zaterdag 23 november 2019

Deksels


Mijn vaders ogen werden groot als deksels toen hij vroeg:
    ‘Wat zeg jij nou?’
    ‘Paps, ik leg het nog eens uit. Weet je zeker dat je al mijn blogs las?’
    ‘Ja, hoezo?’, antwoorde hij zelfverzekerd.
    ‘Volgens mij beschreef ik deze theorie al eens, maar oké, komt ie paps. Deze is voor jou!’

Kruidenkast*
Stel je een kast voor, nee geen boekenkast. Ik zei een kast, ik zei niets over boeken. Zo zei ik ook niets over kleding. Schrijf de klerenkast direct op je buik. Aan een medicijnkast hebben we bij deze ook niets en de nachtkast staat prima naast het bed. Natuurlijk bedoelde ik zeker geen nestkast en nog het minst een poppenkast. Hoewel dit alles er wel heel erg op begint te lijken.
    Weet je wat? Hou het maar op een kruidenkast. Als het dan toch op een kast moet lijken, houdt dat voor ogen. Zo’n kast met smalle plankjes en daarop allemaal potjes. Hoewel in dit geval zeven potjes genoeg zijn, bedenk daar het kastje omheen. Sorry, als je een kamer vullende kast in gedachten had; die is bij deze afgebroken.

Etiketten
Zie ze staan: zeven potjes. Eén potje draagt het etiket wijsheid, een tweede zegt organisatietalent, weer een andere toont tomeloze energie, de vierde noemt zorgzaamheid, op etiket nummer vijf staat danstalent, waar de zesde doorzettingsvermogen laat zien en de laatste – wie weet het al? De zevende zit vol krullen.
    Hoe gek ook, dit kastje kan jij je toch wel voorstellen? Zo niet, dan kan je nu nog afhaken, het wordt alleen maar gekker.

Keuzes
Had ik al gezegd dat het kastje inpandig is? Als in mijn moeders baarmoeder…
    Werkelijk waar. Stel je voor, er zit een meiske in haar buik. Dat is echt gebeurd, zo’n 52 jaar geleden op de dag af. Sterker nog, 52 jaar geleden zat mijn oudste zus hartstikke vast in mijn moeders buik en liet haar koppie over ongeveer zes dagen zien. Vlak voor die dag, de 30ste, keek ze voor de laatste keer naar het kastje in mums-belly en graaide de inhoud van de potjes met de etiketten wijsheid, tomeloze energie en doorzettingsvermogen van de plank. De slimmerik. Ze draaide de deksels open en nam de drie inhouden mee naar buiten.
    Je snapt het, ze heeft een stel hersenen waar ik jaloers op ben, energie waar ik u tegen zeg en ik heb flink respect voor haar doorzettingsvermogen. Die potjes bewezen zichzelf.

Deksel
Gaan we naar zus twee: Zij dobberde 51 jaar geleden in de buik van ons mam. Ja, dobberde, tot 4 mei duurt nog wel even. Het potje dansen opende ze al binnenin de buik, waarna madam verschillende danspasjes in het vruchtwater oefende. Toen haar lijfje richting uitgang ging, griste ze op het laatst nog net de potjes organisatietalent en zorgzaamheid van de plank en liet de deksels achter.

Boeie
Een aantal jaar later, twee weken voor hun emigratie naar New Zealand hoorden mijn ouders dat ze zwanger waren van jawel: tada, mij! Het werd de achterblijvende familie verteld toen ze zes weken later van de boot aan land stapten, want de familie zou hen anders vast niet naar downer dan under laten vertrekken. Eenmaal in New Zealand, zond mams een bericht over een derde kleinkind naar mijn opa’s en oma’s. Geen idee of dat via postduif, koerier of telefoon ging.
    Mij boeide het eigenlijk niet, ik dobberde rond en bedacht wat ik moest met het potje op dat plankje. Krullen stond er op. Daarbij verwonderde ik me over de deksels die rondom mij dreven. Ze verbleven steeds in mijn ruimte. Wat een rommel! Het lef om dat te laten slingeren. Ik besloot ze bij elkaar te leggen, tegen de wand te drukken en er bovenop te gaan liggen. Wist ik veel dat ik daarmee dwars voor de uitgang lag. Als er nou een bordje UITGANG hing, had ik het gesnopen. Aan een ronddrijvend etiket wijsheid had ik net zo min iets.
    Tot op 1 april, wat een grap, een mes mijn volgeboekte kamer open sneed en mijn oog nog net viel op het potje krullen. Terwijl twee handen mijn kamer binnen kwamen en ik aanvoelde dat ik elk moment naar buiten zou worden gesleurd, griste ik het potje krullen mee.

Trots
    ‘Dit verhaal verklaart alles, papa.’ Hij lag compleet dubbel. Heerlijk dat ik nog samen kan lachen met die lolbroek. Ik koester het, zoals ik de aanleiding van dit verhaal in mijn hart sluit. Het kwam allemaal door zijn trots op zijn dochters. Hij stopt dat nooit in potjes op een plankje, maar houdt het mij regelmatig voor ogen.
    ‘Ik ben trots op ieders kwaliteiten,’ vertelt hij dan.
    ‘Ho wacht ouwe. Pas op jij! Anders moet jij in een potje, ik bedoel, in de hoek! Papa, je bent trots op hullies kwaliteiten en op mijn krullen. Ja?’
    ‘Ja.’

* Met dank aan neef Luuc, voor de kruidenkastfoto.