Marcel heeft zojuist de avond van zijn zoon verpest, terwijl zoonlief er
zo naar uitgekeken heeft.
De hele dag, wat zeg ik? De
hele week, nog langer zelfs, misschien wel een maand of twee, zit Benjamin zich
te verheugen op vandaag: 31 oktober 2015. Keer op keer trof ik hem aan met op
het beeldscherm van zijn iPod zombies, littekens en open wonden met vooral heel
veel bloed.
Twee weken geleden, toen ik even alle akelige gruwelijkheden van zijn scherm
achter me had gelaten kwam Benjamin binnen stormen.
‘Mama, ik ben van mijn
skateboard gevallen.’ Hij overdonderde me met een gapende open wond. Overal zat
bloed! In blinde paniek greep ik naast de telefoon, want die zat niet in de
houder. Natuurlijk, net wanneer er nood is. Ik draai me geschrokken om en zie Benjamin
vermaakt kijken.
‘Mama, kijk nou goed!’ De
pompoen valt; ik ben gefopt. Ik was vergeten dat meneertje nepbloed had
gekocht en ondertussen flink geoefend heeft. Hij vroeg me een foto op Facebook
te plaatsen om te zien of er meer mensen in zouden trappen. Een monsterlijk
aantal mensen trapte in de grap tot grote blijdschap van mijn zoon en ook mij. Ik
was gelukkig niet de enige.
Dit gebeuren gaf mijn zoon de boost
om zich verder te specialiseren in shock-effects.
Hij oefende er griezelig op los en deelde steeds zijn creaties met mij. Hoe beter
hij werd, hoe bleker ik achterbleef en hoe groter mijn hekel aan Halloween groeide.
Ik hou niet van de bijkomende
angstspanning, van de sfeer van gevaar en afschrikwekkende figuren, van
bloeddoorlopen ogen en afgehakte ledematen, van de spanning in het donker, van
de horror-sfeer. Laat staat dat ik er over zou schrijven. Dat leek mij not done.
Tot vandaag.
Want de tijd van oefenen is
voorbij. Vandaag is het Halloween. Vanavond is er een Halloween-optocht in het
Oude Dorp. Dat heeft Marcel eerder vandaag opgezocht. Dat is natuurlijk
helemaal geweldig voor onze zom-boy! Tijd
voor het echte werk. Samen met zijn vriendinnetje en zus werkt Benjamin aan zijn
en hun uiterlijk. Hoe lelijker hoe beter. Hoe enger, hoe gaver. Raar eigenlijk
hoe hij eerst altijd op zijn mooist voor zijn vriendinnetje wil verschijnen,
maar vandaag op zijn spookachtigst naast haar wil lopen.
En dat allemaal om kleine kindjes bang te maken. Best zielig eigenlijk.
Terwijl ik bedenk dat ik blij ben dat ik niet zo’n klein kindje ben, stappen
een zombie, scar-face en old-man-bleeding mijn kamer in. Ik voel
het bloed in mijn lijf omlaag zakken en wankel op mijn benen. Marcel vangt me op,
waardoor ik niet op de grond stuiter. Ik hoor in de verte dat hij de kinderen veel
plezier wenst bij de Halloween optocht en zet mij op de bank.
Tegen de tijd dat ik helemaal tot mezelf ben gekomen, gaat de telefoon.
Het is Celine.
‘Mama! Wij zien hier niemand,
is de optocht wel in het Oude Dorp?’
‘Wacht even, ik laat papa het even
checken.’ Tenslotte had hij lucht gekregen van deze optocht. Hij kijkt op zijn
telefoon en weet me te vertellen dat de optocht om 19.30 uur is gestart. Ik
geef dat door.
‘Celine, ze komen je kant op.
Heb nog even geduld.’
‘Wat?’
‘Ik heb niet naar de datum
gekeken.’ Hij houdt het scherm voor mijn neus.
‘Bedoel jij dat deze optocht vorige
week was? Ik denk dat je zoon nu zwaar teleurgesteld is. Zijn avond is verpest!
Als ik jou was, zou ik er vliegensvlug op een bezemsteel vandoor gaan, want je
weet dat Benjamin een mes bij zich heeft, toch?’