maandag 12 september 2011

Paddentrek

Na twee dagen op school is Benjamin helemaal in zijn element. Zijn vriendjes en hijzelf hebben elkaar gevonden in kikkers. Nee, paddenvangen. Voor mij één pot nat, voor hen een wereld van verschil. Voor mij beesten die je moet laten, voor hen beestjes om te vangen en vervolgens vast te zetten in een voor hen gemaakte ‘woonomgeving’. Een soort fort gebouwd van houtblokken met allerlei extra’s.

Ieder van de jongens heeft zo een eigen specialisme:
-         een van hen is de beste kikkerspotter
-         een ander is de beste paddenvinder
-         en dan hebben we daar één die wordt aangesteld als beste paddenvanger en is daarmee ook de bewaker.
Want, ondankbaar als ze zijn, springen die beestjes gewoon uit hun nieuwe onderkomen. De gespecialiseerde paddenvanger, onderschept het springertje tijdens zijn sprong en plaatst hem terug. Hupsakee, daar blijven!

Ik heb best medelijden met deze padjes... Wat zullen ze een stress hebben.
Tegelijkertijd geniet ik ook van de bezigheden van deze drie musketiers. Zo gebroederlijk in mijn achtertuin.

De paddenliefde uit zich ook op school. Benjamin vraagt me om een bakje inclusief deksel om mee naar school te nemen. Deze wordt gevuld met zand, stenen, blaadjes en een bakje water. Dat laatste moet van mij, want ik weet niet hoe lang en/of een pad droog mag staan.
Het bakje met toebehoren gaat in de rugzak en zo mee naar school.

Eenmaal thuis vertelt zoonlief me van zijn padden avonturen. Hij kan zó heerlijk vertellen; zó lekker enthousiast, zó van: hier kan ik uuuuuren naar luisteren als ik meer tijd zou hebben en er geen klok was, die aangaf dat ik moet koken. Jammer.

Toch is het niet allemaal “halleluja”, wat hier klinkt.
De volgende dag stijgt er gediscuzeur op over of ze wel of niet 's nachts in het bakje in de schuur mogen blijven. Ik wil er niets van weten, ben onvermurwbaar. Deze padjes gaan aan het eind van de dag de tuin in. Ik vind het zó zielig; de gevangenschap waar ze in zitten, ze zouden maar zó heimwee krijgen!?
Zodoende laat zoonlief ze vóór het eten los, weliswaar met zware tegenzin. Snif, zegt zijn gezichtsuitdrukking, keurt mij geen blik waardig en zo verdwijnen ook zijn verhalen.
Ik weet dat die wel weer komen…

Zij het van een moeder van één van de musketiers . Haar grote smile verraad dat er iets leuks gaat komen. We kletsen over de paddenavonturen tot zij me vraagt: “Weet je dat Benjamin de padjes in zijn vakje bewaart?”
“Uhm, bedoel je dat laatje onder zijn tafeltje?” is mijn verschrikte vraag. Ik zie die padjes al in zijn vakje rondhuppelen, tussen zijn schriften, pennen  en andere verzamelingen. Ik zie er eentje zo uitfloepsen en in het rond springen met alle consternatie als gevolg en mijn zoon die straf krijgt. Oh nee… “Zitten ze los in zijn vakje?”
“Nee,” zegt die moeder, “ jij hebt toch een bakje gegeven?” Poeh, natuurlijk dat bakje.
Daar gaan in pauzetijd de padjes in, om vervolgens in het vakje te verdwijnen. Aan het eind van de dag komt het jochie met zijn bakje, padden en eventuele paddenvriendjes mee naar huis. Een gezellig gekwaak!
Bespreken wij moeders nog of de juf het weet: “Nee!”
Dat houden we zo, want dit is iets wat we die jongens gunnen. Laat ze maar lekker stiekem padjes bewaren in het vakje… Laat ze maar herinneringen maken. Later vertellen ze hun kleinkids: “Opa, had vroeger een paar vriendjes….” En dan wordt misschien zelfs nog deze blog naar boven gehaald. Zou enig zijn!

Over deze blog gesproken. Nu maar zien dat juf deze niet leest.