zaterdag 29 april 2017

Labeltje



Meivakantie. Wie?
    Ik niet! Tenminste zo voelde het toen de één in haar pyjama de kamer in wandelde en op de bank plofte waar de ander rond een uur of elf zijn bed uit kwam en tegen me opbotste toen ik met de wasmand boven kwam.

Ik was jaloers, want mijn weksignaal klonk al om 06.45 uur. Belachelijk vroeg in vakantietijd. Ik lijk wel gek!
    Gek op mijn man, want de reden om zo vroeg op te staan was om samen te ontbijten met mijn lief. Daarna als hij weg is, heb ik even de tijd aan mezelf. Heerlijk in een stil huis. Zittend aan mijn bureau kijk ik de tuin in. Ben getuige van vogels die het luchtruim vullen met hun lentezang, ontdek nieuwe bloemen die hun kelken openen en houd een pen vast boven het papier. Dit is me-time en daar sta ik graag vroeg voor op.
    Laat de tegemoetkomende puberfratsen (incl. die van mezelf) nog maar even slapen.

Pas wanneer de jongskes de huiskamerdeur binnenkomen leg ik mijn pen neer. Ik ga erbij zitten als zij ontbijten en bespreek de dagplannen. Vaak blijkt dat zij het ervan gaan nemen, waar ik me buig over verplichtingen. In gedachten mijn huis doorlopend, zie ik voor me hoe ik me een dweil in de rondte werk terwijl de jongelui lekker luieren. Of zodra ik hun medewerking vraag, ze zeggen:
    ‘Nee mam, nu even niet. Ik wil net gaan leren voor mijn examens.’

Daar trap ik niet meer in! Ook tijdens deze weken waarin leren een belangrijke verplichting is, kan een beetje handenwapperij geen kwaad. Zeker niet als er een stofdoek in één van die handen zit. Ik overtuig hen ervan dat als zij zich nou ook een beetje inzetten ze 75% vakantietijd overhouden waar ik 25% procent vakantietijd win. Opgeteld is dat 100%, iedereen blij.

Dat is dus delegeren! Waar ik niet zo goed in ben. Deze dame is van het zelluf-doen (vooral lastig voor mezelf)!
    Wat me herinnert aan een schattig licht stemmetje uit het mondje van een mensje dat minimaal een meter kleiner is dan ik. Me aankijkt met oogjes die zeggen dat ze alles kunnen:
    ‘Mama, zelluf-doen!’
    Blijkbaar ben ik in die kleuterfase blijven hangen, want in mijn hoofd klinkt aldoor: zelf doen! Ik weet dat het zo dom is. Zelfs mijn lijf heeft me dat al gezegd, maar sommige dingen leer ik moeilijk af.

Tot vandaag. Waar zelluf-doen hun tekst niet meer is, klinkt mijn tekst als volgt:
    ‘Jullie slaapkamers moeten eens goed onder handen worden genomen en dat doen jullie deze week maar lekker zelf! Het is hullies zooi, zelluf-doen!’ Ik verwacht een hoop tegenspraak, gevolgd door een gespannen sfeer en smijten met borden. Wat ik krijg is een korte overtuigende discussie en van beide een toezegging.
    ‘Mam, ik wil best mijn kamer zelf doen,’ zegt Benjamin, ‘maar dan wel samen met jou. Dat is gezelliger.’ Omdat ik weet dat het vooral lachen en gieren wordt, vergeet ik even het brullen en stem in.
    ‘Mam, dan wil ik het ook samen doen,’ klinkt Celine en kijkt haar broertje dankbaar aan.
 
Terwijl ik de ene kant van Benjamins kamer onder de doek neem, gooit meneertje zijn bed dicht, ruimt zijn was op en blijft wat rommelen in zijn bed-la. Dan ineens komt hij omhoog en staart naar een klein wil lapje van 5,8 bij 3 cm. Zijn mond staat strak, zijn glimlach van net is verdwenen. Er verschijnen twinkels in zijn ogen.
    ‘Groeit er nu een traantje in je ogen?’
    Hij kijkt onafgebroken naar dat stofje tussen zijn vingers. Ik stap dichterbij om te zien wat het is en beleef ineens een nostalgie-momentje met mijn jongste. Ik herken een labeltje van een dierbaar doekje. Hij had meerdere doekjes. Ze waren lange tijd onmisbaar in zijn leven. Zonder doekje sliep meneertje niet.
    Ineens bukt hij zich en zoekt in zijn la. Achterin diept hij doekjes op, het zijn er meer dan ik dacht.
    ‘Mama, kijk!’ Benjamin houdt de doekjes om de beurt omhoog. ‘Deze was van omi, deze vond ik het lekkerst en deze mist dit labeltje. Kan je die nog aannaaien?’
    ‘Wauw, ik zie jou nog, een metertje kleiner dan ik. Je kroop altijd zo heerlijk onder je dekbed. Als was het een nestje. Met je duimpje in je mond en zo’n doekje (vooral het labeltje) in je hand. Dat labeltje bewoog je zachtjes over je neus en bovenlip.’
    Het voelt als vorige week. De tijd ging te snel.

Echt!
    Over een kleine twee weken doen onze twee kinderen examen.

 

zondag 23 april 2017

Verdraaid!



Het werd me maar zo naar mijn hart geslingerd. Het kwam aan, deed pijn. Het trof mij diep en knetter hard, toen hij zonder enige tact of bloos zei:
    ‘Jij kan echt niet acteren. Laat maar, deze video wordt helemaal niks met jou.’

Bam! Ik weet dat ik slecht ben in het onthouden van tekst. Met de beste wil van deze aardbol krijg ik het niet in mijn bovenste opgeslagen om te onthouden. Vergeet een toneelstuk met mij, want ook improviseren is not done. Plankenkoorts!
    Echter bij deze video kon ik mijn rol per zin spelen. Ik had eindelijk vertrouwen in mijn acteerkunsten. Tot ze niet naar tevredenheid waren van de producer, regisseur, productieleider, opnameleider, D.O.P. (Director Of Photography) en artdirector. Zij staan recht voor me in één persoon: mijn zoon! Hij wilde een nieuwe video opnemen, een sketch, en dacht aan mij een goede acteur te hebben.

Niet dus! Meneertje keek me gefrustreerd aan en klonk teleurgesteld.
    ‘Mam, het is te gespeeld. Het lijkt niet echt.’
    ‘Ja, duh, het is niet echt. Ik word verlegen van die camera. Blijkbaar ben ik beter in mijn spontaniteitsmodus.’ Nog zes pogingen later liet de jongen de camera moedeloos zakken.
    ‘Het is jouw schuld dat ik vandaag geen video heb.’ Hij was boos, had blijkbaar gedacht dat ik dat wel even klaarspeelde. Tenslotte heeft hij mij al vaker opgenomen en na een blauw duimpje omhoog  kon ik mezelf terugzien op YouTube.

Op die video’s werd niets vooraf bepaald. Zenuwachtigheid speelde geen parten. Recht in de camera kijken deed me niets en gewoon antwoorden op de vraag was makkie. Tenslotte waren de antwoorden altijd oké. Meer nog dan dat, mijn ‘gezellig’ bleef hangen en werd herhaald in een paar video’s.

Voor de nieuwe lezers van mijn blog: Benjamin, mijn zoonlief, maakt video’s, kijk maar op zijn YouTube kanaal. Wil je mijn beroemde ‘gezellig’ en moi in één van mijn glansrollen ontmoeten, kijk dan hier, inclusief de hele debiele eenheid in beeld. Meet the family, I’m loving them.

Het was niet lang na het verschijnen van deze laatste vlog dat de camera niet meer in mijn richting stond. Het heeft te maken met fans. Twee vreemde meisjes wilden mij de hand schudden, maar durfden niet zonder hulp van Celine dichterbij komen. Dochterlief regelde een TREFFEN & GROETEN - over ‘gezellig’ gesproken.
    Terwijl ik mij wentelde in een fame-momentje, leek de YouTuber naast me verbouwereerd. Gelukkig had hij geen gun in zijn hand, want ik huiverde voor de gevolgen. Zijn blik was akelig herkenbaar als in deze video bij 2,28 seconden.

Blij dat ik nog live en kick leef ik in afwachting, want zie dat Benjamin niet geniet van een moeder als idool. Natuurlijk snap ik dat hij de idool wil zijn en schuif hem vooral naar voren. Tenslotte krijgt hij de opgeheven blauwe duimpjes en kijkcijfers? Het mag blijkbaar niet via mijn hart gaan.

Ik speelde eigenlijk en vooral altijd mijn beste rol ever, mezelf en bedank bij deze de kijkers voor het kijken als ik zijn filmpjes deelde. Ik vrees namelijk dat ik er uitgeschreven ben. Tenslotte weet niemand dat ik in Benjamins kamer aan het stoffen was, toen de oorlog in laatste genoemde video hier losbarstte. Kijk dus vooral even verder als je dat nog niet hebt gedaan.

Maar ik raapte mezelf op en bij elkaar. Ik bedacht een plan. Ik begin lekker mijn eigen vlog (videoblog), en een uitermate geschikte activiteit diende zich aan. Ik mocht met VWO 6 mee naar Dierenpark Amersfoort – achter de schermen, want ze hadden één auto te kort. Die had ik. Een feestje stond op de planning.

Dolenthousiast, met opgeladen telefoon en extra powerbank onder de arm ging ik een heleboel opnemen. Ik heb zoveel mogelijk op de rode opname knop gedrukt en van alles bij elkaar gekletst, Celine laten filmen, beestjes vereeuwigd, zaken verduidelijkt, grenzen verlegd. Alles voor mijn eerste vlog die Benjamin uiteraard niet wilde editen.
    Manlief werd lief aangekeken en zou bij geschikte opnames er een lopende vlog van maken.
   
Het werd niet meer dan kijken naar de opnames.
    ‘Schatje, dit wordt niet je eerste vlog.’
    ‘Wat?’ Hij weet mijn dag te verpesten zeg.
    ‘Je hebt vloggerles 1 gemist.’
    ‘Vloggerles 1? Had ik een cursus moeten doen? Benjamin doet toch ook altijd maar wat? Zoveel mensen doen maar wat. Dat moet ik op z’n minst ook kunnen.’
    ‘Niet alle beelden zijn fullscreen.’
    ‘Fullwat?’
    ‘Les 1 is: houd je telefoon dwars en nooit rechtop tijdens het filmen...’
    ‘Verdraaid!’


 Dan maar een paar leuke foto's:

 
 
 

zaterdag 15 april 2017

Serieverslaving


Heb jij een kijkbuisverslaving?
   Wij wel! Waarmee ik me vooral richt op de ladies in the house. De mannen zijn overduidelijk verslaafd en maken de meeste kijkuren. Wij vrouwen staan er anders in, kijken onder andere omstandigheden.

Daar is Celine. Zij is helemaal knots van DOKTOR WHO. Alles wat ik weet is dat het een Britse sciencefictionserie is en over een tijdreiziger gaat. Of ik er wel-of-niet achter sta dat ze dit kijkt en waarom ik me er verder niet in verdiep ligt vooral in het feit dat ik dochterlief ken.
   Zij zal, net als ik, niets kijken dat te spannend is. We kunnen spanning hebben, maar niet te veel, zwaar of vlak voordat de klok bedtijd aangeeft. Blijkt een kijksel toch spannender, dan kijken we een kwartiertje naar Winnie the Pooh en bondgenoten om vervolgens zonder schrik en bibbers onze ogen te sluiten.

Belangrijke note is dat Celine alleen DOKTOR WHO kijkt bij het crosstrainen. Daarmee koppelt ze het zinvolle met het plezierige. Een soort van: voor-wat-hoort-wat. Zomaar midden op de dag een serie kijken is tijdverspilling, maar gekoppeld aan iets nuttigs voelt kijkbuiskijken minder nutteloos.
   ‘Mam, ik ga crosstrainen!’, roept ze as we speak. Het klinkt steeds vaker, ze is duidelijk verslaafd. Die serie helpt haar nog eens aan een goddelijk, stak lichaam.

Deze gedachtenkronkel heeft ze niet van een vreemde. Ik ben haar grote voorbeeld in het praktische met het leuke verenigen, de serie is alleen anders.
   Zie hier een groot supporter van A PLACE TO CALL HOME. Een kleine beetje schaamte maakt zich meesteres van me. Het is een serie over een steenrijke Australische familie met inbegrip van absurd vergezochte intriges en ongelooflijk bespottelijke familiegeheimen. Ik kijk vooral vanwege de heerlijk knauwende Australisch-Engelse uitspraak.
   Al zo ver in de serie dat ik met ieders belevenissen meeleef, moet ik blijven kijken. Maar alleen onder het genot van iets nuttigs: de was vouwen en strijken. Bij twee volle wasmanden, kan ik één aflevering zien. Het is nog plannen ook!

Of meer wassen door meer was vies te bestempelen.
   Sokken een hele dag aan? Dat is veel te lang, naast ’s ochtends moeten mijn huisgenoten ook ’s middags schone sokken aan. Elke dag schone handdoeken, kleding elke dag de wasmand in, bedden twee keer in de week verschonen. Moet jij eens zien hoeveel manden ik te vouwen en strijken heb. Vergeet vooral niet dat ik alles, met inbegrip van alle ondergoed strijk.

Tot ik afgelopen week thuis kwam met de boodschappen. Benjamin stormde op me af.
   ‘Mam, ik heb de wasmachine uitgezet, want het klonk alsof er een baksteen in zat.’
   ‘Een baksteen? Hoe komt die er nou in!’ Ik ging gelijk even checken om na een druk op de knop een enorm hard schrapend geluid vanuit de machine te horen. Dat kon niet goed zijn. Uit dat ding voordat het huis ontploft!
   De laatste tijd hoorde ik hardere decibellen van boven komen. Alsof de wasmachine studeerde voor vliegtuig. Hij wil opstijgen.

Bij thuiskomst van Marcel stormde ik op hem af en zei:
   ‘De wasmachine is kapot.’
   Na het bekijken van de garantiepapieren en een inwendig onderzoek verklaarde manlief de machine onherstelbaar kapot. Hij is werkelijk gevlogen.
   ‘We moeten een nieuwe zoeken.’
   Hij kent in deze zijn plek; dat hij zich niet moet bemoeien. Hij schat mij duidelijk op waarde als Hoofd Huishouding. Da’s maar goed ook. De kans dat hij ooit één knop van een volgende wasmachine gebruikt is net zo nihil als Irene achter het stuur met een aanhangwagen.

Twee dagen later arriveert de nieuwe wasmachine en draait ie na een testprogramma weer op volle kracht van links naar rechts. Ik heb een berg stinkende was weg te werken. Echter waar de vorige machine te volgen was in zijn loop om zichzelf, door het geluid van een opstijgende vliegtuig dat het einde van de wasprogramma aankondigde, hoor ik nu niets als ik beneden ben.
   ‘Marcel, deze machine is zo stil, ik weet niet eens wat ie doet! Misschien vouwt en strijkt ie de was zelf al.’
   ‘Nee joh, hij zit op facebook. Dat kan maar zo, want er zijn wasmachines met wifi. Kun je met een app het wasprogramma op afstand instellen, aanzetten en volgen hoe lang het nog duurt voor de was klaar is.’
   ‘Cool! Dan kan ik tot op de seconde zien over hoeveel minuten ik mijn serie weer kan kijken!’




zondag 9 april 2017

Aqua Notes



Serieus! Moet ik weer de hele weg terug, naar mijn nachtkastje en in return naar de badkamer, bis bis, klinkt in mijn hoofd. Dit gaat al een paar avonden zo, Irene in heen-en-weer modus.

Ik heb weleens gehoord dat je, om verandering in vastgekoekt gedrag te krijgen, nieuw gedrag 40 dagen vol moet houden. Dan is het weer nieuw, hopelijk goed gedrag dat vastgeroest raakt.
    Voorbeeldjes: je wilt minder snoepen? Ik zeg: hou het 40 dagen vol om minder te snoepen en je gewoonte is minder zoet geworden. Wil je een kind dat altijd een opgeruimde kamer heeft? Dwing het 40 dagen lang elke dag de achtergelaten rotzooi te ordenen en tralalala, puinruimen is een hernieuwde dagelijkse gewoonte. Als dit bij het ene kind lukt, kan ik het andere kind achter de lompen gaan zitten en opnieuw na 40 dagen blijvende verandering zien. Of ik daarna nog energie heb om mijn echtgenoot 40 dagen achter de billen te zitten? Laat maar, ik ga eerst mezelf even heropvoeden.

Eens zien of ik over 33 dagen klaar ben met het heen-en-weer. Wat overigens de schuld is van mijn echtgenoot en de nieuwe Aqua Notes die hij me vorige week cadeau deed. Was ik er toen blij mee, ben ik nu niet meer zo zeker.
    Ik ben liefhebber van vaste rituelen, maar nu wordt mijn avondritueel behoorlijk geklutst. Mijn gewoonte is: besluiten om naar bed te gaan, televisie of laptop uit, me uit de bank hijsen of laten dragen door Marcel (ja, helemaal naar boven), checken van de sloten, lichten uit, kleinste kamer bezoeken, naar zolder klimmen en brood uit de vriezer halen, een verdieping lager de slaapkamer in en klem, elastiekje of speld uit mijn haar halen, alle hulpstukken verwijderen (gehoorapparaat uit mijn oor halen, bril afzetten), uitkleden, naar de badkamer lopen om te douchen, een privé-concert geven onder de douche, er weer uit en mezelf afdrogen, nachtkleding aan, tanden poetsen, slaapkamer in en met een duik in bed belanden om nog even te lezen.
    Zo op een rij, ervaar ik het erger dan in het echte leven als een laatste zware eindsprint. Elke dag weer dit alles terwijl ik alleen maar wil slapen!

Blijkt het nu ineens zwaarder te zijn geworden. Want met de komst van de Aqua Notes in de douche is er een loopje extra gekomen.
    Het is echt ongelooflijk hoe dat bloknootje daar hangt om beschreven te worden. Tenslotte is dat het doel van zijn leven: hangen in de douche om te voorkomen dat belangrijke gedachten en inspiratie verdwijnen in de doucheput. En het werkt! Wat er opgeschreven wordt, blijft staan! Ongelooflijk! Je veegt het er echt niet af. Een aanrader dus!

Voordat het blokje in de douche hing, stond er al iets liefs op. Maar al zingend onder de waterstroom zag ik dat er iets bij geschreven was. Met de beste wil van de wereld, dichter bij het blokje, verder van het velletje vandaan, met ogen een beetje dichtgeknepen of juist wijd open, ik kon het niet lezen.
    De oplossing om het wel te kunnen lezen lag in mijn bril. Nieuwsgierig naar wat er op stond, ging ik sneller douchen en de andere vaste rituelen afraffelen. Alles om vooral snel - via het heen en weer - mijn bril van het nachtkastje te halen en terug in de douche te lezen wat er geschreven was. Tenslotte ben ik te nieuwsgierig om het een dag later te lezen.
    Bedenk vooral even dat er elke dag iets bij geschreven werd en ik daarom al zeven dagen lang van badkamer naar slaapkamer weer terug hol naar de badkamer. Puur omdat ik die bril altijd op mijn nachtkastje leg.

Zo blijkt mijn slechte zicht de oorzaak voor verandering in mijn vaste avondritueel: ik moet mijn bril ophouden tot in de badkamer. Dat wordt wennen en mijn hoop is op de overige 33 dagen. Dan zit het gebakken in mijn ritme.

In de tussentijd ga ik even langs bij Hans Anders, want met die achternaam zijn ze vast en zeker bereid tot iets totaal anders. Ik geef er de slogan gratis bij: Bij aankoop van een bril op sterkte gratis een Aquabril op sterkte.
    Vraag ik gelijk of ze er zuignapjes op willen bevestigen.