zaterdag 17 oktober 2020

Gewoonte

Het is 22.45 uur:
    ‘Irene, zet de wekker maar op 07.15 uur.’
    ‘Huh? Niet zoals altijd 06.45 uur?’
    ‘Nee, ik had vandaag weinig werk.’
    ‘Wat heeft dat met morgen te maken? Straks staan ze morgen om 07.30 uur op de stoep.’
    ‘Dan hebben ze pech!’ Wauw, dat mag hij vaker zeggen. Niet dat van die pech, maar dat van de wekker en 07.15 uur. Ik draai me om en druk de tijd een half uur vooruit.
    ‘Dit voelt fantastisch! Kunnen we dit niet altijd doen?’
    ‘Nee!’, klonk Marcel streng. ‘We doen dit één keer, anders wen je er aan.’
    ‘Oh zeker, NOG ÉÉN KEER EN IK BEN GEWEND. Dan ziet die wekker nooit meer een cijfer met een zes er in.’ Ondertussen bedenk ik hoe ik dat voor elkaar krijg.

Wakker liggen

Kijk zelf eens naar 06.nog-wat-uur. Het klinkt, oogt en voelt als een vreselijk tijdstip om door de wekker ruw, luid en hard uit heerlijk dromenland te worden geramd. Hoor ik sommigen zeggen:
    ‘Maar juist dan droom ik niet prachtig en ben ik allang aan het werk.’
    Voel ik intense respect voor jou. Heb jij wel een leven? Ik gun je ochtendmenselijkheid, anders kan het niet bestaan. Ik droom graag verder.
    Dat heeft te maken met het verloop van mijn nacht. Ik lig nogal eens wakker. Dat is niet omdat ik dan een liedje zing, dansje oefen of een eitje bak. Nee, dat is omdat ik gewoon ergens wakker van word. Gelukkig slaap ik meestal weer snel in.

Weer zo’n week
De laatste week veranderde dat weer. Alleen al het inslapen was drama. Alsof dat al niet zwaar genoeg was, werd ik per nacht vier of vijf keer wakker en wel op tijdstippen die ik niet eens durf te noemen. Waarom ik wakker wordt? Geen idee.
    Dit weet ik wel: ik wil slapen!!! Het wakker liggen is weggegooide tijd, verspilling van rust en kost me het herstel van energie voor de nieuwe dag. Ik roep al haast: HELP!!!
    Dat voor één keer de wekker op 07.15 uur staat voelt daarom tof, kan ik eens even langer dromen. 

Gedraai
De wekker gezet, draai ik me om, blik op manlief gericht. Hij slaapt al. Ik sluit mijn ogen. Om me al snel op mijn rug te draaien. Hopend dat ik dan lekkerder lig. Na een paar minuten draai ik door en zoals je al verwacht nog even later lig ik op mijn buik. Armen onder het kussen en al die tijd mijn ogen dicht. Want, zo zegt Marcel altijd:
    ‘Je moet gewoon je ogen dicht doen.’
    ‘Ja, duh, die sluit ik, maar ik ben niet als jij.’
    ‘Hoezo als ik?’
    ‘Jij slaapt al voordat je hoofd het kussen raakt. Op het moment dat jij die ruikt, ben je bewusteloos. Daarmee valt je hoofd gewoon vanaf een paar centimeter PLOP op het kussen. Ik snap wel waarom jij een zacht kussen wilt.’
    ‘Wat heeft dat ermee te maken?’
    ‘Als je hoofd valt, wil je een zachte landing.’

Dansje
Niet getreurd, ergens in de nacht val ik heus wel in slaap tot ik wakker word en het gevoel heb dat ik al heel lang slaap. Zegt de wekker: 23.24 uur. Ik geef de moed niet op, draaikont weer van buik naar linkerzij en alle andere kanten. Nu ik dat zo schrijf, besef ik dat ik dus wel in bed dans. Ik moet er misschien een wals van maken en gaan tellen: één schaapje, twee schaapjes, drie schaapjes en ik draai weer door, vanaf het begin.

Half acht
Over begin gesproken. Na wat slaapschokken van manlief die ik via zijn hand tegen mijn romp voel, begint hij te snurken. Ik zeg niks, hij beweert nog altijd in alle hoogten, laagten en toonaarden dat hij niets hoort. Wat moet ik daarmee?
    Precies! Draaien op mijn rechterzij en mijn oor diep in het kussen drukken en slapen tot ik voor de vierde keer wakker word en de wekker 06.34 uur toont. Ik ga nog één keer slapen en beland eindelijk in heerlijk diep dromenland.
    Waar ik over droom? Dat manlief met pensioen is en de wekker altijd op 07.30 uur staat en geen seconde eerder. Luister zelf even hoe alle verschillende tijden klinken:
    06.45 uur - kwart voor zeven. Het klinkt lelijk en oogt onooglijker. De zes moet weg.
    07.15 uur - kwart over zeven, klinkt nog slecht door die zeven, maar oké, de zes is verdwenen. Het is ietsiepietsie beter!
    07.30 uur – luister nou zelf: half acht. Hoe heerlijk! Niet belachelijk vroeg en zeker niet te laat. Het klinkt hemels… en de wekker gaat:
    ‘PieperdepiepPieperdepiepPIEPERDEPIEP!’
    Bam! Uit!

Gewend
De dag begint, gaat z'n gang en ’s avonds vinden we ons bed. Ik wil de wekker weer op 06.45 uur zetten. Zegt manlief:
    ‘Laat maar op 07.15 uur staan.’
    ‘TOP!’
    Wat schreef ik aan het begin?