zondag 29 juli 2018

Gekakel


   ‘Doe je voorzichtig?’, roept René, ja die van Sterpoelier van der Lingen, zomaar door mijn gebabbel heen. Ik draai me om en zie een vriendelijk ogende vrouw de passage uit lopen. Ze glimlacht en zegt:
   ‘Natuurlijk!’

Ik vind het prachtig, want het brengt me bij onze reservedochter. Als zij bij ons over de vloer is geweest, zeg ik precies hetzelfde.
   ‘Doe je voorzichtig?’
   ‘Altijd!’, is standaard haar antwoord. Wee mijn krullenkop als ik het vergeet te vragen. Dan wacht ze met opgetrokken wenkbrauwen tot ik het zeg. Wat natuurlijk kan betekenen dat ik haar ineens vraag:
   ‘Wat er is?
   ‘Vergeet je niet iets?’
   ‘Ik iets vergeten? Ik vergeet nóóit, oh wacht, natuurlijk!’ Met flinke vertraging klinkt:
   ‘Doe je voorzichtig?’ Zij blij!

Nu René het zo over mij heen tegen een klant zegt, bevestigt hij één ding. Hij ziet zijn klanten en weet ze aan zich te binden. Over influencen gesproken.
   Ik zie steeds als hij even tijd heeft (als er geen rij wachtenden staat), dat hij in is voor een praatje. Ik ben ongeveer net zo, met dit verschil: ik maak me minder druk om mijn toko. Die loopt echt niet weg. Het lijkt me geweldig als het eens verdween, gewoon zomaar POEF, huishouden weg! Maar helaas, bij het thuiskomen is daar altijd weer die zichzelf herhalende waslijst aan klusjes. Houskeeping awaits. Elke dag weer. Door te gaan wandelen of shoppen sluit ik daar mijn ogen voor en gedraag me alsof het er niet is.

Tijdens één zo’n wandeling zag ik ineens dat Sterpoelier van der Lingen niet meer alleenheerser is. Daar is Kippie, een andere kipboer. Het is je reinste concurrentie!
   Ik spiekte naar binnen, maar zag geen René met zijn praatjes. Peter kon ik er evenmin vinden. Zijn grappen en grollen wil ik voor geen tok missen. Met deze vreemde mensen van Kippie ga ik geen nieuwe band smeden. Niks persoonlijks verder, ik ben gewoon trouw aan wat ik ken.

De geur van een gebraden kippetje deed mijn neus wel goed. Tijd om naar René te gaan. Het was sowieso tijd om weer even bij te kletsen: donderdag – boodschappendag!
   Kwam ik echter de passage in, zag ik dat drie klanten me voor waren. Meneer had het zowaar druk! Dat voelde goed, ik wachtte mijn beurt af, wiegend van mijn linker op mijn rechter been. Ik gunde hem deze drukte.

Zo wachtend, bedacht ik dat detailhandelist zijn niks voor mij is. De zware concurrentie zou me, meer nog dan nu, slapeloze nachten bezorgen. Bang te zijn voor het verliezen van klanten zou me echt vreselijke duizelingen en migraine aanvallen bezorgen. Ik ben blij dat René het aandurft. Zijn kip is namelijk lekker. Als in een dikke opgestoken duim!

Voor mij is het niet moeilijk om trouw te blijven aan zijn zaak. Noem het trouw tot de laatste cent. Zomaar naar een ander overlopen doe ik niet, zeker niet als ik een band heb opgebouwd.  De band met Albert smijt ik ook niet zomaar overboord voor de Jumbo. De band met René gaat echt niet aan het spit voor Kippie.
   Het wordt anders zodra de monnies afnemen. Dan kan ik wel eens eindigen bij de Liddl. Maar René de rug toekeren? Dat is toch een aantal euro’s verder.

Ik vind zijn kip gewoon heerlijk smakelijk. Ik proef dat het werkelijk een beter stukje kip is. Niet alleen kunnen de kippetjes naar snavellust scharrelen, ze krijgen zelfs ruimte om te spelen.
   Omdat ik zelf ook van het speelse type ben, word ik blij bij de gedachte aan spelende kippen. Ik voel me eens te meer verbonden met deze Sterpoelier. Ik zie de kippetjes al Pootjeballen, Veertjeprikken, Eitjepoepen, Graantjeleggen of Maishappen. Het klinkt als een gezellige en actieve kippenstal. Ze willen allemaal de Gouden Snavel winnen!

Het idee dat deze kippen een beter leven hebben gehad en dat ze wat langer mogen leven met minder rotzooi in hun lijf gepompt, maakt dat ik smakelijker geniet van het eindproduct.

Blijft voor mij toch vooral het zorgeloze kakelen met René onmisbaar. Zelfs als ik geen kip koop. Gewoon in alle levendigheid even bij hullie aan komen waaien. Het mag zonder kosten!
   Daarom zeg ik: niet alleen de kippen, zelfs de klanten hebben het goed bij Sterpoelier van der Lingen.
   Wie weet klinkt als jij eens naar buiten loopt ineens van links:
   ‘Doe je voorzichtig?’ Dat is klantvriendelijkheid die verder gaat dan de kassa. Dat is gezien worden en je als klant gewaardeerd weten. Dat is niet alleen kipvriendelijk, maar bovenal klantvriendelijk!

Mis je Peter in dit hele verhaal?
   Niet getreurd, hij komt vanzelf in zijn spotlight. Hij heeft me al weten te inspireren. Aan mij om er nog een heel verhaal omheen te bouwen. Tot die tijd zijn zij sowieso gesloten.
   ‘Mannen, tot daarna! Niet alleen voor de knabbel, maar vooral voor de babbel!’



Met dank aan @creativeceline voor de kippentekening.

zaterdag 21 juli 2018

Influencen


Tijd voor een blog van de huishoudelijke. Als in ik roep jou en andere fans bijeen. Ik moet een zoetig woordje met je spreken. Niet dat je hier en nu iets kan zeggen, maar grijp je kans aan het eind tijdens de rondvraag.

Deze huishoudelijke blog ontstond door een opmerking van een fan. Ik wist niet hoe groot zijn fanheid was tot ik hem ontmaskerde als nep-fan. Hij las niet alle blogs! Dat durft te klagen?
    ‘Ik mis de link naar jouw blog op Facebook.’
    ‘Dat is raar.’
    ‘Normaal komt die wel voorbij en beland ik met een klik op de link, hatsekieflats, bij Typisch jij.’
    ‘Nee, het is raar dat jij mijn link ziet.’
    ‘Hoezo?’ Je moest zijn kop zien, hij keek of mijn krullen ter plekke verdwenen.
    ‘Je bent geen vriend van mij.’
    ‘Huh? Echt wel! Kijk ons hier praten!’
    ‘Zeg kereltje, check en ontdek dat mijn face niet in jouw book zit. Ik schreeuw niet vaak mijn gelijk, maar ik weet wie mijn vrienden zijn. Net zo zeker als dat ik schrijver ben van 400 blogs. Tel daarbij op dat jij mijn Typisch Irene Facebookpagina niet volgt. Je bent een halvebak fan! Jij leunde op een vriend die mijn blog leukte, waardoor jij de update zag. Blijkbaar is die vriend daarmee gestopt en zo mis jij mijn update. Ik ken de weg vriend! Trouwens wie is die vriend die mij niet meer leukt?’ Nog voor ik uitgesproken ben, klinkt uit zijn phone een BLIEP - in no time ben ik een vriend en volger rijker.
    Yes! We zijn vrienden!’
    ‘Wacht, even slingers ophangen, laat jij ondertussen de kijkcijfers even stijgen naar ongekende hoogten.’
    ‘Hoe zijn je kijkcijfers eigenlijk?’
    ‘Die dalen!’ Ik pak een zakdoekje en veeg een traantje weg.

Wat betreft dalende kijkcijfers, hoef je niet bang te zijn dat ik precies zie of jij mijn blog leest. Da’s wel jammer, want ik zou graag weten wie mij lezers zijn. Ben je bekend of toch onbekend?
    Wel zie ik Rusland koekeloeren, maar die neem ik niet serieus. Daarbij kan ik zien hoeveel pageviews (al net zo nietszeggend) via welke browser, besturingssysteem, verwijzingssite, zoekwoorden en landen er binnen komen. Best leuk, al verkies ik bovenal voornamen.

Grappig is de ontdekking dat er muppets zijn die me nog steeds zoeken via www.irenevanvalen.blogspot.com of www.irenevanvalen.nl? Stop daar onmiddellijk mee het moet www.typisch-irene.nl zijn. Klinkt toch beterest?
    Het meest gezochte zoekwoord is koffietijd. Coffee makes me do everything. Zullen we een bakkie doen, als in wie organiseert een meet&greet?

Terug naar die vriend en ons gesprek over mijn blogs. Wat volgde was een vragenuurtje.
1.       Waarom dwing jij mezelf elke zaterdag een blog te plaatsen? Kan ik antwoorden met: waarom kijk jij graag op een vaste tijd je favoriete serie? Het is een hobby! Daarbij geeft een vast moment mij een perfecte doodlijn en mijn lezers de zekerheid dat ze zondagochtend bij een bakkie mijn verhaal kunnen lezen. Als we het over vaste fans hebben? Dat zijn ze! Zij die zondag een baaldag hebben als ik geen blog deel. Weet dan dit: ik faal heftiger dan dat jij baalt! Not coffee, but fans make me do this.
2.       Waarom pas in de nacht? Geen idee, maar al moet ik doorwerken tot 02.30 uur omdat mijn visite lang bleef hangen, ik zal die blog uploaden.
3.       Waarom perse 800 woorden? Die gekte snap ik stiekem zelf net zo min. Er zijn vrienden die bij 600 woorden net inkomen, waar ik 800 een prima grens vind om mezelf niet compleet te verliezen.
4.       Wie is je grootste fan? Dat is de fan die ’s nachts opblijft en wacht op mijn blog. De topper!
5.       Wat is het doel van je blog? Zeg! Lees jij heel snel mijn bio kijk precies hiernaast!
6.       Heb je weleens gedacht aan influencen? Weleens ja. Laatst kreeg ik op LinkedIn een melding, dat Emmanuel Macron een goede influencer voor me kon zijn. Emmanuel? Serieux??? Ik spreek geen woord Frans. Nou ja, une Baquette sil vous plait, lukt nog wel. Verder ken ik mijn vader, Frans, de schat!’

Vraag ik Marcel thuis:
    ‘Wat is dat influencen eigenlijk precies?’
    ‘Dat is de nieuwe reclame spot. Weg met de televisie, geef de vlogger of blogger het beeldscherm. De nieuwe reclamemakers.’
    ‘Ah, schrijven over producten of bedrijven. Leuk, betaald dat goed?’
    ‘Dan moeten ze je eerst vragen.’

Blijf ik vooralsnog de enige met vragen.
    Waar komen de dalende kijkcijfers vandaan? Wil jij me helpen het waarom te ontdekken? Grijp je kans, doe iets terug na 400 blogs van mijn kant. Jaha, dit is de 400ste. Leuk hè?!
    Nu mag jij je stem laten horen! Gefelicistem! Kraak me af, lift me up, beantwoord de vragen en geef me inzage. Ik garandeer een leuke enquête met één klik hier.
    Je krijgt geen spijt! Go!

https://docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSe1nCMqM1iKdnO6TN4jhTu1VAgy6Y2O1-VgsL2-cDYpp9mRtw/viewform?usp=sf_link


zondag 15 juli 2018

Strandleed

Lag ik daar, heerlijk op mijn buik met de zon op mijn rug en zand op mijn handdoek.
    Wacht, dat klopt van geen korrel. Heerlijk en zand op mijn handdoek gaan echt niet samen. Het is of heerlijk of zand op mijn handdoek. Maar samen is een vreselijke combinatie! Sterker nog, ik krijg het zand niet van mijn plakkerige half blote lijf af.
    Hoewel dat half bloot ook nergens op slaat. Mijn bikini bedekt zo’n (gokje) 10% van mijn lijf, de rest is bloot en bezweet door de warmte en nu beplakt met zand.

Ik was nog zo van plan deze blog heerlijk knus, warmpjes en gezellig te beginnen.
    Vergeet alle romance, want hoe heerlijk een middagje strand ook klinkt, het kan zo vreselijk schuren.
    Wat me er even bij bepaalt dat er in Frankrijk stranden zijn waar geen zand ligt, maar stenen. In eerste instantie denk ik: vreselijk die stenen. Ze liggen hard en pijnlijk, maar na redelijk wat ervaring, verkies ik ze boven zandstranden. Want weet je, een steen die te hoog boven de anderen uit steekt, wordt weggebonjourd. De rest verstoppen we onder het picknickkleed en daarbovenop liggen de handdoeken. Een beetje heen en weer wiebelen met bips en rug et voilá, je ligt heel niet slecht. Met die zekerheid: je zult geen zandkorreltje in je bovenstukje vinden.
    Ja ja, ik hoor een mannelijke fan luid roepen: ik draag geen bovenstukje! Moet ik werkelijk uittekenen waar jij de zandkorreltjes vandaag peutert?

Ondanks mijn haat aan zandstranden ben ik morgen gewoon te vinden bij een zwemmeer in de buurt. Hopend dat aanwezige kleine kindertjes niet over, maar langs mijn ligplekje heen rennen. Hoe denk je anders dat die zandhopen op mijn handdoek komen? Niet door mijzelf natuurlijk! Ik zet geen zandpoot op mijn zandloze plek. Ik zou niet durven!

Alsof zand niet erg genoeg is, ontdekte ik vorige week andere milieuvervuiling. Ik lag op mijn buik te genieten van de zon op mijn rug en werd ongevraagd getuige van de praatjes van een stelletje jongens vlak achter ons. Er kwamen woorden uit die strotjes en een toon! Pure luchtvervuiling! Ik voelde dezelfde irritatie die ik ervaar bij het zien van afval op straat. Het klonk erger dan een kras op de plaat die zelfs bleef hangen; vergelijkbaar met een diepe scheur in een prachtige natuurfoto.

Om te zien hoe oud de blaaskaken eigenlijk waren, draaide ik mijn hoofd hun kant op. Ik schrok, wat een grote bekkies bij het formaat jochies. Zoveel grove woorden en nog maar zulke korte beentjes. Echt, woorden die ik nooit, zelfs niet in mijn booste bui, durf gebruiken.
    Ik ben in staat ons boeltje op te pakken. Kan ik meteen alle zand van mijn handdoek afkloppen – één keer raden in welke richting ik de handdoek uitsla?
    Verkassen is geen optie het strand ligt vol.

Gelukkig krijgt het gesprek een andere wending. Over iemand die zij kennen en die volgens hen nooit het huis uit gaat. Hij laat zich graag verwennen door zijn mammie en weet ik allemaal wat meer. Noem het roddelen.
    Je denkt dat vrouwen flink kunnen roddelen? Nou, ik heb bewijs dat mannekes er misschien nog wel beter in zijn.

Vervolgens draaide het gesprek ineens richting onze minister president. Volgens deze kletskousen woont Mark nog thuis. Ik heb geen idee of ze gelijk hebben, heb er nooit over nagedacht. Ik moet het Marcel vragen zodra hij uit het water druppelt.
    'Marcel, woont Rutte nog thuis?'
    'Vast niet. Hij eet misschien wel elke dag bij zijn mams.'
    'Gelijk heeft ie. Waarom in zijn enige uppie thuis gaan zitten eten terwijl mams de runderstoof klaar heeft staan? Samen is gezelliger dan alleen.’
    'Eigenlijk weet ik niet of Rutte wel vaak thuis eet met zo’n baantje.'
    'Misschien is koken wel zijn hobby! Staat hij op zijn zeldzaam vrije zaterdag in zijn blote bips met schort in de keuken en maakt…, wat zal hij lekker vinden?’
    'Omringd te worden door al zijn vriendinnen in diezelfde keuken.’

Als er niets maffers te bedenken is, besef ik dat de jongens ineens weg zijn.
    Ik denk nog even aan hun taalgebruik. Niet alleen hier aan het strand, maar ook op televisie valt grover taalgebruik me op. Ik schrok laatst van Eva die een woord gebruikte die ik niet uit haar mond verwachtte. Serieus, ik baalde er van!
    Ik wil geloven dat door grover taalgebruik er verruwing naar elkaar insluipt. Er wordt wat afgescholden aan F-woorden, K-woorden en dan heb ik het niet eens over het echte vloeken. Het doet mijn rechter oor pijn!
    Ik geloof eerlijk dat als wij grove taal vervangen voor vriendelijkere woorden, we liever en zachter worden naar elkaar toe. Daarom scheld ik die kleine donderschatjes die met hun zandpootjes mijn handdoek bezanden ook niet uit voor wat dan ook!
    Nee, ik denk het wel!



zaterdag 7 juli 2018

Condoom incognito

In huize van Valen, woont een moderne moeder – alles is bespreekbaar.
    Zo dacht ik tot het over condooms ging. De aanleiding ligt bij mijn rol als moeder, hoofd-huishouding. Eén van mijn rollen die ik binnenshuis jammer genoeg niet incognito kan uitvoeren. Iedereen weet dat sinds mijn trouwen het huishouden mijn domein is. Manlief mag er naar kijken en alleen dan invallen als mamskie er letterlijk bij neervalt. Dat gebeurt nog zelden gelukkig. Daarom klinkt vooral:
    ‘Bemoei jij je met jouw zaak, hou ik me bezig met de mijne. Zolang jij je sokken maar IN de wasmand mikt!’

Natuurlijk net wanneer mijn lief zich uitsloofde in zijn business, kreeg ik laatst een gespreksonderwerp over me heen, waar ik liever niet alleen voor stond.
    Net met mijn kop in het toilet; dat bedoel ik niet letterlijk als in ik ben misselijk en gooi er alles buitensmonds uit. Daarover schrijven is een idee om door te spoelen! Ik bedoel dat ik de boel aan het schoonmaken was. Zodat als iemand misselijk het toilet in loopt, hij of zij de maaginhoud er met een gerust hart uit kan werken.
    Als ik klaar ben dan wel. Wacht nog even.

Komt net mijn jongske naar beneden stuiven. Zo herkenbaar, hij is de enige die steeds drie treden overslaat. Ik legde net een toiletblokje op de grond. Het oogde als een verpakt vierkant blokje in heel dik onscheurbaar aluminiumfolie. Als ik niet beter zou weten en het pakje niet zo dik was zou ik denken dat…
    ‘Mama, wat is dat?’, vroeg Benjamin die inmiddels achter met stond.
    ‘Wat is wat?’, vroeg ik en zag de toiletborstel. ‘Dat is nou een toiletborstel.’ Hij rolde met zijn ogen.
    ‘Nee, mam, dat!’ Hij wees naar het toiletblokje.
    ‘Dat is nou een condoom,’ antwoordde onze reserve dochter, die binnen kwam wandelen
om Celine gedag te zeggen. Perfect timing; stond ik daar met doek, spons en toiletpapier, kwam zij binnen. Ik voel me zo aantrekkelijk als mensen me poetsend aantreffen. Not!
    ‘Alsof ik zomaar een condoom in de hal leg,’ antwoorde ik beledigd. ‘Je kunt gekke dingen verwachten bij ons, maar een condoom op de grond waar mensen mijn huis betreden?’

Ik heb ze niet eens in huis. Moet ik ze eigenlijk juist wel in huis hebben? Ben ik daar verantwoordelijk voor? Ik bedoel maar, kinderen, grote kinderen, verliefdheden, lange verkeringen. Hier probeer ik mijn gedachten stop te zetten. Ik hou sommige dingen liever onbedacht.
    Maar mijn kinderen zijn mensen met gevoelens en ik… oh daar komen ze weer, zorgen!

Geloof me, dat van die kleine mondjes, kleine troubels. Grote oren, big problems is werkelijk heus waar. Vergis je er niet in. Grote kinderen brengen serieus bigger troubles binnenshuis.
    En net als de meesten onder ons, delen wij dat niet op social media. Daar delen we vooral alle hallelujah amen! We hebben genoeg om hard over te lachen, vooral door ons levensmotto: doe vooral goed gek!
    Toch zeg ik nu eens eerlijk dat het harde lachen naast alle fun therapeutisch werkt. Net als wandelen trouwens! Het helpt een hoop gedoe te relativeren, het leuke te blijven zien!
    Tot zo ver de serieuze noot.

Snel terug naar het wc blokje die lijkt op een condoom in cognito dus.
    ‘Hij is wel erg dik voor een condoom,’ besefte reservedochter (ter kennismaking: ze is Celine’s vriendin sinds de basisschool en heeft zich ergens way back omgedoopt tot reservedochter, omdat ze zich bij ons blijkbaar happy voelt en dat in return).
    ‘Je kan de boel maar beter extra dik beschermen dan helemaal niet beschermen hè? Als het dan toch moet, dan maar vooral dubbel veilig. Ik zeg: extra veilig want extra dik!’, reageerde ik. Riep net op dat moment Senna (die was ook in the house):
    ‘Oh ja, dat is zeker het beste!’

Wat ik zag als zo’n moment van in gesprek zijn met iemand en een reactie krijgen van ‘buitenaf’ die zo goed in het gesprek past dat het bijna eng is.
    ‘Gelukkig was dat geen reactie op mij, maar op Celine,’ zei ik opgelucht tegen reserve dochter. Waarop zij reageerde met een knipoog. Ze begreep me.
    ‘Mama,’ riep Benjamin die ondertussen bij Senna bovenaan de trap stond, ‘Senna reageerde op jou hoor!’
    ‘Wat?’, mijn schort viel van verbazing van mijn lijf.

Ineens herinner ik me dat Celine een poos geleden helemaal klaar was met Facebook.
    ‘Mam, ik ga van Facebook af!’
    ‘Wat? Waarom? Hoezo?’, ik geloofde er geen woord van.
    ‘Ik krijg steeds reclames van Durex.’
    ‘Serieus? Alsof jij dat nodig hebt.’
    ‘Waarom krijg ik die stomme onnodige reclames?’
    ‘Dat zit ‘m vast in de Facebookkoekjes. Die houden alles in de gaten. In jouw geval vooral je leeftijd en trekken hun conclusies.’
    ‘Bemoeizuchtige types daar.’
    Bigbook is watching you. Je wil niet weten welke reclames ik krijg!’
    ‘Wat dan? Die van Tena Lady?’