zondag 26 juli 2015

Bouwvakkersdecolleté

Soms zie je iets zo vreselijks, zo misselijkmakend, dat je direct hebt gegeten en gedronken, terwijl je vlak daarvoor nog dacht: ik heb wel zin in iets. Weg zin!
Nou heb ik het niet over een ernstig ongeluk dat vlak voor je plaats vindt. Ik heb het ook niet over een vreselijke valpartij tijdens de Tour de France. Het verbaast me dat het niet vaker mis gaat. Man man, wat fietsen ze dicht op elkaar zeg. Over een horrorfilm heb ik het al evenmin, want daar kijk ik sowieso niet naar.

Waar ik in deze van gruwel is van een heel andere orde. Hoogstwaarschijnlijk ga jij er totaal aan voorbij, maar tenminste één iemand in mijn huishouden snapt me.
‘Niet links kijken!’, zeg ik ineens als we samen shoppen. Natuurlijk kijkt ze toch.
‘Mam!,’ klinkt ze geschokt en verbouwereerd.
‘Ik zei toch: Niet kijken! Dan moet je NIET kijken!’

Geloof me, een bouwvakkersdecolleté vind ik echt niet om aan te zien. Oh wacht, heb je nooit van een bouwvakkersdecolleté gehoord? Ik ook niet tot eergisteren. Celine kwam hiermee. Ze heeft het vast van één van haar pubervrienden. Die kennen wel meer van die zielige, ik bedoel zalige uitspraken.
Wat het nou is? Er is sprake van een bouwvakkersdecolleté wanneer bij een man de bilspleet boven de broek uit komt, in plaats van de broek boven de bilspleet. Het uitleggen maakt me eigenlijk al wat misselijk, maar toch gaat het me in het begin van deze blog om iets veel ergers.

Misselijker word ik als ik naar een openbaar toilet moet. Dat was gisteren nog. Zo’n dagje uit kan een behoorlijke domper krijgen als ik eerst voorbij de mannentoiletten moet lopen en van die hangende piesbakken zie. Dat vind op zich al schokkend, laat staan als er een manspersoon bij staat. Hij hoeft niet eens ook nog een bouwvakkersdecolleté te vertonen.
Waar is een emmertje?

Blijft daar één ding: het ergste, echt heftig! Al het voorgaande is een plakje cake (piece of cake) bij dat waar ik echt onpasselijk, misselijk en helemaal de weg van kwijtraak. Ik raak er helemaal van  ondersteboven. Erover schrijven is eigenlijk al te zwaar.
Echt, als ik het nu zou zien, zou ik maar zo de laptop van mijn schoot laten vallen en alle inspiratie voor de komende zes weken kwijt raken. Het is zo ingrijpend dat als ik aan het schilderen zou zijn, ik de kwast per direct laat vallen, waarbij die via het doek op de grond valt. Natuurlijk daarbij mijn schilderwerk verpest. Twaalf uur werk voor niets.
De kans bestaat dat ik flauwval en geen lucht meer krijg. Ik ga compleet stuk, zou Celine zeggen en ben alleen te redden met mond op mond beademing. Van Marcel dan wel.

Over Marcel gesproken. Op één van onze eerste ontmoetingen heb ik hem echt streng toe moeten spreken. Ik wist dat ik veel van hem zou kunnen hebben, bijvoorbeeld dat hij snurkt, kaal wordt en andere onhebbelijkheden die hij onderwijl is gaan vertonen. Maar één ding, heb ik er direct met de paplepel uitgesmeten!
Eén ding zou ervoor kunnen zorgen dat ik morgen een door mijn vriendin opgelegde scheidverbod aan de kant smijt. Eén ding zou maken dat ik naar het gemeentehuis ga en scheidingspapieren aanvraag.

Ik zou heus weg kunnen kijken als hij met een bouwvakkersdecolleté staat te plassen bij piesbakken of tegen een boom (heeft bij mij hetzelfde effect).
Het is echter einde huwelijk als Marcel net als die man, die Celine en ik tijdens het shoppen zagen, zijn sokken hoog opgetrokken draagt. Wie doet dat nou, de sokken helemaal optrekken tot op de kuit onder een korte broek? Werkelijk mannen! Dat kan echt niet. Ik vind het echt vreselijk om te zien.  Geef hier dat emmertje! Of duw snel die sokken omlaag.

Heb ik toch even één probleem: ik heb een foto nodig voor deze blog.
‘Marcel? Wil jij even model staan?’

zaterdag 18 juli 2015

Meneer Dolce Gusto


Beste meneer Dolce,
18 juli 2015
    Of heet u meneer Gusto? Dat is een niet onmogelijke mogelijkheid. Trouwens, waarom ervan uitgaan dat u een man bent? Er bestaat ook zoiets als girlpower in this world. Dan heet u uiteraard mevrouw Krups.
    Ik had nooit gedacht dat deze brief zo ingewikkeld zou worden. Excuses daarvoor.

Een volgend probleem kan daarin bestaan dat u geen Nederlands spreekt. Uw naam klinkt nogal Italiaans. Weet u waarom ik in Nederland woon? Omdat ik Nederlands spreek. Zodoende kennen Italiaans en ik elkaar absoluut niet. Mijn hartgrondelijke wens is dan vooral dat u een tolk zoekt, want meer dan Pizza & Pasta hoeft u van mij niet te verwachten.
    Google vertalen durf ik al helemaal niet in te zetten. Ik vrees dat het niet veel duidelijker zal worden dan wanneer ik deze brief in mijn moedertaal, Engels, schrijf. Het heet dan wel moedertaal, maar die heb ik in New Zealand achtergelaten. Heel dom, maar ja.

To the point nu.
    Sinds afgelopen week ben ik trotste bezitter van de Dolce Gusto Mini-me. Ik ben ook niet zo groot, dus dit schattige apparaat past perfect bij mij. Hoe wist u dat?
    Het heeft trouwens wel enorm lang geduurd voordat Mini-me aanbelde. Ik hield daarom rekening met een uitgeputte koffieautomaat, omdat hij natuurlijk een voettocht vanuit Italië op zijn naam heeft staan. Dat maakt ‘m naast mini vooral stoer!
    Eenmaal aangekomen heb ik ‘m direct verwend met een goed glas water. Hij wenste eerst een koud glas water door zijn leidingen en daarna een heet glaasje. Ik vond het allemaal goed; mij werd beloofd daarna te mogen proeven van zijn wonderen.

Dat liet ik wachten tot na het diner. Het leek me heerlijk om bij het natafelen samen met mijn man van de bijgeleverde smaken te proeven. We kozen als eerste de Cappuccino. Al nippend van onze gezamenlijke eerste beker koffie, kletsen we langer na dan anders. Een beetje gekroel met de voeten maakte het lekker compleet. Dank u wel daarvoor! Uw koffie brengt ons dichter en langer bij elkaar.

Per dag die voorbij ging, vijf proef-monsters, vijf dagen, kwam ook de vraag: welke smaken kent u nog meer? Op de folder staat dat u maar liefst 25 smaken verkoopt. Maar na een close look op het wereldwijde web, tel ik 39 variaties. Dat zijn er wel heel erg veel, meneer/mevrouw!
    Hoe moet ik nou weten welke smaak mij het beste past? U denkt toch niet echt dat ik al die smaken ga aanschaffen? Dat zijn heel veel euro’s, namelijk: € 214,11

Eerlijk gezegd ben ik geen favoriet van Zwarte Koffie, Lungo & Grande of Espresso. Nou niet gelijk boos worden! Doe ik ook niet. Ik ben meer van de Cappuccino & Latte Macchiato’s en thee. Tel ik daar nog altijd even vijftien varianten!
    U moet weten, dat ik al langer uw grootste Wiener Melange fan ben. U weet wel, die uit uw oploskoffieseries. Natuurlijk zocht ik deze als eerste op in uw Dolce Gusto assortiment. U heeft die niet. Moet ik nu werkelijk dit pittoreske apparaat weer terug sturen op voettocht naar Italie? Dat kan toch niet uw bedoeling zijn?

Ik heb nog verder gezocht in de hoop dat ik een proefpakket vind met veel verschillende smaken in één pakket. Het bleek tevergeefs. Wat jammer nou. Temeer omdat ik eigenlijk elke dag met mijn manneke wil voetjevrijen, tijdens het lange natafelen onder het genot van een kopje van uw warme drank. Ruikt u ook de romantiek?
    Ik wil me elke dag samen met hem verheugen op een nieuw smaakje voor morgen. Om van daaruit de meest perfecte smaken te vinden en kopen. We zijn al gevallen voor Cappuccino en Nesquik. What’s next?
    Is next dat u hier een geweldige idee ziet en gratis en voor niets tot u neemt; het verder ontwikkelt zonder gebruikmaking van mijn naam, maar mij wel even kosteloos een eerste pakketje toestuurt met veel meer dan vijf verschillende smaken? Dat is toch een geweldig plan?

Daar drink ik op!
    Echter wel Wiener Melange.


zondag 12 juli 2015

Zachte G land


Daar ga ik, op weg naar een date.
   Niet voor mij, nee zeg! Ik date al ruim 24 jaar en het verveelt nog lang niet.
   Dit gaat om Benjamin. Hij is opnieuw in love en heeft een eerste afspraak. Waar de vorige ‘verkering’ voorbij was voordat ie goed en wel begon, blijkt deze langer mee te gaan met nu alweer één week en vijf dagen. Er mag nog meer bij!

Ik vond het giebelmeisje leuk op het eerste gezicht en dacht: zij past perfect bij zoonlief. Wist ik veel dat ik met mijn voorspellende blik nu mee ging werken aan een eerste ontmoeting van de tortelmusjes. Waarom moet zij nou zo nodig 50 autorijdminuten hiervandaan wonen?
   Dat het in Zachte-G-land is maakt veel goed, back to my roots.
   Lees jij deze blog vooral verder met een zachte g. Dat is beter dan met een zoutkorrel.

De reden dat ik mijn kind persoonlijk aflever is omdat ik de ouders van het meisje niet ken. Het is toch niet gek dat ik in ieder geval met de moeder handje wil drukken? Deze grap om met moeders kennis te maken is trouwens mijn garantie voor 50 minuten auto-fun. Let’s go!

Met de muziek van Celine Dions CD ‘A new day has come’, wordt het echt wel leuk in de auto. Niet dat Benjamins en mijn smaak zo van hetzelfde zijn; ze verschillen als suiker en zout. Er plakken echter grappige herinneringen aan deze CD.
   Nog amper de eerste klanken uit de boxen en Benjamin vertoont een grote glimlach. Na de eerste maten gaan onze hoofden tegelijk en fel heen en weer op het ritme van de drums. Ik zeg verder niet dat ik luidkeels meezing en de bestuurder in de auto naast ons er wel om kan lachen. Je wil vast ook niet weten dat de valse tonen die luid klinken niet uit mijn strot komen, maar gewoon uit die van Celine Dion natuurlijk.

Na een poosje trekt Benjamin de zonneklep naar beneden. Niet tegen de zon, maar om zijn haar, dat werkelijk tot in de haarwortel perfect zit, te checken. Met krullen weet je maar nooit hoe ze zich houden. Zomaar ineens gaan ze in staking en keren zich tegen je, ondanks haarlak, gel of wax. Hardnekkig eigenwijs die dingen!
   Aan de passagierskant zit echter geen spiegel. KIA bedacht blijkbaar bij het ontwerpen van de Picanto dat het een damesautootje zou worden en heeft het spiegeltje in de zonneklep aan de bestuurderskant verstopt. De bijrijder heeft het nakijken. Stom dat KIA niet op het idee kwam van twee spiegels!

Ineens klinkt het lied ‘Goodbey’s the saddest word ' – een ode aan mama’s! Je moet ’m echt eens luisteren. Om de tekst voor Benjamin duidelijker te maken, vertaal ik terplekke in de melodie de tekst. Dus terwijl madam zingt, tetter ik er doorheen en leef me volledig in. Ineens is er maar één iemand sad in de auto; Benjamin.
   ‘Mam, ik versta echt Engels hoor.’
   ‘Oh ja, natuurlijk.’ Ik hou maar gelijk stil, want ik wil natuurlijk niet dat meneer met uitgelopen masca… gel uitstapt.

Ineens vult de auto zich met luid gesmak. Hij denkt vast: mama irritant, ik ook irritant. Van wie zou hij het hebben?
   ‘Mam, mag ik nog een kauwgompje?’ Hij heeft het potje al in zijn handen en geopend. Hij steekt er zelfs zijn neus in.
   ‘Je hebt er al twee in je bekkie. Dat is toch genoeg?’
   ‘Maar ik wil er nog ééntje.’ Hij kijk me met smekende hangoogjes aan. ‘Je bent de allerliefste.’
   ‘Is dat alles?’
   ‘Uhm, nee , je bent ook de mooiste.’
   ‘Niet voldoende!’
   ‘Mam, jij bent op alle vlakken de beste!’Hij kijkt me aan en ik geloof haast dat hij het
meent. Die blik.
   ‘Nu komen we ergens.’
   ‘Maar wat nog meer dan?’
   ‘De slimste, belangrijkste, knapste, leukste, grappigste… en ik ben natuurlijk de beste bestuurder van Nederland. We zijn er namelijk bijna. Maar oké, je mag er nog één. Dan ben ik de perfectste toch?’
   ‘Ja! Mag ik er dan nog twee?’
   ‘Wat?!’ Gelukkig pakt hij heel snel één kauwgompje en zet nog gehaaster het potje terug waar het hoort en smakt lustig verder.

Door zijn gesmak heen, klinkt ineens uit Google Maps:
   Ga bij de volgende weg rechts richting het Sprookjesbosch*.’ Als door een olifant opgeslurpt schrikt Benjamin op uit zijn stoel.
   ‘Mam? Ben je nou echt naar het sprookjesbos gereden?’
   ‘Wist jij dan niet dat zij een sprookjesprinses is? Wees jij nou maar Prins Charming!’




*Sproojesbosch is een echt bestaande straatnaam. Ik zou er alleen al om de naam willen wonen. Benjamin natuurlijk eens te meer.


zondag 5 juli 2015

Klusbabe



Ineens staat ie daar, onze nieuwe schuur. Het lijkt alsof het met een simsalaboor, hokus pokus pilatus beton en ti ta schroefmachine ineens klaar is en staat te pronken in de achtertuin. Drie weken geleden begon het werk en nu staat het daar. Klaar voor het binnenwerk.

De aannemer heeft amper ‘houdoe’ gezegd of Marcel komt met een kruiwagen vol gereedschap de tuin in.
    ‘Zo, jij hebt er zin in.’ Ik kijk naar alles wat hij in de kruiwagen meezeult.
    ‘Ja, jij toch ook?’
    ‘Hoezo ik?’
    ‘Jij gaat mij helpen!’ Dit is geen vraag, toch? Ik sta verteld. Hoe komt die man erbij? Ik, madam-linkerhand in tweevoud die het verschil tussen een schroefmachine en boor niet eens ziet, moet mijn mouwen opstropen voor klussen? Er zit een boutje los bij mijn man.
    ‘Ik? Helpen?’ Ik schrik zelf van de piep in mijn stem. Marcel zet ondertussen de zaagmachine op zijn plek.
    ‘Natuurlijk, jij gaat balken zagen.’
    ‘Oh, dan pak ik eerst de EHBOtas.’ Voordat meneer iets kan zeggen ben ik binnenshuis en kom buiten met een fel rode linnen tas. Ik leg een verbandje, schaar en leukopor klaar en steek de telefoon in mijn broekzak; zo is 112 veilig dichtbij.

Ondertussen heeft Marcel zoveel elektrisch spul klaargezet dat mijn a-sympathie alleen maar groeit. Al dat gereedschap beweegt zo snel, maakt zo’n herrie en kan in mijn handen alleen maar levensgevaarlijk zijn. Dat weet ik gewoon heel zeker. Toch vind ik mezelf terug naast mijn man de klusser. Hij gelooft in mij. Misschien moet ik hem een kans geven om mij te bewijzen.

    ‘Vertel mij eens, wat verwacht je nou serieus van me?’
    ‘Dat je de balken zaagt. Dat zei ik toch.’
    ‘Dat meende je dus.’
    ‘Ja.’ Hij legt meteen de werkwijze uit: met een druk op de knop gaat een klep open en verschijnt de zaagschijf. Door op nog een knop te drukken gaat ie heel snel draaien. Dan omlaag en ‘krrrrrr’ (maar dan vele decibellen harder) is de balk doormidden.
    ‘Dat kan je heus wel. Je moet gewoon gevoel krijgen voor gereedschap.’
    ‘Gevoel? Praat me daar niet van. Maar dat combineren met gereedschap?’
    Hij stapt opzij. Tijd voor de eerste balk. Meten, neerleggen, druk op de ene knop, zorgen dat ik op de goede plek zit, druk op de andere knop en ‘krrrrrr’...

De balk is te lang.
    Natuurlijk, alle begin is moeilijk, er moet een klein stukje af. Is ie nog te lang. Nog een klein stukje...
Blijkt ie te kort, maar past wel op een andere plek. Gelukkig maar. Volgende balk!
    Het duurt een paar balken, maar dan heb ik toch met zekerheid door waar de zaag ten opzichte van het streepje moet staan. Vanaf dat moment klopt mijn zaagwerk en begin ik in mezelf te geloven. Klussen blijkt goed voor me.
Ondertussen heb ik daarbij de functie van gereedschapskist aangenomen. Omdat meneer alles achter zich laat slingeren (en steeds kwijt is), heb ik de rolmaat aan mijn ene broekzak, een potlood in de andere en hou, als ik niet aan het zagen ben, een schroefmachine in mijn linkerhand en een paar schroeven in de andere. Vervolgens geef ik hem, voordat ik de schuur uitloop met de balk onder mijn arm, de schroefmachine en schroeven en kom precies op tijd terug met een afgezaagde balk om de schroefmachine weer aan te nemen.

Om 22.00 uur staan we in de schuur en bewonderen het werk dat gedaan is. Het raamwerk voor het plaatsen van isolatie en gipsplaten is klaar. De tijd is door de hamerslagen gegleden.
    ‘Had je gedacht vanavond zo ver te komen?, vraag ik mijn wederhelft.
    ‘Nee.’
    Ik koester me in het idee dat het allemaal te maken heeft met mijn geweldige hulp en sta trots naast hem. Eigenlijk verwacht ik een box tegen de schouder zoals mannen onder elkaar doen. Die blijft echter uit.

    ‘Zie je wel dat jij veel handiger bent dan je dacht!’ zegt ie met trots in zijn stem.
    ‘Ja, schat je hebt altijd gelijk!’
    ‘Daarom zal ik je gelijk uitleggen hoe je isolatiemateriaal moet plaatsen en gipsplaten moet bevestigen, dan kan jij dat morgen allemaal zelf doen en is het klaar als ik thuiskom!'

Had ik nou maar niet zo mijn best gedaan!