Soms
word je iets gezegd waar je behoorlijk mee op je nummer wordt gezet. Ik ga voor
eerlijkheid, maar niet alles hoeft gezegd te worden en zeker niet waar anderen
bij zijn, toch?
Nu moet je weten dat huize Van Valen
soms net Vila Kakelbont is. Niet dat IK van rommel hou. Integendeel, maar een
toonzaal hoeft ook niet. Gewoon opgeruimd, daar hou ik van. De rust die
het uitstraalt als er opgeruimd, gestoft, gezogen en gedweild is. Elke vrijdag
is dat een feestje voor mij…
Dan komt het eerste kind thuis en
stapt zó binnen op mijn blinkende vloer. Hoe blij ik ook ben dat het kind weer
veilig thuis is, roep ik eerst:
“Terug!
Schoenen uit!”
En
bedenk hoe het toch komt dat ik die koters niet aan het verstand krijg hun
schoenen uit te doen?! Als het kind dan op sokken binnen loopt, pak ik hem
beet, knuffel hem en begroet hem. Dankbaar dat hij weer veilig thuis is.
Al snel komt nummer twee thuis.
Zelfde verhaal als hierboven. Maar zij wil al snel gaan knutselen. Welke
moeder, die zelf ook zoveel af heeft geknutseld, kan haar kind dat weigeren?
Binnen no time ligt de tafel vol
papier, plakband, lijm, scharen en zoveel meer. Op de grond ligt al snel gratis
confetti terwijl nog geen half uur gelden mijn kamer door een ringetje te halen
was.
Nu ja, als het tijd is om te eten,
moet ik me schrap zetten, want van opruimen willen de kids niets weten. Er klinkt direct gemopper.
“We
zijn nét zó lekker bezig, moeten we wéér opruimen” (piep, zeur, zucht, steun).
Maar
deze mama is onvermurwbaar. Mijn orders zijn duidelijk, ik ben onverbiddelijk:
de tafel moet gedekt! We gaan eten!
Nu
begrijp ik ineens waarom ze zo graag buiten eten, dan mag de troep blijven
liggen. Voor morgen of zo?! Zit ik er nog een dag langer mee ook.
Nu ja, er wordt wat gefröbeld hier
in huis. Alles is me even dierbaar. Elke tekening, schilderwerkje, gipsen
figuurtje, elk lief briefje… Zoveel, waar ik geen afstand van kan doen. Het
hart van mijn kinderen zit er in. Emotionele waarde in elke millimeter. Je ziet
vast al voor je hoe vol het hier begint te raken. Nog even en ons huis
ontploft.
Zeker één kamer in dit huis puilt
uit. In die ene kamer ligt een mega berg playmobiel, lego, verzamelingen
streetbeans, gogo’s, duffo’s (je kent die actieartikelen waarmee de ene
supermarkt je sneller wil verleiden dan de ander. Ik weiger soms naar een
supermarkt te gaan, omdat ik er NIETS bij wil, maar vind die verzamelitems toch
in die ene kamer terug). Dan nog dierenplaatjes, voetbalkaartjes, smurfen,
pokémon en bakugan zooi, knikkers, schelpen, opgezette vliegen, libelle’s en
ander dood gespuis. Nu begrijp je waarom ik soms doordraai! Begrip a.u.b.
Ook die kamer wil ik toch graag
regelmatig even stoffen en zuigen. Nou ja, even?! Als voorbereiding op de witte
tornado vraag ik dan of die kamer ‘even’ opgeruimd kan worden. Zo vroeg ik ook
vandaag, voordat ik mijn vriendin voor een afspraak op ging halen, of de kamer
opgeruimd kon worden. Zonder tegenstribbelen, want ik had er al drie dagen op
gezinspeeld dat het vandaag moest gebeuren, ging er eentje naar boven en ik de
deur uit.
Bij thuiskomst en mijn vriendinnetje
naast me, vraag ik:
“Is
je kamer opgeruimd?”
Het
antwoord volmondig: “Ja.”
Ik
op mijn beurt vraag: “Denk dat je dat ik tevreden ben?”
Klinkt
het antwoord luid en duidelijk: “Dat weet ik niet, jij bent toch nóóit
tevreden.”