zaterdag 11 oktober 2014

Melancholie


Hij heeft zijn portefeuille op schoot liggen. Die moet nodig even opgeruimd worden. Bonnen worden eruit gehaald, geld geteld en verlopen airmiles bonnen komen tevoorschijn. Dat is echt iets voor hem. Als groottanker, geef ik hem die bonnen met het idee: hij maakt met een grotere auto en dan ook grotere benzinetank natuurlijk ook meer kilometers. Dat is automatisch meer extra miles in the air. Maar ja, dan moet ie wel bij het tanken de bonnen inleveren aan de kassa. 
    Laat dat nou net iets teveel gevraagd zijn. Wat bij hem in zijn portefeuille verdwijnt, komt er eigenlijk maar moeilijk weer uit.

Plotseling valt Marcel stil. Een stilte die mij doet opschrikken. Net kletsten we nog lacherig over de verlopen bonnen, nu ineens deze ijzige stilte. What happened?
    Als ik opkijk naar mijn manneke, schenk ik van schrik bijna het water uit de waterkoker over de rand van de beker. Hij heeft een papiertje in zijn hand. Niet dat ik daar van schrik; nee, het is zijn aanblik. Waar komt die melancholische uitdrukking ineens vandaan?
    Met een haast verdrietige blik kijkt hij naar het papiertje tussen zijn duimen en wijsvingers. Dat ik dichterbij kom en thee voor hem neerzet wordt niet opgepakt.
    Dan zie ik dat het een foto is waar hij naar kijkt. Een foto die hem waarschijnlijk herinnert aan momenten uit het verleden.

Het zal wel een foto van onze dochter zijn.  Ik bedoel maar, als het een foto van mij zou zijn, zou hij verliefder kijken. Er zouden hartjes in zijn ogen verschijnen, vergezeld van een big smile. Ja echt, hij is namelijk héél blij met mij. Deze weemoedige blik klopt daar niet bij.
    Zo weet ik dat het een foto van Celine moet zijn. Ze is zomaar ineens gisteren zestien jaar geworden. Waar zijn al die jaren gebleven? Hoewel we er al die tijd bij waren, zijn ze toch door onze handen geglipt. Voor we het weten is ze achttien. Zelfs ik krijg een brok in mijn keel.

Of is het een foto van Benjamin? Ik bedoel maar, hij is ons andere lieverdje. Met zijn  dertien jaar, volgt hij zijn zus in de voetsporen. Dat deed hij al in zijn lengte, want ook hij is mij voorbij gegroeid. Wat een kereltje (nog even) met de daarbij behorende kerel-hobby’s. Geweren maken en levensecht tekenen en natuurlijk computer spelletjes doen. Het is zijn leven. Maar ook specialiseert hij zich in het maken van filmpjes. Dat is dan weer een hobby, waarbij ik niet in paniek uitroep: ‘Help!’

Ondertussen zit hij daar nog, mijn man. Nog steeds down. Waar is mijn anders zo nuchtere, realistische, koelbloedige man? Melancholisme is meer mijn rol. Als hij die rol op zich neemt, moet ik zeker de nuchtere zijn en hem steunen. Ik ga rustig naast hem zitten en kijk mee naar de foto tussen zijn vingers.

    ‘Oh, dat ben ik!’
    ‘Ja, wie dacht je dan?’
    ‘Eén van de kinderen.’
    ‘Nee, moet je zien wat een lekker ding je daar was.’ Ik begin gelijk te glunderen terwijl hij verder praat.
     ‘Ik vind dit echt één van de mooiste foto’s die van jou zijn gemaakt.’ Hij krijgt weer hartoogjes, wat een geluk. 
    Ik neem de foto van hem over en hoop op de achterkant te zien wanneer die is gemaakt. Het staat er niet op, maar het is van een langer verleden.

Ineens kijkt Marcel me indringend aan, geen melancholie te bekennen. Hij lijkt mijn gezicht te inspecteren. Wat wil hij zien? Wil hij geen rimpels ontdekken, geen grijze haren aantreffen, geen bril op mijn neus en geen gehoorapparaat aan mijn oor zien?
    Da’s dan jammer... Ik ben wat jaartjes ouder geworden. Ik wil me er voor verontschuldigen, maar voordat ik ook maar iets kan zeggen zegt hij:
    ‘Heb ik nog garantie?’