dinsdag 10 mei 2011

Iksy Bitsy Spider II



Afijn, ik laat mij niet los…
   Dat kan je zo hebben, hè? Iets of iemand die je blijft achtervolgen, of je het nou wil of niet.

Een dag na de ontmoeting met ik in de kerk, lag ik in de tuin. In de zon, in mijn bikini om een beetje bij te bruinen. Heerlijk! Voel ik ineens een zacht gekriebel op mijn arm en vermoed een vlieg! Ik kijk even op om te zien wat voor weerzinwekkend beestje er op mijn arm loopt en denk: Jij wordt even heel snel naar een ander plekje geknetterd. Weg beest, hupsakee, ga iemand anders lastigvallen?!

Maar wie loopt daar op mijn arm?! Het is ik! Shock! Is ik nu ook al hier? Wordt ik gestalkt of zo?! Ik voel me in mijn bikini nu toch wel een beetje bloot en begluurd door ik. Wat doet ik hier?!

Snel roep ik ik ter verantwoording middels een sms. Ik moet weten dat ik mijn grenzen heb. Zomaar ineens voor mijn neus staan, terwijl ik zo alleen thuis ben en meer nog, toch wel bloterig?! Nee, dat wil ik niet. Dus vraag ik:
   “Hé, ik, wat doe jij hier? Lig ik lekker in de zon, loop jij over mijn arm. Ik dacht toch echt dat ik je in de kerk had afgeschud! Hahahaha… Pfwie weg jij!” en blaas ik van mijn arm.
   Zielig? Nee, hoor, ik blies ik in de kerk ook weg en kwam toen ook niet zo makkelijk van ik af?!

Antwoordde ik:
    “Niet tegen ‘mijn partner’ (naam verwijderd door ondergetekende) vertellen: maar ik moet nu koken (gisteren niets van gekomen) en probeerde te spieken of er bij jullie nog vlees over was…”
   Zit ik niet met de kop in de wc, dan moet ik weer koken. Het is toch wat met ik. En dat naast een drukke baan. Dan heb ik het toch helemaal niet slecht voor elkaar. Ik lig toch in de zon! Koken? Daar maak ik me nog even geen zorgen om, hoewel ik dat straks ook zeker moet doen! Zucht!

Ik wilde dus weten of ik nog vlees had. Dat ik bij ons komt spieken is niet helemaal gek. Ik wist namelijk dat een gourmetavond met de jeugd niet doorging. Ik zat dus met veel meer eten in huis, dan wij met z’n vieren op kunnen. We hadden gisteren ik en gezin al uitgenodigd om de boel mee op te eten, maar zij konden niet. Tot grote spijt van ik en ons. Uiteindelijk was de zus van ik bij ons en hebben wij lekker toch alles opgegeten. We zaten stampvol. Niet normaal meer, we rolden zowat van tafel. Maar als ik had geweten dat ik vlees nodig zou hebben, had ik uiteraard niet alles opgegeten.
   Blijft de vraag hoe ik, vermomd als spin, een bakje vlees mee naar huis had willen krijgen.

Meer nog: waar ik ik weer tegenkom. Ik word er haast bang van, temeer omdat ik gisteren tijdens het douchen oog in oog stond met een spin. Ik moest er toch even mijn bril bij pakken, om er zeker te zijn of het ik niet wéér was. Ik moet natuurlijk niet te ver gaan!? Gelukkig was het ik niet.
   Maar wacht… wie was het dan wel?