‘Marcel, heb jij je ballen wel afgedroogd?’
‘Ja hoor, ze liggen lekker droog op hun plek!’
‘Mooi, ze zouden anders maar roesten, dat
moeten we niet hebben.’
Benjamins ogen
worden groot als Jeu des Boules ballen.
‘Waar hebben jullie het over?’
‘Over onze ballen,’ antwoord ik. Zoonlief kijkt
me nog ongelooflijker aan.
‘Mam, heb jij ballen dan?’
‘Ja natuurlijk, wil je ze zien?’ Ik loop naar
de serre en pak mijn ballen er bij.
‘Oh, hebben jullie het over de Jeu des Boules
ballen.’
‘Duh, andere ballen heb ik niet hè?’
Het is
allemaal de schuld van onze zomervakantie in La France. Daar pakken we het ballen-spel
elk jaar op. Ik schreef er zelfs al eens eerder over. Kijk maar hier.
We hebben op
verschillende Franse banen gespeeld, maar de baan in onze eigen woonplaats werd
gemeden. Die was alles behalve onkruidvrij en daarom onbespeelbaar. Tuinieren is
een noodzakelijke thuishobby, maar buiten eigen tuin onkruid wieden gaat mij te
ver. Tot ik op facebook las dat Stichting Present de boel onkruidvrij heeft
gemaakt.
Daar werd ik vervolgens aan herinnerd toen ik,
amper terug van onze Franse avonturen, richting centrum fietste en langs die
boulesbaan fietste. Daar ging een appje:
Zo gezegd zo
gedaan. We bleven gaan. Soms twee, soms drie avonden in de week liepen of
fietsten we richting centrum. De ballen in de hand of fietstas, een vestje
erbij voor als het kouder werd en spelen maar.
Ik was in mijn element, want de eerste twee weken
bewees ik mezelf opnieuw als Boules Bomb! Ik maakte manlief vaker in dan hij
mij. Maar ja, hoogheidswaanzin komt vanzelf ten val. De boel keerde zich en
manlief maakte mij steeds vaker in.
Ik wilde eerst
geloven dat ik gewoonweg beter ben geworden door alle jaren oefenen in het
ballenspelland. Daar speelde ik echter altijd om te verliezen. Het was één van
de weinige zekerheden in mijn leven. De kinderen wilden uiteraard altijd in WINNINGTEAM
MARCÈL. Mijn medespeler huilde al voordat we begonnen.
Tot de ontdekking dat ik beter werd na koffie.
Mijn medespeler gunde me drie bekers, mijn tegenspelers verstopten de koffie.
Feit blijft: koffie maakt me sterker en scherper! Lekker!
Tegenwoordig
blijkt dat ik vaak zonder koffie kan winnen en soms verliezen. Dat maakt het eerlijker,
want onze krachten zijn gelijk spel. Ik bedacht daarbij deze Typisch Irene theorie:
Sinds jaren ben ik bekend met pijnproblemen rondom
mijn schouders. Die klachten speelden vaak op als spelbrekers tijdens zwemmen en
Jeu des Boules. Ik kon beide sporten maar beter laten en speelde uiteraard
toch! Maar zonder kracht en coördinatie en met pijn. Verliesgarantie rolde mee
met elke bal.
Dat is echter veranderd sinds ik wandel. Al
mijn wandelstappen werken therapeutisch. Niet alleen psychisch maar vooral lichamelijk
doet het wandelen me enorm goed. I feel
better! Ik zie het als mijn mindfulness; ik vertraag. De fysiotherapeut
heeft me in geen twee jaar gezien. Wandelen werkt helend!
Niet dat ik nu ineens beresterk ben en
armpje ga drukken met jou. Sterk zal ik nooit worden. Het is echter mijn coördinatie
die verbeterd is en dat toont zich in mijn spel. Verliezen en winnen gaan van
hem naar mij. Dan wint de King of Balls, dan weer blijk ik de Boules Bomb. Alles
bij elkaar opgeteld, blijkt het gelijk spel, maar waar het werkelijk om gaat: we
spelen samen, dat doen we graag!
Deden we
graag, klinkt beter. Want sinds het eerder donker, daarbij wat kouder en soms
natter wordt, verliezen we enthousiasme. Scheld ons maar uit voor
wattenballen. Wij kunnen het hebben en staan klaar om elkaar door de komende koudeseizoenen
te slepen. Maar let op: zodra het weer warmer en lichter wordt, halen we de
ballen uit hun droge plekjes vandaan.
Wat me terug
brengt bij het begin van deze blog, de droge ballen. Bij het inpakken en checken
van onze vakantiespullen schrok ik toen ik onze ballen zag.
‘Verroest! De ballen zijn verroest.’ Vier
setjes ijzeren ballen zaten roodbruin uitgeslagen in hun hoesjes. Ze waren
uitgespeeld, rijp voor de kliko. Die werd ineens heel zwaar.
Blijkbaar is onze schuur niet zo droog als we
dachten, daar worden de nieuwkomers niet meer opgeborgen.
Want nieuwe kwamen er definitely! Gekocht in het land van het spel! Waar we ze direct
goed hebben ingerold en er draaiuren in speelden. Met dit verschil in
ons landje: ze worden na het spelen gedroogd en niet in de schuur opgeborgen.
Omdat ze nu
dieper weggeborgen zullen worden, wilde ik ze eerst wassen. Dan zijn de ballen
het volgende speelseizoen niet alleen droog maar vooral blinkend als we ze uit
de hoesjes peuteren.
Of dat wassen slim was?
‘Uhm, Marcel, we kunnen vanaf nu binnen
spelen op ons vloerkleed.’
‘Echt niet, daar is de mat te klein voor.’
‘Nou, eigenlijk heb ik je ballen te heet
gewassen.’