Spring. Ja
jij, doe mee!
Wat zeg je? Geen denken aan? Wat zullen
anderen denken?
Wat maakt dat nou uit! Kom, spring!
Heb jij dat niet,
een onbedwingbaar gevoel te willen springen? Ik voel het de hele week! Puur omdat
de zon hoger aan de hemel komt. Ze kust zelfs voor het eerst sinds we hier
wonen (bijna 18 jaar) mijn achterkamer . Ik heb reikhalzend uitgekeken naar de
zon en hoe ze onze nieuw ruimte, de serre, zal kussen.
Sinds deze serre
ons huis verfraait, is de benedenboel 50 tinten lichter geworden en daarmee
mijn winterdip 50 tinten ondieper. Zelfs tijdens zwaar bewolkte dagen noem ik
het licht in de serre, want het is daar overtuigend lichter dan elders in huis.
Mijn laatste winterdip is een feit.
Waar ik nu op wacht? De dag dat de serre
deuren open kunnen en blijven! De dag dat niet alleen licht, maar ook buiten
binnen komt. Het duurt vast niet lang meer. Ik verheug me.
Nu weet je
direct waar Marcel mij regelmatig terugvind.
Dagdromend aan mijn bureau of zittend in onze
loveseat die beide vanuit de serre uitkijken
over de tuin. Ik beken, één keer trof hij mij liggend, met slaapoogjes, aan op
diezelfde paarse 1½-zits-bankje.
‘Sliep jij nou?’
‘Ik? Slapen? Overdag?’
‘Ja, je ogen waren dicht.’
‘Nee joh, ik deed alsof.’ Het zijn woorden
die hem bekend voorkomen, ik leerde ze van hem. Na een korte stilte, kijk ik op
de klok en vervolg: ‘Maar ik sliep niet lang hoor, een kwartiertje, twintig
minuten hooguit.’
‘Dat zou ik ook zeggen als ik de hele middag
heb liggen snurken.’
‘Ik snurk niet!’ De volgende keer mag ik vooral
niet rond 17.00 uur onderuit op dit bankje. Beter is direct na de lunch,
terwijl ik een fles allesreiniger openzet. Zo ruikt het heerlijk fris in huis
als manlief thuiskomt.
Nu spring ik van de bank, zet de waterkoker aan
en plof even later knusjes naast Marcel op ons bankje. So lovely! Samen genieten van een kopje thee en bijkletsen terwijl
de zon binnenvalt en zien hoe voorjaarsbloemen massaal hun kopjes opsteken en reiken
naar de zon.
Ook wij
mensen kijken vrolijker uit onze ogen en kleden ons fleuriger bij opborrelende springfeelings. Weg met winterslaperigheid.
Iedereen wordt blij! Eigenlijk willen we allemaal springen! Ik zeg: gewoon doen,
omdat het kan!
Zwengel ik
toch even één dingetje aan…
Waar blijven de complimenten? Ja, serieus! Ik
had niet verwacht dat ik er naar zou moeten vragen. Ik heb me een winter lang ingehouden,
ik heb niet gemopperd, niet gezeurpiet, niet gechagrijnd in blog of op facebook
over de winter.
Facebookertjes,
check gerust mijn tijdlijn, je zult geen klacht vinden. Daar waar ik uitgedaagd
werd, liet ik me niet verleiden tot zemelen, want ik had mezelf (en een enkel
facebookvriendinnetje weet dit) opgelegd niet
te zaniken over, piepen op of mijn afgrijzen te luchten over de winter? En daar
voorbij, telde de herfst ook mee. Een half jaar klaagvrij, daar gaat het over.
Hoor ik nu
iemand zeggen dat het amper winter was?
Dat was het wel! Ik trok vaak mijn dikke
(dik makende) winterjas aan tijdens mijn wandelingen door doodse bossen en saaie
parken. Daarmee bleef mijn mooi rode jas onaangedaan aan de kapstok hangen.
Maar klaagde ik?
Ik heb wat afgebibberd, warme vesten aan gehad,
thermo-leggings aan mijn benen gedragen, super dikke sloffen aan mijn voeten gehouden
en zelfs de thermometer regelmatig hoger gezet, want het was koud, winter dus! Maar heb je mij één
enkele dag horen winterpiepen of zelfs herfstklagen?
Volgens mij viel het niemand op, dat ik ijzig
stil was als het om winter ging. In ieder geval deelde niemand een compliment
uit, behalve zij die het wist. En daarom zeur ik nu even, maar complimenteer
ondertussen mezelf.
Beter nog:
ik gooi de serredeuren open, stap naar buiten en spring… heel snel naar binnen.
Het regent!