Ik heb haar ontmoet.
Wie?
Mijn schoondochter! Wie zou ik anders kunnen ontmoeten en er
zó opgewonden over zijn?
Mijn ogen gingen open toen Benjamin openheid gaf in zijn financiële
situatie. Hij gooide maar zo zijn portemonnee leeg op tafel. Vertelde 100uit
van zijn 100+ euro en wat hij ermee wil kopen.
Zij luisterde. Zo is ze - denkt
er het hare van.Ze weet alvast dat hij van geld houdt. Wie dat geld mag
verdienen, zoeken ze zelf maar uit. Later…
Ineens besefte ik (met schrik) dat ik dan een schoonmoeder
ben.
Wacht! Hoe kon ik voorbij gaan aan het schoonmoeder-zijn,
als ik ook oma wil zijn? Eerst het één dan het ander. Ik vergat er één.
Oma wil ik zeker worden, daarom heb ik ook kinderen, maar ik
heb nooit gedacht aan schoonouderschap. Die halte ben ik totaal voorbij gegaan.
Ik moet in slaap gevallen zijn.
Bij de vraag wat ik later wil worden zei ik nooit:
schoonmoeder. Wel thuisblijfmoeder of oma.
Zo vraag ik me nu af: wil ik later schoonmoeder worden?
Ja dus! Zeker van dit meisje. Ik was zelfs even schoonmoeder, alleen in het ongewisse. Dat
kan dus ook. Vorig jaar kwam Benjamin thuis en zei heel nuchter: “Mama,
het is uit.”
“Wat is uit? Het licht? Je boek?”
“Nee joh, mama, de verkering is uit!”
BOEM, ik viel van mijn stoel! “Hoezo is het uit? Had je
verkering? Met wie?”
Zo bleek dat mijn manneke een jaar verkering heeft gehad en
wij wisten van niks. Gaat dat zo met jongens?
Lekker dan!
Om toch duidelijkheid te krijgen vroeg ik het manneke dingen
als: “Hield je haar hand vast?” Hij keek me niet begrijpend aan, zo van: Hoezo,
moet dat dan?
“Heb je haar gezoend???”
“Heh, bah, mama, nee! Ik ben niet zoals papa en jij?!” Gevolgd
door een smerige blik. Hoe kom ik ook op dat walgelijke idee? Mijn volgende vragen
over veilige seks hoeven dan ook niet. NOG niet.
Het meisje, die ‘schoondochter’, is een LEUKE MEID!!! Als ik had geweten van de verkering was ik er rond achter gaan staan. Ja, ‘vierkant’ kan
ik niet zeggen, want ik ben niet recht en hoekig. Ik had het aangemoedigd. Zie
mezelf wel met haar de stad in gaan of zo. Later als het haar ook werkelijk
interesseert. Het klikt in ieder geval. Tot op de dag van vandaag. Want de vroegere
geliefden, houden contact.
Wel als in een knipperlichtrelatie. Ze zijn dan-wel-dan-niet
heel close. Soms zie ik haar drie keer in de week; komt ze lunchen, eet ze ’s
avonds een keer spaghetti mee (haar lievelingsgerecht bij ons) of zijn de
jungskes samen buiten in de tuin. Dan weer gaan er weken voorbij dat ik haar
amper tref. Bij een vluchtige ontmoeten is een wederzijdse glimlach wat telt.
Zo zie je, grote kans dat ik mijn schoondochter al heb
ontmoet. De tijd zal het leren.
Wat ik verder van het schoonmoederschap ga maken? Dat zie ik
later wel…
Nou ja, het zet met toch aan het denken: sommige dingen ga
ik net zo doen als mijn schoonmoeder: de klein- en grotekids verwennen, op die
kleine bloedverwantjes oppassen, maar let op! Ze moeten ook écht oppassen voor
oma! Ik ga pannen vol spaghetti maken, jammie!
Natuurlijk zal ik ze nóóit in de weg zitten, me nergens mee
bemoeien. Niet zeuren als ze zo weinig langskomen. Ik weet het allemaal niet
beter. Dus wel!!!
Al goed, ik streef er naar een ‘mama’ te zullen zijn waar ze
op terug kunnen vallen en hopelijk kan ik loslaten wat zij anders doen.
Gelukkig heb ik nog wel een paar jaar, toch? Benjamin is nog
maar 10. Heb ik mooi nog even de tijd om te gaan Googlen… op zoek naar een schoonouderschapstraining.