Sta ik afgelopen donderdag bij de zelfscan kassa; laat mijn
bonuspasje optisch lezen en sta in de
aanslag om mijn pinpas te pakken. Normaal vraagt de betaalzuil daar nu naar. Komt
er juist op dat moment een briljant idee
voor een blog in me op. Hoezo een verkeerd moment!
Met dat ik denk: dit
moet ik onthouden, zet de rode lamp boven de betaalzuil het op een knipperen.
Gelukkig zonder alarmerend geluid, doch ik moet wachten op een medewerker. Zo
zegt het apparaat. Ja, ze praat tegen me.
Een boodschappen-check
is onvermijdelijk. Terwijl vijf boodschapjes gescand worden door de caissière
kletsen we wat. Ze kennen me hier, altijd gezellig. Als het klaar is, krijg ik
groen licht en mag ik betalen. Heb ik maar mooi weer bewezen een eerlijke
burger te zijn.
Vanuit de zuil
klinkt nu de stiekemerd weer en vraagt naar mijn pincode. Die durft! Mijn
antwoord klinkt in vier bliepjes, want terug praten heeft geen zin. Ze luistert
voor geen meter. Lijkt mijn dochter wel.
Dan nog één hobbel
te gaan.
‘Sesam open u!’ Middels
het scannen van de kassabon (echte toverkracht) opent het poortje zich en sta
ik buiten. Irene kan weg en ik ben niet de enige. Ook mijn superidee is
verdwenen. Zomaar weggeglipt uit mijn gedachten. Ik heb niet eens meer teruggevonden.
Natuurlijk had ik ter plekke mijn opschrijfboekje en pen uit
de tas moeten pakken om het van me af te schrijven. Want, ja, zoals het hoort
bij een echte schrijver: deze dame heeft altijd pen en papier bij zich.
Of de winkel de
beste plek is om inspiratie van me af te schrijven? Ik zie de fronsende ogen,
de donkere blikken op me gericht als de rij achter me langer en langer wordt.
Ik vraag natuurlijk om begrip: ‘Sorry mensen, ik moet even een geweldig idee opschrijven
voor mijn blog! Die kan je dan gelijk zondag lezen. Wel doen hè?!’
Wat kijken ze boos,
zo kijken volgers toch niet?!
Een andere prachtplek voor inspiratie; eigenlijk THE place
for me, is de douche. Helemaal relaxed in mijn blote nakie, geniet ik intens van
warme waterdruppels glijdend over mijn lijf. Alle vuil wordt meegenomen, het
putje in. Omringd door stoom en een waas op de douchewanden sta ik vaak te
tekenen. Erg origineel ben ik niet, het zijn altijd bloemetjes, hartjes en ‘I
love Marcel’.
Hoe dan ook, kan ik
vrijer denken op deze plek en met het stromen van het water vult mijn hoofd
zich met super ideeën. Bij gebrek aan pen en papier gebruik ik de douchemuur als
notitieblok. Gaat prima. Doch na vluchtig uitspoelen van mijn haar en een haastige
wasbeurt, blijken de woorden te veranderen in druppels die omlaag sijpelen.
Daar gaan de letters als douchewater het putje in. Ik druppel na en weet dat
een extra waterdruppel in de vorm van een traan hierbij niet opvalt.
De volgende keer moet ik gaan zingen. Er wordt gezegd dat je
zingend dingen beter onthoudt. Mooie bijkomstigheid in de badkamer is dat het zingen
nog super goed doorklinkt ook en de nagalmende woorden zullen vast extra lang
blijven hangen.
Kom ik fris en
fruitig de slaapkamer in, zegt Marcel: ‘Wat zong jij een raar lied onder de
douche!? Het klonk voor geen meter.’
Sta ik daar in mijn
niksje, de teksten ingeprent, ze zingend herhaald tot ik droog was en nu ik ze
bijna van me af kan schrijven begint er iemand te zeuren over stomme teksten
die niet klonken. Ja, hallo, ooit van de ruwe versie gehoord? Leuk zo’n
bemoedigende kerel in mijn bed. Daar wordt ik warm van. Ik ben direct
gefrustreerd. In mijn hoofd galmt alleen nog: wat wilde ik ook alweer
schrijven?
Zo is daar een enorme behoefte: Alle ruimte en tijd om te
schrijven wat ik aan inspiratie vind. Dat houdt in, dat iemand anders de
boodschappen maar moet doen en terwijl hij dat doet, ga ik douchen en zingen en
als ik dan bij de schrijftafel sta, kan ik gewoon opschrijven wat ik bedacht.
Dan komt Marcel weer thuis. Hij haat boodschappen doen, maar
kijkt me dolgelukkig aan. Van achter zijn rug komt een pakje tevoorschijn. Ik
kijk verwonderd: ‘Een cadeautje? Voor mij?’
‘Ja, voor jou!’
Ik ben blij verrast
met een blocnote voor onder de douche. Ze bestaan! Kijk maar: www.myaquanotes.com.
Terwijl jij daar even naar googled, kijk ik Marcel dankbaar
en met hartoogjes aan. Hij weet zo goed wat ik nodig heb.
‘Dank je schat!’
‘Graag gegeven,
liefste. Nu kan ik tenminste weer lezen zonder dat kattengejank op de
achtergrond. Enne, nu hoef ik toch geen boodschappen meer te doen?’