Het is bedtijd en ik ben zó moe,
maar slapen? Oh nee! Stel dat hij weer komt? Onaangekondigd en ongevraagd was
hij er gisteravond ook. Het zal me toch niet weer gebeuren?!
Ik zat in bed te lezen. Marcel sliep
naast me; zoals altijd als eerste. Ik geniet dan van de stilte... Heerlijk!
Meestal dan. Gisteren even niet. Ik wenste dat ik degene was die sliep, want
dan had ik niet geweten wat me te wachten stond.
Ik zag een beweging
die mijn eye catch-te. Ik keek op
maar zag niets. Ik dacht dat ik het me had verbeeld en las verder. Maar niet
lang, want daar liep een dikke vette akelige monsterlijke spin. Ik wilde bijna
gillen, maar beheerste me. Wat dacht ik wel… er is toch geen brand? De kids
slapen. Houden zo. Mijn gesmoorde kreun klonk echter net hard genoeg om mijn
held op sokken te wekken en ik vertelde van dat vreselijke mormel. Zo van onder
de radiator vandaan liep hij onder ons bed. Hoe durft ie!?
Marcel keek me suf aan en moet
hebben gedacht: Ga slapen. Hij leek niet onder de indruk. De enige moeite die
hij deed was vanuit bed even met de kop omlaag, onder het bed kijken en zeggen:
“Ik heb gekeken, ik zie ‘m niet.”
Logisch,
hij had zijn lenzen niet in!
Dit was trouwens vast en zeker een
broertje van de vreselijke griezel die ik maandag tegen kwam in het trapgat.
Toen was Marcel er snel bij, gealarmeerd door mijn gilletje. Dat de kids er
wakker van werden, was geen probleem. Het was toch tijd voor het weksignaal. Ik
dacht dat Marcel die creep liefdevol
naar buiten had gebonjourd, maar bleek hem dieronvriendelijk fijngeknepen in
keukenrol en door de wc gespoeld te hebben. Alleen al dat hij dat beest durft
te pakken, wat een held!
Waarom
heeft hij me toen wèl gered van dat afschrikwekkende misbaksel en nu niet?!
Oké
hij is onvindbaar. Why bother? Zo
denkt hij vast.
Hoe dan ook moest ik er nog uit. Ik
kroop naar de verste hoek. Deed een check, sprong met een boog van het bed af
en sprintte ervandoor. Eenmaal terug dook ik van een afstandje op het bed en
kroop op mijn plek. Brrr… Nu lag ik hier met die spin. Wat spookt die uit?
Wordt ik wakker van gekriebel? Aaaarrrrrggghhhh. Straks is het een zij, legt
eitjes en zit ik met nog meer gespuis!
Wat
een stress!
De volgende ochtend vertelde
mannekelief aan onze kids, hoe ik als een angstige zot op het bed sprong. Mama
voor gek zetten, dat vinden ze leuk! Hoor Benjamin hard lachen en zeggen:
“Mama,
een vogelspin kan ook lief zijn hoor!”
Dat zegt hij nou wel. Maar wie gilt
hier het hardst als een schattig spinnetje over zijn plafond loopt en hij er
vanuit zijn hoogslaper dicht op zit? Hij gilt het uit:
“Een
spin!”
Wij
komen aangesneld met vliegenmepper, tijdschrift en keukenrol om dit jongetje te
redden. Wat blijkt, zelfs met een vergrootglas krijgen wij spinnemans niet
gespot. En nu lacht dit kind mij uit?
Vanavond heeft mijn lieve Marcel
even onder het bed gekeken en vond een stoffig boek, een stilstaand horloge en
géén spin. Dat had ik kunnen weten.
“Moet
ik nog wat doen?” vraag hij en gaapt.
Wat
dacht je van: de spin vinden, de spin wél vangen, de spin KILLEN!
Maar nee hoor, hij ziet het niet
zitten. Gaapt nog eens, gaat liggen, trekt het dekbed hoog, sluit zijn oogjes
en slaapt!
Wéér
als eerste.