zondag 10 maart 2013

Naar de maan



Zijn ogen kijken me strak aan, hij knippert niet één keer. Het voelt als kijkt hij door me heen, duldt geen tegenspraak en vraagt: “Wil jij 500 dagen met mij op reis?” 
Ik kijk terug en denk:  Met jou wil ik levenslang op reis… Hoe romantisch!
Wat er werkelijk uit komt: “Waar heb jij het nou over? Een vakantie van 1 ½ jaar?”

Ik droom direct van witte zandstranden, palmbomen die ons overschaduwen, warme temperaturen en flink veel glaasjes Agrum. Een hangmatje hier, een strandstoel daar, een zwembad zus en een wandelingen zo. Natuurlijk ook Internet want bloggen moet doorgaan.

Mijn wegdromerij wordt ruw verstoord door het antwoord op mijn vraag: “We kunnen op ruimtereis naar Mars. Of eigenlijk OM Mars”
“Welke Jackpot heb je gewonnen, waarom weet ik dat niet en hoezo OM Mars?”
Eerlijk gezegd intrigeert de ruimte me wel. Als ik op een wolkenloze avond de sterrenhemel zie, ben ik altijd stil. Ik zou daar best eens willen zijn. In het grote oneindige, het zwarte niks.

Kosten: 1 miljard, maar we worden gesponsord. Aha, we zijn er als het haasje bij om proefkonijn te zijn. Maar hé, voor die 1 miljard dollar kan moi toch minstens even landen OP Mars, zien of er écht marsmannetjes zijn. Ben ik zó dichtbij, mag ik er alleen maar naar zwaaien.  Ja daag!

Blijft de vraag: wil ik naar Mars?
Durf ik dat wel? Wat als ik verdwijn in het nietsniemendal? Einde familie van Valen, want we gaan toch wel met z’n vieren?
Nee dus, dit is een reisje voor twee. De kids mogen op het huis passen.
Alsof ik hen achter laat. Ik, mevr. Samenuitsamenthuis.

Celine is er als de kippen bij en kan mij meer vertellen over ruimtereizen vanuit haar boek Nederlands. Wat zij leert bij Nederlands?
Dit dus: 
  • Schoenen mogen thuis blijven. Logisch, OP Mars kom ik toch niet en waar zou ik anders gaan wandelen? Een blote-voeten-vakantie lonkt.
  • Vanwege wat extra ruimte tussen de wervels zal ik een paar centimeter langer worden. Dat is het! Ik ga mee. Ik heb altijd al langer willen zijn, eindelijk kan het. Helaas, zit er ook botontkalking in de lucht. De lengte raak ik weer kwijt op moeder aarde, de botontkalking niet. Ieuw, auw. 
  • Ruimtevoedsel kan me gestolen worden. Het gaat zonder vocht mee, maar daar in het oneindige mag ik er water bij doen en is het eetbaar. Is er dan zo’n lange waterleiding? Hoe kan het anders dat er voor 500 dagen water is? Eén voordeel heeft deze ruimtereis, ik zal die paar kilo’s teveel snel kwijt zijn. 
  • Slapen zal ik moeten doen in een zak die ergens vastzit. Kan ik eens ervaren hoe en rups zich voelt. Hoe zal ik er weer uit komen? Ook met vleugels? 
  • Lekker douchen is er niet bij, maar hoe krijg ik mijn haar dan goed? En wat een stank! 
  • Over de grote en kleine boodschap deel ik verder geen details (zoek zelf maar op in ‘Kijk’ januari 2007).
Koester ik nog even hoop op een vijfsterren-vlucht in de spaceshuttle of een A-wing Starfighter (Benjamin jaloers!). Hoor ik even tussendoor dat het gaat om een tweepersoons shuttle, met zonder ook maar één enkele ster. We zullen al die tijd leven in een ruimtevaartuigJE, nog kleiner dan een eierdop en dan die Spartaanse omstandigheden?!

Daar gaat mijn zin om te gaan. Gedoofd als een ster. Brandde ik al vanaf de eerste regel niet van verlangen, nu is helemaal zeker: deze ruimtereis is naar de maan!





Wil je meer info over deze reis, zie hier een paar links: