Waar ik het niet zo met spinnen heb, springt Celine drie salto’s door de
huiskamer bij het zien van één spinnetje waar ik zelfs met mijn nieuwe bril
geen zicht op krijg. Zou ik ‘m wel zien, dan zet ik een stapje achteruit en spreek
mezelf toe.
‘Niet gillen, niet gillen, niet
gillen.’ Het gaat dan wel om een grote spin. Zo’n dikke bolle die je al ziet
voordat je goed en wel de kamer binnen stapt. Mijn angst lijkt in de poten van
die monsters te zitten, het geluidloze getippel, zo sneekerig, gluiperig,
stilletjes, en kriebelig. Ieuw!
De ergste zijn de gluiperds die
rondom het bed tevoorschijn piepen. Mij krijg je het bed niet meer in. Het is
hij er uit of ik er uit. Eén keer raden wie dan de spin opsnort en verwijdert,
terwijl ik onder de douche de herinnering aan mr. spider laat verwateren, huppakee het putje in. Bij terugkomst
verzekert Marcel me:
‘De spin is de deur uit.’
Toilet-angst
Terug
naar Celine. Ze vertelde me eerder deze week, dat ze bij de ouders van haar
vriend niet meer naar het toilet durft:
‘Mama, in elke hoek van het toilet zit een
spin of twee.' Haar vriend zat erbij en beaamde het.
‘Het heeft geen zin om ze weg te halen, want
in het boerengat waar wij wonen, verhuizen soortgenoten gewoon weer naar binnen.’
Ik zie voor me hoe een spin met een koffer onder
de poot het toilet in wandelt. Afijn, de vriend van Celine vertelde dat hij
ooit de kans had een Tarantula vast te houden. Hij vond kijken genoeg. Ik
schaam me ineens minder om mijn spinnenangst. Je bent bang of niet bang voor
spinnen, klaar. Het is soms gewoon wel zwart-wit.
Total
loss
Rick,
zo heet het vriendje van Celine. Ik noem hem overigens Rikketik, want hoor
Celine’s hart kloppen: rikketik, rikketik, rikketik.
Rick vertelde van een filmpje over
een vrouw die in de rechterbovenhoek van haar auto een Tarantula ontdekte en
gewoon 20 minuten door reed. Ik vrees dat ik een eenzijdig ongeluk veroorzaak bij
zo’n ontdekking. Auto en ik total loss. Waar Celine een ander beeld vormde: bij
haar zit de spin recht voor haar om bij een noodstop full in her face te stuiteren. Kijk haar gillend gek van angst aan de
eettafel zitten.
Schepje
bovenop
Dat
kan erger, zo dacht ik en vroeg:
‘Weet je wat er gebeurt als je spinnen opzuigt?’
‘Ja, die gaan dood’, antwoordde ze.
‘Dus niet! Ze overleven in de stofzuiger,
vertelde iemand me ooit.’
‘Wat mama? Nee!’, gilde Celine.
‘Helaas, meiske, ze schijnen de stofzuiger
nog net niet fluitend uit te lopen.’
‘Lopen ze dan allemaal in deze kamer rond?’,
vroeg ze met ogen zo groot als spinnenwebben.
‘Vast niet, waarschijnlijk voelen zij zich
prettig in de voorraadkast en bouwen daar een nestje.’
‘Nee, mama, nee! Drie keer per dag pak iets
uit die kast, omdat ik zo’n vreetzak ben. Nu durf ik die kast nooit meer in.’
‘Heb ik mooi een goede bezuinigingstip gelanceerd. Als jij weigert de kast in te duiken, hoef ik de voorraad niet meer
aan te vullen. Laat maar komen die spinnen - in de wetenschap dat als ik ze
aantref in mijn slaapkamer, Marcel mijn spinnenredder is.
Foto
‘Hey, zou jij me een foto kunnen sturen van
één hoek van jullie toilet?’
‘Nou ja! Hoezo dat? Is dit schoonmaakcontrole
op afstand?’, vroeg ze me.
‘Hahaha, nee, Celine zegt dat daar spinnen zitten
en ik schrijf daar een blog over.’
‘Oké, maar ik denk dat ze weg zijn, want spinnentijd
is voorbij’, antwoordde de kenner.
‘Wat mij betreft is het nog herfst, dus hoe
kunnen ze weg zijn?’, reageerde ik, maar zij bleek zelf weg. Naar het toilet
natuurlijk. Al snel volgde het verlossende antwoord:
‘Ik zei het al: er zitten geen spinnen in de
hoeken van ons toilet.’
Fotoshop
Moest
ik toch een foto-oplossing zoeken. Zonder foto geen blog. Ik vroeg Benjamin
onze Photoshop-artist een foto te shoppen. Hij mompelde iets dat klonk als:
‘Ik denk niet dat ik daar tijd voor heb.’ Nu
overweeg ik zelf iets te prutsen. Iets waarop ieder van verre ziet dat het een
nep foto is. Dat past wel in dit verhaal, want Celine’s verhaal van spinnen in
de hoek blijkt evengoed oplichterij.
Wacht! Is het verhaal van Marcel dan wel
waar? Ik betwijfel ineens of hij wel spinnen rondom ons bed verwijdert. Terwijl
ik alweer zingend onder de douche sta, gniffelt hij in zichzelf, pakt zijn
boek, vlijt zich tegen het kussen en zegt zodra ik de kamer in wandel en de
spin zoek:
‘Hij is weg hoor!’
Wat een nep! Bah, dit bloggen maakt zelfs
mij wantrouwend over de waarheid in mijn blogs.