie hij speelde? Echt?
    Hij stelde mij voor! Alsof ik al een voorover geboden oude taart ben. Ik zit juist in de bloei van mijn leven!

Gelukkig spelen we alweer verder en overleven we een tweede spelletjesavond. Voor morgen en overmorgen staan geen spellen op het menu, maar dinsdag schuiven we aan bij Senna en haar familie. Deze zekerheid is ingepakt: we gaan het dobbelsteenspel spelen.

Blijft er nog één ding: jou speelse dagen te wensen!





zaterdag 16 december 2017

Militair



    ‘Ik wilde vanmiddag het park in, maar het is wel heel nat hè? Zo mis je vandaag heel wat stappen!’, zei mijn schonema, toen we er laatst op bezoek waren. Deze vrouw heeft geen enkele relatie met social media, leest geen enkele misbare update van mijn hand en weet toch dat ik compleet doorgewandeld ben. Nog mooier is dat ze me aan mijn dagelijkse doel wil helpen.
    Alleen nu even niet, want het water viel met tonnen uit de hemel.
    ‘Ach ma, no worries, mijn zaterdagse kleding is niet wandelproof, bovendien heb ik mijn regenjas niet mee. Die stappen zet ik vanavond wel. Dan trek ik jouw zoonlief van de bank en gaan we er samen nog even om heen.’
    ‘Hij moet wel mee, je gaat niet alleen in het donker!’
    ‘Ik? Alleen in het donker? Nooit! Duisternis en ik zijn vijanden.’

Zo werd ik herinnerd aan deze update op facebook:


Waarbij de reactie van mijn schoonzus (haar naam weg gekrast, iets met privacy) er uit sprong (gevolgd door mijn antwoord):



Boy! Do I need therapy! Ben ik nog wel te helpen met hondenangst, enge mannenvrees en donker bangte? Andere bibberaties nog niet eens genoemd, vertel ik met trots dat ik niet bang ben voor muizen. Dat is one down!

Terug naar mijn schoonzus. Dat ze mij aan een hondje koppelt is niet gek. Haar werk is met en voor hondjes. Kijk gerust eens hier: www.vivaelperro.com en www.vivaelperrodoghotel.com
    Wel opletten hè? Ik schreef hondjes, want ze werkt volgens mij niet met honden van het formaat Brutus. Je weet wel, Brutus is mijn grootse en zeer gevaarlijke (denkbeeldige) hond. Het enige bewijs van zijn bestaan is de hondenriem aan de kapstok.

Ik bedenk dat Brutus net zo denkbeeldig is als mijn angst voor donkerte en die enge man in het bos. Hoe kan die man zoveel macht hebben dat ik wegblijf?
    Daartegenover is daar mijn man, die met me meevoelt en -denkt. Hij wil de bosveiligheid voor zijn wijfie garanderen en ziet de oplossing zeker niet in het formaat hondje dat schoonzus voor zich ziet. Die enge man zou er mogelijk over struikelen en maar zo op mij vallen.
    De betere oplossing ziet manlief in de vorm van een militair en pakt zijn Phone er bij.
    ‘Ik bel gelijk maar even naar defensie.’
    ‘Defensie?’
    ‘Ik wil eens per week een militair inhuren zodat jij één keer per week het bos in kan. Hoe veilig is dat?’
    ‘Het idee van een persoonlijke beschermer staat me werkelijk aan, maar het idee van een mitrailleur in mijn rug, bezorgt me toch weer een vreesje. Ik weet het nog niet schatje.’ Hij legt de telefoon weer weg.

Ik raak gefrustreerd! Gewoon wandelen is toch niet teveel gevraagd?
    Tot ik een vriend sprak die zo’n twee jaar in Nederland woont en nog hard studeert op onze vreselijk moeilijke taal. Hij woont dichter bij het bos dan ik, maar komt er volgens mij nooit. Bij wijze van grap vraag ik:
    ‘Jij bent toch niet die enge man?’
    ‘Natuurlijk niet, zie ik er eng uit?’
    ‘Nou je het zegt, nee!’
    ‘Wandel jij maar waar jij wil. Niet alle mannen eten knappe vrouwen!’ Mijn mond valt open bij deze geweldige uitspraak. Wat mij betreft een prachtig nieuw spreekwoord.
    ‘Morgen ga ik gelijk het bos in.’

Zo gezegd zo gedaan. Ik strikte mijn wandelschoenen vast, trok mijn mooie rode jas aan, hing mijn tas over mijn schouder en trok de deur achter me dicht. Vol vertrouwen en de uitspraak van die vriend herhalend liep ik dapper het bos in. Ik voelde me sterk en moedig.

Voor even, want tijdens het wandelen wil ik nog wel eens gaan denken. Zo gingen mijn gedachten: ben ik eigenlijk een knappe vrouw? Wat doet zo’n man dan met lelijke vrouwen? Wat als die man mij lelijk vindt? Word ik dan met huid en haar… Erger nog, wat als die man blind is en niet ziet of ik knap of lelijk ben?

Ineens hoor ik in gedachten wat mijn vader vroeger (toen ik nog naar hem luisterde) zei:
    ‘Je moet gewoon doen alsof je een man bent.’ Die tip kan wel eens de beste zijn, want die militair, Brutus en die knappe vrouw zijn leuke bedenksels, maar helpen me hier en nu totaal niet. Lopen als een vent eens te meer!
    Daar ga ik: ik trek mijn borst in, prop mijn krullenkop onder de muts, mijn tasje onder mijn jas. Zo lijkt het of ik een bierbuik heb. Ik zet brede schouders op, vergroot mijn stappen en loop wijdbeens verder. Ik brom met mijn laagst mogelijke stem:
    ‘Ik ben een echte kerel! En als je niet oppast, eet ik je op!’

zondag 10 december 2017

Smurfen



Soms smurft zich een idee aan me op, dat een poosje rond blijft smurfen, weer wegsmurft en zomaar onverwacht zich aansmurft. Ken je dat?

Zo smurfte ik afgelopen vrijdag bij Barista van een heerlijke beker Muntthee. Tegenover me zat een vriend die smurfte van zijn koffie. We smurfen elkaar niet vaak, dus is er ontzettend veel bij te smurfen boven onze bakkies.

Eén van de onderwerpen die over tafel smurfte was films waar we van smurfen. Hij smurft met plezier naar films als IT en movies van of over Super Hero’s waar ik nog nooit van gesmurfd heb. Benjamin zou zekersteweten smurfen waar deze vriend het over smurft. Ik niet en ik smurf me er niet druk om. Ieders heeft zo zijn eigen filmsmurf.

Vervolgens smurfde ik dat horror helemaal niet mijn smurf is. Daaraan toesmurfend dat films in 3D eigenlijk net zo horror voor me zijn. Wil je mij beroerd smurfen, neem me dan mee naar een 3D film. Mijn tafelgenoot smurfte nieuwsgierig:
    ‘Bij welke film werd jij dan zo ziek?’
    ‘Bij de Smurfen, way back!’ Het smurfte mijn laatst 3D film ooit.
    ‘Oh ja, als IT to much is dan zijn de Smurfen zeer geschikt voor jou!’ Ik smurfde even of ik niet vierkant uitgesmurft werd. Maar nee, ik smurfde respect voor mijn filmkeus. Wel legde ik uit:
    ‘Als ik dan toch naar iets te spannend heb moeten smurfen, dan volgt altijd een Winnie de Pooh movie. Daarna durft Irene veilig haar bed in te smurfen.’
    ‘Om dan zeker bang te zijn voor een grote smurf onder je bed!’, smurft mijn tafelgenoot er nog even achteraan. Bijdehandsmurf!

De Smurfen bleven hangen en ik bedacht dat ik altijd nog een blog wilde smurfen die helemaal vol wordt gesmurfd. Bij deze, wat een prima combinatie smuft met een mijlpaal die ik te smurfen heb.

Ik smurf bewust niet het woord jubileum. Er is geen sprake van een jubileum-jaartal of een rond getal als 100, 200 of 300 gesmurfde blogs. Nee zeg, daar ben ik allang voorbij gesmurfd.
    Wel smurf ik dat ik inmiddels 365 blogs op het Woelige Wijde Web heb gesmurfd. Dat is een mijlpaal om te smurfen.
    Hoor ik jou nu smurfen: hoezo is dat een mijlpaal?

Smurf je het nou werkelijk niet? Wat smurf jij bij het getal 365? Zoveel blogs, deze niet meegesmurft, want is de 366ste.
    Tada! Dat is voor elke dag van 2018 een blog om te smurfen. That’s some milestone!

Nu moet ik erbij smurfen dat van die 365 blogs er 26 in mijn boek te smurfen zijn. Dus wil je ze echt  allemaal met eigen ogen in 2018 kunnen smurfen, dan moet je toch echt, eindelijk eens, dat boek van me smurfen door het smurfen van het contactformulier rechts onder mijn foto.
    Via mail smurfen we dan even de afspraken over betaling van € 14,95 en smurf ik het boek naar je toe. Goedkoper kan ik het boek niet smurfen; de uitgever smurft mijn boek niet in de aanbieding.

Zo terug smurfend, bedenk ik dat ik één doel in het bijzonder voor elkaar heb gesmurfd in die 365 blogs. Het heeft alles te maken met wat achterop mijn boek is gesmurfd:
    “HAAR GROOTSTE WENS? JOU TE ZIEN LACHEN, HET LIEFST ELKE DAG!”
 
Tada! Die lach elke dag smurfte ik nu letterlijk in tijd en smurf een goed voornemen voor 2018 als je nog lang niet al mijn blog hebt gesmurfd: smurf elke dag een blog en lach. Zo breed als je smurft!
    Maar smurf vooral eerst op deze link naar een blog. Het is niet mijn eerst gesmurfte blog, maar één van mijn favoriete blogs uit mijn boek. Ik smurf het je cadeau, als dank voor jou, mijn lieve leessmurf.
    En smurf, smurf groots!

Met een big smurf en lieve groet,
Blogsmurf!