zaterdag 7 oktober 2017

Horendol

Deze keer een blog ondersteund door muziek! Druk op onderstaand filmpje en luister naar dit vrolijke muziekje tot het eind van deze blog! Echt doen!



Wat deed jij afgelopen zondag? Het was best redelijk weer; veel kindertjes speelden zonder jas buiten.
    Marcel en ik zaten op onze paarse loveseat (ons favoriete plekje in de serre) bij te komen van een afspraak in de ochtend.
    We keken uit over de tuin. Ineens bedacht ik dat ik even kon checken of Kattenschrik (een middel tegen katten in de tuin) werkt. Er volgde een vluchtig onderzoek.
    Uitslag: geen katten en verse drollen ontdekt!

Draait het liedje nog op de achtergrond? Jawel toch?

Ter verduidelijking deel ik een update die ik een tijdje geleden op Facebook plaatste.
Met dit plaatsen bedenk ik dat ik geen goede reclame maak voor Facebook. Ik hoor mijn schoonpa al mompelen: zie je wel? Zelfs Irene deelt haar nonsens met de hele wereld.
    Ten eerste: het is realiteit, dus geen onzin.
    Ten tweede: niet met de hele wereld, maar met alleen vrienden.

Omdat Facebook soms een deel-je-ellende-plek is, durfde ik dit te plaatsen. Wees blij dat ik er geen drollen-in-de-grasmat-foto bij plaatste. Mijn misselijkheidsniveau bereikte zonder bewijsvoering al gevaarlijke hoogten.
    Al goed, ik verpest bijna mijn eigen relaxte afgelopen-zondag-gevoel.

Wacht even, heb jij stiekem dat liedje uit gezet? Hup, aanzetten weer. Gewoon volhouden!

Terwijl Marcel en ik zo saampjes op de bank zaten hoorden we een constant herhalend melodietje via het luchtrooster boven het huiskamerraam naar binnen klinken. Eindelijk eens een ander geluidje dan alle andere bekende geluiden uit ons woonblok.

Wij leven in een huizenblok van zeven rijen eengezinswoningen. Deze zeven huizenrijtjes komen met hun tuinen bij elkaar als in een uitgerekte zeshoek. Het is een gezellige buurt, waar altijd wel iets  gaande is qua geluid. Net maakte een grasmaaier een eind aan de lange grassprieten bij een buur. De afgelopen periode werd hard gewerkt aan een nieuwe schutting in een ander tuin. Het mocht even duren, want eerst klonk een hamer die de hele dag aan elkaar timmerde, dan weer was er dagenlang gejank van een schuurmachine, vervolgens werd de boel weer in elkaar geslagen en alles in gezelschap van een radio. Stond eindelijk de schutting weer, ging in een andere achtertuin de snoeischaar de heg in.
    Nu regent het! Ik zei toch, er is altijd iets gaande.

Heb jij nou weer het geluid uit gezet? Hup, aanzetten! Even volhouden, hooguit vijf minuten nog! Zo lang is dat toch niet?

Alle geluiden in onze wijk wennen. Zo ook de geluiden van onze buren.
    Hun dochter schijnt nogal te kunnen krijsen, maar dat geluid gaat aan ons huis voorbij. Dito, hun hond hoor ik wel regelmatig blaffen. Maar blaffende honden bijten niet, zeker niet met die dikke muur tussen hem en mij in.
    Ik bedenk dat ik beter vrienden wordt met Dito. Hij schijnt katten te lusten, rauw nog wel. Zal ik hem eens in onze tuin zetten?
    Hoewel, met hem in de tuin, ben ik er uit. Het is of hij, of ik in de tuin!
    ‘Dito blijf!’

Liever vlucht ik via onze voordeur weg. Naar daar waar dat herhalende gezellige deuntje vandaan komt.
    Wel leuk om te zien dat het geluid van ons buurjongske vandaan komt. Hij speelt met een vriendje rondom zo’n auto waar ze zelf in kunnen rijden. Het muziekje komt uit die auto.

Snap je ondertussen dat je luistert naar dat melodietje? Je hebt het toch niet weer uit gezet? Nu is het afgelopen! Aanzetten en nog 151 woorden en een lach volhouden.

Ik loop weer terug naar Marcel die verzonken is in zijn boek. Nog sneller dat hij de pagina voorbij klikt verzinkt hij in slaap. Ik ga aan mijn bureau (staat op een andere plekje in de serre) heerlijk en in alle rust zitten schrijven.

Ineens klinkt Marcel – ik schrik ervan - hij sliep dus niet:
    ‘Wie ramt nou eindelijk die auto van de buurjongen in elkaar?’

Ik loop naar de voordeur, open die, houd mijn telefoon in de aanslag bij de muziekmakende auto en neem het geluidje op. Verbaasd komt de buurvrouw buiten:
    ‘Neem jij dat liedje nou op?’
    ‘Ja…,’ en wil verder vertellen, maar ze ontneemt me de woorden.
    ‘Ik ben het geluid zo zat hè!’
    ‘Mooi zo, dan weet ik dat ik eerlijk en open mag zijn in mijn volgende blog. Tot zondag!’

Wat? Staat het liedje nou nog aan? Zet uit, je wordt er toch horend dol van?