zondag 17 mei 2015

Douchemuts



Altijd vergeet ik wel iets, het is alleen afwachten wat dat iets is en wanneer ik daarachter kom. Koffers inladen en wegwezen, dat is mijn idee. Het inpakken is mijn verantwoording. Een zware taak, maar eenmaal van huis, laat ik los en ontdek vanzelf wat mist.

Dit weekend duurde het tot middernacht voordat ik ontdekte wat niet mee was gekomen. Bij het inpakken van mijn camping-douchetas kon ik mijn douchemuts niet vinden. Vergeten dus. Marcel kan dan heerlijk nuchter zeggen dat alles te koop is. Daar had ik nu, om twaalf uur s ‘nachts, niets aan.

Het is me wel vaker gelukt mijn haar droog te houden tijdens het douchen, waarom nu niet? Hupsakee, daar ging ik. Om er natuurlijk al snel achter te komen, dat ik precies de verkeerde douche had gekozen. Ik stond onder een spetterdouche. Je weet wel: het water spuit alle kanten op, behalve lekker in het midden waar jij nou net staat. Niet alleen mijn lijf, maar ook mijn haar werd drijfnat. Eventjes verlangde ik naar mijn douche thuis en vooral de douchemuts die daar doelloos hangt. Zou hij mij ook missen?

    ‘Morgen gaan we naar Valkenburg om een douchemuts te kopen,’ zei ik toen ik terugkwam in de tent en met nat haar op het koude kussen ging liggen.
    ‘Jippie!’, juichte Benjamin. Hij hoopte daar al op.

Terug uit Valkenburg en klaar om te douchen, zuchtte ik zwaar.
    ‘Wat zucht jij nou?’, vroeg Marcel.
    ‘We zijn vergeten die douchemuts te kopen.’
    ‘Oh nee, moet ik morgen weer tegen die warboel aankijken als we wakker worden.’
    ‘Zelfs een camera schrikt zich een flits als die mij ziet na te hebben geslapen met nat haar. Toch wil ik douchen, want ik heb het berenkoud en wil warm worden onder de douche.’
    ‘Had je nu maar zo’n ouderwets regenkapje,’ opperde Marcel. Ik dacht gelijk aan mijn oma die over straat liep met zo’n kapje.
    ‘Tja, die heb ik dus niet.’ Ik stond op het punt om de tent te verlaten; douchetas over de schouder.

    ‘Wacht even! Laat me even denken.’
    Ik liet de douchetas weer zakken en zag Marcel rondkijken in de vouwwagen. Hij pakte een plastic boodschappentasje en draaide het onderzoekend rond. Hem kennende zou hij met iets goeds komen, dus ik wachtte vol vertrouwen.

Plotseling deed hij de tas over mijn hoofd.
    ‘Hebben we plakband?’
    ‘Ja, in het laatje bij de schaar,’ klonk van onder de tas.

Ineens werd het tasje strakker over mijn hoofd getrokken en voelde ik dat Marcel het plakband rondom mijn nek en de tas plakte.
    ‘Is dit niet waarom plastictassen zo gevaarlijk zijn,’ zei ik met een wat afgeknepen stem, net voordat het laatste stukje strak dicht zat. Ik dacht dat deze man van me houdt, maar het lijkt er op dat hij zijn kans heeft afgewacht.
    ‘Wees niet bang, ik heb een plan,’ klonk hij kalm. ‘Je hebt nog wel even lucht daarbinnen toch?’
    ‘Uhm…’  Om het te checken ademde ik even in. Daarbij werd de tas helemaal tegen mijn gezicht gezogen als een tweede huid. Ik ademde snel weer uit, zodat de tas bol stond.
    ‘Oké, lucht genoeg,’ hoorde ik Marcel zelfverzekerd zeggen.

Bij een volgende ademteug voelde ik me wat benauwd worden.
    ‘Marcel?’ piepte ik zacht en bleef verder stil. Gelukkig verscheen er ter hoogte van mijn neus een gat in de tas.
    ‘Zo kan je weer ademen!’ Wat ik dan ook luid en duidelijk deed, niet alleen omdat ik weer lucht kreeg, maar vooral uit opluchting: hij wilde me toch niet doden.
    ‘Wacht even, ik knip ook nog twee gaten voor je ogen, anders zie je niets. Doe je ogen even dicht.’

Bij het openen van mijn ogen zag ik dat meneer de douchetas voor me omhoog hield.
    ‘Zo! Wat zal jij lekker douchen. Met de zekerheid dat je haar niet nat wordt.’
    ‘Weet je wat ik zeker weet, schatje?’
    ‘Nou?’
    ‘Ik vergeet nooit meer mijn douchemuts!’